> Inleiding Inleiding Deze gebruikershandleiding is bedoeld om u te helpen het apparaat correct te bedienen, routine-onderhoud uit te voeren en storingen te voorkomen zodat de machine steeds in de optimale condities kan worden benut. Gelieve deze gebruikershandleiding aandachtig door te nemen alvorens het apparaat in gebruik te nemen. Wij raden u aan vervangartikelen van ons eigen merk te gebruiken.
Software in Windows installeren ................2-27 De software verwijderen ................... 2-32 De gedeelde printer en FAX instellen ..............2-33 Software installeren op Mac-computers ..............2-34 instellen KYOCERA Client Tool ................2-37 WIA-driver instellen ....................2-44 De teller controleren ......................2-45 Command Center RX ....................... 2-46...
Pagina 4
Taaklog controleren ......................6-6 Taken pauzeren en hervatten .................... 6-9 Afdruktaken die worden afgedrukt/wachten op afdrukken annuleren ......6-10 Status apparaat controleren .................... 6-12 De resterende hoeveelheid toner en papier controleren ..........6-13 Controleren vanaf KYOCERA Client Tool ..............6-14...
Pagina 5
Kopiëren ........................7-22 Printer ........................7-22 FAX .......................... 7-22 Bestemming bewerken ..................... 7-23 Inst./Onderhoud (Instellen/onderhoud) ..............7-23 Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) ..........7-24 Bedieningswijze ....................... 7-24 Schermoverzicht ...................... 7-25 De beheerinstellingen configureren ................. 7-28 Scanbestemming configureren ................7-29 Instellingen Snel scannen/TWAIN ................
Pagina 6
Met behulp van de toetsen ..................10-4 Tekentypes selecteren ..................... 10-5 Tekens die kunnen worden ingevoerd met de cijfertoetsen ........10-5 Symbolen invoeren ....................10-6 Tekens invoeren ....................... 10-6 Papier ..........................10-8 Basisspecificaties papier ..................10-8 Geschikt papier kiezen ..................... 10-9 Speciaal papier ......................
Faxgegevens Bewerkingen vanaf uw PC KYOCERA Client Tool U kunt de status en de scaninstellingen van dit apparaat. controleren en wijzigen via KYOCERA Client Tool geïnstalleerd op uw computer. Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) (pagina 7-24) Command Center RX...
Pagina 8
> Overzicht OPMERKING • Alvorens dit apparaat in gebruik te nemen, dient u Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsinformatie op pagina 1-1 te lezen. • Voor de voorbereidingen voor het gebruik van het apparaat, zoals de kabelverbindingen en de installatie van software, raadpleegt u Het apparaat installeren en instellen op pagina 2-1.
> Apparaatspecificaties Apparaatspecificaties Dit apparaat is uitgerust met vele handige functies. Hier volgen enkele voorbeelden. Raadpleeg Bediening van het apparaat op pagina 5-1 voor meer informatie. Optimaliseer uw workflow op kantoor Veelgebruikte functies oproepen met Beide zijden van een ID-kaart op één Andere actieve opdrachten een sneltoets (Programma) vel kopiëren (ID kaart kopiëren)
Pagina 10
> Apparaatspecificaties Optimaliseer uw workflow op kantoor Elke pagina van een gescand Faxverzending reserveren (standby- Het apparaat gebruiken via aansluiting document in een enkel bestand verzending) ervan op het netwerk (Afdrukken via scheiden (Bestanden scheiden) een netwerk) Bij het scannen van een origineel kunt u U kunt een enkel bestand voor elke de volgende verzending reserveren terwijl Het apparaat kan worden gebruikt als...
Pagina 11
> Apparaatspecificaties Bespaar energie en kosten Meerdere originelen op een vel Een fax verzenden om op Een fax vanaf een computer verzenden afdrukken (Duplex/Combineer) verbindingskosten te besparen (Fax (Faxen versturen vanaf een pc) met uitgestelde verzending) U kunt originelen afdrukken op beide U kunt deze methode toepassen om zijden van het papier.
