Het apparaat installeren en configureren > Netwerkconfiguratie
Bij het instellen van de DNS-server
In de volgende gevallen moet het IP-adres van de DNS-server (Domain Name System)
worden ingesteld.
•
Bij gebruik van de hostnaam met "DHCP"-instelling ingesteld op [Uit].
•
Bij gebruik van de DNS-server met IP-adres dat niet automatisch wordt toegewezen door
DHCP.
Selecteer [Gebruik DNS-server van DHCP] of [Gebruik de volgende DNS-server].
Wanneer [Gebruik de volgende DNS-server] is geselecteerd, kunt u statische DNS-
serverinformatie invoeren in de beschikbare primaire en secundaire velden.
BELANGRIJK
Start, na het wijzigen van de instelling, het netwerk opnieuw op via het Systeemmenu
of zet het apparaat UIT en vervolgens weer AAN.
Netwerk opnieuw opstarten (pagina 15-60)
OPMERKING
Vraag vooraf het IP-adres aan uw netwerkbeheerder en houd dit bij de hand wanneer u
deze instelling wenst te configureren.
3-12