Gebruikersaanmelding en Taakaccounting > Gebruikersaanmeldingsbeheer instellen
3
2
Voer de weer te geven gebruikersnaam in.
OPMERKING
Voor meer informatie over het invoeren van tekens, zie:
Invoermethode voor tekens (pagina 4-8)
3
Selecteer [Selecteer de gebruiker].
4
Om de gebruiker uit lokale gebruikers op te geven, selecteert u [Lokale gebruiker]. Om de
gebruiker uit netwerkgebruikers op te geven, selecteert u [Netwerkgebruiker].
De procedure verschilt afhankelijk van de geselecteerde verzendingsmodus.
De gebruiker uit lokale gebruikers opgeven
Selecteer de gebruiker die moet worden ingesteld voor snelle aanmelding.
OPMERKING
• Zoek op aanmeldingsgebruikersnaam of naam. Selecteer [Zoeken (Aanm.)] of [Zoeken
(Naam)] om te wisselen tussen [Zoeken (Aanm.)] en [Zoeken (Naam)].
• Selecteer [Gebruikersnaam] of [Login gebr.naam] om de gebruikerslijst te sorteren.
De gebruiker uit netwerkgebruikers opgeven
Selecteer het invoerveld voor "Aanmeldingsgebruikersnaam" en "Aanmeldingswachtwoord",
voer de informatie in van de te registreren gebruiker en selecteer [OK].
Als u een gebruiker opgeeft voor wie een domein is ingesteld in de netwerkverificatie,
selecteert u "Domein" en selecteert u het domein waar de gebruiker is geregistreerd.
OPMERKING
Voor meer informatie over het invoeren van tekens, zie:
Invoermethode voor tekens (pagina 4-8)
5
Selecteer [Aan] of [Uit] voor "Wachtwoord".
6
Selecteer het weer te geven gebruikerspictogram.
Registreer de gebruiker.
Selecteer [Opslaan].
16-25