Pagina 12
> Apparaatspecificaties Veiligheid verbeteren Functies efficiënter gebruiken Documenten afdrukken en de inhoud Het ontvangen bestand doorsturen Bestandsformaat afbeelding opgeven ervan vrijwaren voor inzage van (Geheugen doorsturen) (Bestandsformaat) derden (Afdruk vak) U kunt de ontvangen fax automatisch U kunt verschillende bestandsindelingen U kunt een printer document tijdelijk doorsturen naar een andere fax.
KYOCERA Client Tool User Guide Gebruik van KYOCERA Client Tool Bevat instructies voor het gebruik van KYOCERA Client Tool. FAX Operation Guide Gebruik van de faxfuncties Bevat instructies voor het gebruik van de faxfunctie. FAX Driver User Guide...
Bevat ook instructies voor het controleren van het papier- en tonerniveau, en voor het controleren van de status van het apparaat. Systeemmenu en KYOCERA Beschrijft het systeemmenu voor de algemene werking van het apparaat en Client Tool hulpmiddelen.
> Over de gebruikershandleiding (deze handleiding) Vormgevingselementen in deze handleiding Adobe Reader X wordt gebruikt ter illustratie in de onderstaande uitleg. Klik op een item in de inhoudsopgave om naar de bijbehorende pagina te Klik om van de huidige pagina naar de vorige pagina te gaan. gaan.
> Over de gebruikershandleiding (deze handleiding) Vormgevingselementen bij procedures voor de bediening van het apparaat De toetsen op het bedieningspaneel die worden ingedrukt, worden met rode kleur aangegeven. Procedures bestaande uit een reeks bedieningen op het bedieningspaneel of op de computer zijn genummerd zoals hieronder aangegeven.
> Over de gebruikershandleiding (deze handleiding) Formaat en richting van originelen en papier Origineelformaten en papierformaten zoals A4, B5 en Letter kunnen zowel de horizontale als verticale richting worden gebruikt. Om deze afdrukrichtingen te kunnen onderscheiden, wordt "-R" toegevoegd aan de formaten in de horizontale afdrukrichting.
> Menu Map Menu Map (De in het berichtenscherm weergegeven namen worden hier gebruikt. Deze kunnen verschillen van de aangegeven titels.) Dichtheid (pagina 5-13) Originele afbeelding (pagina 5-13) Dubbelzijdig (pagina 5-13) Combineren (pagina 5-16) ID-kaart kopie (pagina 5-9) Papierselectie (pagina 5-18) Sorteer/verschuif (pagina...
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsinformatie Lees deze informatie voor u het apparaat in gebruik neemt. Dit hoofdstuk bevat informatie over de volgende onderwerpen. Mededeling ................................ 1-2 Veiligheidsaanduidingen in deze handleiding ..................1-2 Bedrijfsomgeving ............................. 1-3 Voorzorgsmaatregelen voor gebruik ......................1-3 Veiligheid van de laserstraal (Europa) ..................... 1-4 Safety Instructions Regarding the Disconnection of Power ..............
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsinformatie > Mededeling Mededeling Veiligheidsaanduidingen in deze handleiding De delen van deze handleiding en onderdelen van het apparaat die zijn aangeduid met symbolen, bevatten veiligheidswaarschuwingen ter bescherming van de gebruiker, andere personen en voorwerpen in de buurt. Ze zijn ook bedoeld voor een correct en veilig gebruik van het apparaat.
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsinformatie > Mededeling Bedrijfsomgeving De geschikte bedrijfsomgeving voor het apparaat is: • Temperatuur: 10 tot 32,5 °C • Relatieve luchtvochtigheid: 15 tot 80% Een ongeschikte bedrijfsomgeving kan de beeldkwaliteit beïnvloeden. Vermijd de volgende plaatsen als installatieplaats voor het apparaat. •...
