6. Indien de externe ventilator met aangebouwde stekker wordt geleverd, dient te worden
7. Voltooi de werken aan de aansluitkast van de externe ventilator, zie "Aansluitwerken in de
Draairichting controleren
De draairichting van de vreemde ventilator is als draairichtingspijl op de ventilatorkap of als
aansluitbenaming op het ermogensplaatje van het vreemde ventilatoraggregaat aangeduid.
● Controleer de draairichting. Afhankelijk van de uitvoering is het ventilatorwiel door de
● Als de daairichting verkeerd is, moeten 2 netaansluitingen van de motor van de externe
LET OP
Ontoereikende koeling door verkeerde draairichting van de externe ventilator
De externe ventilator garandeert de koeling, onafhankelijk van het toerental en de
draairichting van de hoofdmachine. Wanneer de draairichting van de externe ventilator onjuist
is, wordt de machine niet voldoende gekoeld.
Volgens de uitvoering ontstaat een verhoogde stroom van de motor van de vreemde
ventilator. Dit kan ongeoorloofde thermische belasting van de vreemde ventilatormotor
veroorzaken.
● Verwissel de 2 stroomdraden in de aansluitkast van de externe ventilator. De gegevens
6.6.4
Temperatuurcontrole van de wikkeling van de stator aansluiten
Voor de bewaking van de statorwikkeling tegen thermische overbelasting zijn
temperatuursensoren in de statorwikkeling aangebracht.
SIMOTICS FD 1LP1
Bedieningshandleiding 01/2019
gecontroleerd of de pintoewijzing van de stekker overeenkomt met de pintoewijzing van de
bus.
hulpaansluitkast voltooien" (Pagina 92).
opening van de luchtinvoer van de ventilatorkap van de vreemde ventilatormotor zichtbaar.
De draairichting van de vreemde ventilator moet overeenstemmen met de voorgeschreven
waarde.
ventilator worden omgewisseld.
over de draairichting vindt u op de ventilatorkap van de externe ventilator:
Elektrische aansluiting
6.6 Hulpstroomkring aansluiten
91