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsinformatie > Mededeling Veiligheid van de laserstraal (Europa) Laserstralen kunnen gevaarlijk zijn voor het menselijk lichaam. Om deze reden is de laserstraal in het apparaat hermetisch afgesloten binnen een beschermende behuizing en achter een externe afdekking. Bij normale bediening van het product door de gebruiker kan er geen straling uit het apparaat ontsnappen.
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsinformatie > Mededeling Safety Instructions Regarding the Disconnection of Power Caution: The power plug is the main isolation device! Other switches on the equipment are only functional switches and are not suitable for isolating the equipment from the power source. Attention: Le débranchement de la fiche secteur est le seul moyen de mettre l'appareil hors tension.
KYOCERA Document Solutions Inc. is verboden. Wat betreft handelsnamen • TASKalfa is een handelsmerk of gedeponeerd handelsmerk van KYOCERA Document Solutions Inc. • Microsoft, Windows, Windows XP, Windows Server 2003, Windows Vista, Windows Server 2008/R2, Windows 7, Windows Server 2012, Windows 8 en Internet Explorer zijn geregistreerde handelsmerken of handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsinformatie > Mededeling Energiebesparingsfunctie Om het energieverbruik te verminderen in een wachtstand, is het apparaat uitgerust met een energiebesparende functie voor het overschakelen naar de Slaapstand alsook naar de Uitschakelstand waarbij het energieverbruik tot een minimum wordt beperkt wanneer er gedurende een bepaalde tijdsperiode geen activiteiten hebben plaatsgevonden op het apparaat.
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsinformatie > Mededeling ® Energy Star-programma (ENERGY STAR Als bedrijf dat deelneemt aan het internationale Energy Star-programma hebben wij vastgesteld dat dit apparaat voldoet aan de standaarden zoals bepaald in het internationale Energy Star-programma. ® ENERGY STAR is een vrijwillig programma voor energie-efficiëntie met als doel hetontwikkelen en promoten van producten met een hoge energie-efficiëntie om zo hetbroeikaseffect te helpen ®...
Software in Windows installeren ......................2-27 De software verwijderen ........................2-32 De gedeelde printer en FAX instellen ....................2-33 Software installeren op Mac-computers ....................2-34 instellen KYOCERA Client Tool ......................2-37 WIA-driver instellen ..........................2-44 De teller controleren ............................2-45 Command Center RX ............................2-46...
Het apparaat installeren en instellen > Aansluiten van het apparaat en andere apparaten Aansluiten van het apparaat en andere apparaten Bereid de benodigde kabels voor uw omgeving bij het aansluiten van het apparaat op andere apparatuur zoals een pc. Het apparaat aansluiten op de pc via USB Het apparaat aansluiten op de pc op het netwerk Netwerk Netwerk...
Het apparaat installeren en instellen > Kabels aansluiten Kabels aansluiten LAN-kabel aansluiten BELANGRIJK Als het apparaat is ingeschakeld, zet u de hoofdschakelaar uit. Uitzetten (pagina 2-9) Sluit de kabel op het apparaat aan. Sluit de USB-kabel aan op de USB-interface-aansluiting, die zich aan de linkerzijde van het apparaat bevindt.
Het apparaat installeren en instellen > Kabels aansluiten LAN-kabel aansluiten BELANGRIJK Als het apparaat is ingeschakeld, zet u de hoofdschakelaar uit. Uitzetten (pagina 2-9) Sluit de kabel op het apparaat aan. Sluit de LAN-kabel aan op de netwerkpoort. Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op de hub. Schakel het apparaat in en configureer het netwerk.
Het apparaat installeren en instellen > Aan- en uitzetten Aan- en uitzetten Aanzetten Zet de hoofdschakelaar aan. BELANGRIJK Wanneer u de hoofdschakelaar uitschakelt, mag u deze niet meteen weer inschakelen. Wacht minstens 5 seconden voordat u de hoofdschakelaar weer inschakelt. Uitzetten BELANGRIJK Als het lampje [Verwerken] of [Geheugen] brandt, dan is het apparaat bezig.
Het apparaat installeren en instellen > Gebruikersnaam en wachtwoord administrator Gebruikersnaam en wachtwoord administrator Wanneer u een functie instelt die systeembeheerrechten vereist, dient u uw aanmeldingsgebruikersnaam en - wachtwoord in te voeren. De standaard gebruikersnaam en het wachtwoord die in de fabriek zijn ingesteld, worden hieronder getoond. Aanmeldingsgebruikersnaam Aanmeldingswachtwoord Admin...
Het apparaat installeren en instellen > Gebruikersnaam en wachtwoord administrator Voer het aanmeldingswachtwoord in met de cijfertoetsen en druk op de toets [OK]. Invoermethode voor tekens (pagina 10-4) Druk op [Login]. Beheerinstelling De aanmeldingsgebruikersnaam en het aanmeldingswachtwoord voor de beheerder wijzigen. Roep het scherm op.
Pagina 42
Het apparaat installeren en instellen > Gebruikersnaam en wachtwoord administrator Configureer de instellingen. Druk op de toets [OK]. Druk op [Bewerken]. Voer een nieuwe aanmeldingsgebruikersnaam in met de cijfertoetsen en druk op de toets [OK]. OPMERKING Raadpleeg Tekens invoeren op pagina 10-6 voor meer informatie over het invoeren van tekens.
OPMERKING Voor instellingen die configureerbaar zijn vanaf het Systeemmenu, raadpleeg Systeemmenu en KYOCERA Client Tool op pagina 7-1. Datum en tijd instellen Volg de onderstaande stappen om de lokale datum en tijd op de plaats van installatie in te stellen.
Pagina 44
Het apparaat installeren en instellen > Standaardinstellingen van het apparaat Configureer de instellingen. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Tijdzone] te selecteren, en druk op de toets [OK]. Druk op de toets [▲] of [▼] om de tijdzone in te stellen en druk op de toets [OK]. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Zomertijd] te selecteren, en druk op de toets [OK].
Het apparaat installeren en instellen > Standaardinstellingen van het apparaat Netwerk instellen De optionele Network Interface Kit kan op het apparaat worden geïnstalleerd. Het maakt afdrukken via het netwerk op Windows, Macintosh, UNIX en andere platformen mogelijk. In dit hoofdstuk worden de procedures voor TCP/IP (IPv4 en Bonjour) instellen beschreven. Voor andere netwerkinstellingen, raadpleeg de Netwerk inst.
Pagina 46
Het apparaat installeren en instellen > Standaardinstellingen van het apparaat Druk op de toets [▲] of [▼] om [TCP/IP instel.] te selecteren, en druk op de toets [OK]. Druk op de toets [▲] of [▼] om [IPv4 Instelling] te selecteren, en druk op de toets [OK]. Configureer de instellingen.
Pagina 47
Het apparaat installeren en instellen > Standaardinstellingen van het apparaat Druk op de toets [▲] of [▼] om [Subnetmasker] te selecteren, en druk op de toets [OK]. Gebruik de numerieke toetsen of druk op de toets [▲] of [▼] om het subnetmasker in te stellen.
Het apparaat installeren en instellen > Standaardinstellingen van het apparaat Bonjour-instellingen Configureer de instellingen voor Bonjour. Roep het scherm op. Druk op de toets [Status/Systeemmenu/Tellers]. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Systeem] te selecteren, en druk op de toets [OK]. OPMERKING Als het aanmeldingsgebruikersnaam scherm verschijnt tijdens de bewerkingen, meldt u dan aan zoals aangeven in...
Pagina 49
Het apparaat installeren en instellen > Standaardinstellingen van het apparaat Druk op de toets [▲] of [▼] om [Uit] of [Aan] te selecteren, en druk op de toets [OK]. BELANGRIJK Start, na het wijzigen van de instelling, het netwerk opnieuw op via het systeemmenu of zet het apparaat UIT en vervolgens weer AAN.
Het apparaat installeren en instellen > Standaardinstellingen van het apparaat Energiebesparende functie instellen Om de energiebesparende functie te gebruiken, configureert u de volgende instellingen: • Slaapstand en timer slaapstand (pagina 2-20) • Uitschakeltimer (pagina 2-22) Slaapstand en timer slaapstand Slaapstand Om de slaapstand te activeren, drukt u op de [Spaarstand] toets.
Pagina 51
Het apparaat installeren en instellen > Standaardinstellingen van het apparaat Druk op de toets [▲] of [▼] om [Timerinstelling] te selecteren, en druk op de toets [OK]. OPMERKING Als het aanmeldingsgebruikersnaam scherm verschijnt tijdens de bewerkingen, meldt u dan aan zoals aangeven in Gebruikersnaam en wachtwoord administrator op pagina 2- De standaard gebruikersnaam en het wachtwoord die in de fabriek zijn ingesteld, worden hieronder getoond.
Pagina 52
Het apparaat installeren en instellen > Standaardinstellingen van het apparaat Uitschakeltimer Als het apparaat niet wordt gebruikt in de slaapstand, dan wordt de stroom automatisch uitgeschakeld. De uitschakeltimer wordt gebruikt om de tijd in te stellen tot de stroom wordt uitgeschakeld. De standaard instelling voordat de stroom wordt uitgeschakeld is 1 uur.
Het apparaat installeren en instellen > Standaardinstellingen van het apparaat Druk op de toets [▲] of [▼] om [Uitschakelvoorw.] te selecteren, en druk op de toets [OK]. Stel de uitschakelvoorwaarde in Druk op de toets [▲] of [▼] om de in te stellen voorwaarde te selecteren, en druk op de toets [OK].
Het apparaat installeren en instellen > Standaardinstellingen van het apparaat Druk op de toets [▲] of [▼] om [Timerinstelling] te selecteren, en druk op de toets [OK]. OPMERKING Als het aanmeldingsgebruikersnaam scherm verschijnt tijdens de bewerkingen, meldt u dan aan zoals aangeven in Gebruikersnaam en wachtwoord administrator op pagina 2-10.
Het apparaat installeren en instellen > Software installeren Software installeren Installeer de juiste software op uw pc vanaf de Product Library schijf. Bij gebruik van het apparaat als een gedeelde printer Afdrukken vanaf de computer op het netwerk is mogelijk door de computer (host-pc), die via USB is aangesloten op het apparaat, te verbinden met de pc op het netwerk (client-pc).
Bij het aansluiten van de computer (host-pc) die is aangesloten op het apparaat via USB met de netwerkcomputer (client-PC), en bij gebruik van het apparaat als een gedeelde printer, moet KYOCERA Client Tool op de host-pc worden geïnstalleerd. GX XPS DRIVER Printerstuurprogramma voor XPS-formaat (XML papierspecificatie) zoals —...
Het apparaat installeren en instellen > Software installeren Software in Windows installeren De onderstaande procedure is een voorbeeld voor het installeren van de software in Windows 7. U kunt een van de installatiemethoden [Snel installeren] of [Aangepast installeren] selecteren. [Snel installeren] detecteert automatisch de aangesloten machines en installeert de benodigde software.
Het apparaat installeren en instellen > Software installeren Snel installeren Installeren met [Snel installeren]. OPMERKING • Het apparaat kan niet worden gedetecteerd, tenzij het is ingeschakeld. Als de computer er niet in slaagt om het apparaat te detecteren,controleer dan of de computer is verbonden via een USB-kabel en dat deze is ingeschakeld en klik op (Opnieuw laden).
Pagina 59
Het apparaat installeren en instellen > Software installeren Aangepast installeren Installeren met [Aangepast installeren]. Selecteer tabblad [Aangepast installeren]. Selecteer het te installeren apparaat en klik op de pijltoets om het te verplaatsen naar de lijst "Te installeren producten". De volgende knoppen zijn beschikbaar: : Deze knop wordt gebruikt om de weergave tussen het pictogram en de tekstweergave te wisselen.
Pagina 60
Het apparaat installeren en instellen > Software installeren Selecteer het te installeren hulpprogramma en klik op de pijltoets om het te verplaatsen naar de lijst "Te installeren producten". Klik op [Installeren]. OPMERKING Als het venster Windows-beveiliging verschijnt, klikt u op [Dit stuurprogramma toch installeren].
Pagina 61
Het apparaat installeren en instellen > Software installeren OPMERKING Configureer de instellingen voor opties die op de machine zijn geïnstalleerd. Apparaatinstellingen kunnen worden geconfigureerd nadat de installatie is voltooid. Voor meer informatie, raadpleeg de Apparaatinstellingen in het Printer Driver User Guide op de Product Library schijf.
Roep het scherm op. Klik op de knop [Start] in Windows en selecteer vervolgens [Alle programma's], [Kyocera] [Verwijder Kyocera Product Library] om de wizard voor verwijderenen te starten. OPMERKING In Windows 8, selecteer [Zoeken] in charms, [Apps], en vervolgens [Verwijder Kyocera Product Library].
Het apparaat installeren en instellen > Software installeren De gedeelde printer en FAX instellen Als de computer via USB is aangesloten op het apparaat (host-pc) en ook met de computer op het netwerk (client-pc) is verbonden, is afdrukken vanaf de computer op het netwerk mogelijk door het apparaat inte stellen als de gedeelde printer en fax.
Bonjour-instellingen (pagina 2-18) • Voer in het scherm verificatie de naam en het wachtwoord in om u in het besturingssysteem aan te melden. Plaats de Product Library schijf. Dubbelklik op het [Kyocera] pictogram. Roep het scherm op. Dubbelklik op [OS X 10.5 or...
Pagina 65
Het apparaat installeren en instellen > Software installeren Configureer de printer. Roep het scherm op. Klik op het IP-icoon voor een IP-verbinding en voer vervolgens het IP-adres en de naam van de printer in. De getallen die voor "Adres" wordt ingevoerd, verschijnen automatisch in het veld "Naam".
Pagina 66
Het apparaat installeren en instellen > Software installeren Het geselecteerde apparaat wordt toegevoegd. 2-36...
Het apparaat installeren en instellen > Software installeren instellen KYOCERA Client Tool KYOCERA Client Tool geeft u snel toegang tot veelgebruikte apparaatfuncties en instellingen, plus de huidige status van alle ondersteunde apparaten. U kunt ook gebruik maken van KYOCERA Client Tool om de toner te bestellen, printerstuurprogramma's te downloaden en de website van het bedrijf te openen.
Pagina 68
Het apparaat installeren en instellen > Software installeren Configureer de instellingen. Selecteer het afdrukvak nummer (1 tot 30). Een naam voor het afdrukvak instellen. Er kunnen maximaal 16 tekens worden ingevoerd. Deze naam wordt weergegeven wanneer u een afdrukvak op het bedieningspaneel van het apparaat selecteert.
Pagina 69
Het apparaat installeren en instellen > Software installeren Controleer de hostnaam en het IP-adres. Schermvoorbeeld Host Name: pc30-PC, DHCP: No, IP Address: 192.168.1.133 Configureer de instellingen. Bij het aansluiten van het apparaat op de pc op het netwerk, configureer de volgende instellingen in aanvulling op de configuratie van Het afdrukvak instellen (pagina 2-37).
Pagina 70
Het apparaat installeren en instellen > Software installeren Wijzig zo nodig de locatie van de map die wordt gebruikt als afdrukvak. Om de map te selecteren, klik op [Bladeren] om "Bladeren naar map" te openen. Klik op [Opslaan]. Voor het instellen van andere functies van het afdrukvak, raadpleeg Instellingen afdrukvak op pagina 7-35.
Klik op de knop [Start] in Windows en selecteer [Alle programma's], [Kyocera] [Client Tool] [KYOCERA Client Tool] om KYOCERA Client Tool te starten. OPMERKING In Windows 8, selecteer [Zoeken] in charms, [Apps], en vervolgens [KYOCERA Client Tool]. Roep het scherm op.
Pagina 72
Het apparaat installeren en instellen > Software installeren Opgegeven map waar de gescande afbeelding worden opgeslagen. Om de map te selecteren, klik op [Bladeren] om "Bladeren naar map" te openen. Klik op [Opslaan]. Het apparaat aansluiten op de pc op het netwerk Bij het aansluiten van het apparaat op de pc op het netwerk, moeten de hostnaam of het IP-adres van de gebruikte PC worden geconfigureerd.
Pagina 73
Het apparaat installeren en instellen > Software installeren Controleer de hostnaam en het IP-adres. Schermvoorbeeld Host Name: pc30-PC, DHCP: No, IP Address: 192.168.1.133 Configureer de instellingen. Bij het aansluiten van het apparaat op de pc op het netwerk, configureer de volgende instellingen in aanvulling op de configuratie van De scanbestemming configureren (pagina 2- 41).
Het apparaat installeren en instellen > Software installeren WIA-driver instellen Registreer dit apparaat bij het WIA-stuurprogramma. De instructies zijn gebaseerd op de Windows 7 interface- elementen. Roep het scherm op. Klik op de knop [Start] in Windows en voer [Scanner] in in [Programma's en bestanden zoeken].
Het apparaat installeren en instellen > De teller controleren De teller controleren Druk op de toets [Status/Systeemmenu/Tellers] om het aantal afgedrukte en gescande pagina's te controleren. Roep het scherm op. Druk op de toets [Status/Systeemmenu/Tellers]. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Tellers] te selecteren, en druk op de toets [OK]. Controleer de teller Druk op de toets [▲] of [▼] om het te controleren item te selecteren, en druk op de toets [OK].
Het apparaat installeren en instellen > Command Center RX Command Center RX Als het apparaat is aangesloten op het netwerk, kunt u verschillende instellingen configureren met Command Center RX. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe toegang kan worden verkregen tot Command Center RX. Voor meer informatie over Command Center RX, raadpleeg de Command Center RX User Guide.
Het apparaat installeren en instellen > Command Center RX Toegang tot Command Center RX Roep het scherm op. Start uw internetbrowser. Voer het IP-adres of de hostnaam van het apparaat in in de adres- of locatiebalk. Voorbeelden: https://192.168.48.21/ (IP-adres) https://MFP001 (als de hostnaam "MFP001" is) De internetpagina geeft basisinformatie over het apparaat en Command Center RX evenals hun huidige status.
Voorbereiding voor het gebruik In dit hoofdstuk worden de volgende bedieningshandelingen uitgelegd. Gebruik van het bedieningspaneel ........................3-2 Werking paneeltoetsen ..........................3-2 Bedieningswijze ............................3-3 Weergave voor originelen en papier ......................3-4 Hulpscherm .............................. 3-4 Papier plaatsen ..............................3-5 Voorzorgen voor papier plaatsen ......................3-6 Papier in de cassettes plaatsen .......................
Voorbereiding voor het gebruik > Gebruik van het bedieningspaneel Gebruik van het bedieningspaneel Werking paneeltoetsen Geeft de volgende Geeft het scherm Geeft het functiemenu schermen weer. instellingen dichtheid weer. voor kopiëren en FAX. weer. Status / Rapport / Tellers / Geeft het scherm Systeem / Admin / Verhoogt of verlaagt het...
Voorbereiding voor het gebruik > Gebruik van het bedieningspaneel Bedieningswijze In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de instelmenu's op het berichtenscherm kunt bedienen. De menu's weergeven en instellingen configureren Druk op de toets [Status/Systeemmenu/Tellers], de toets [Functiemenu], of de functietoetsen om de instelmenu's weer te geven.
Voorbereiding voor het gebruik > Gebruik van het bedieningspaneel Weergave voor originelen en papier Op scherm kopiëren wordt de geselecteerde papierbron getoond. Origineel formaat Papierrichting Afdrukrichting Papierformaat origineel Papierbron Hulpscherm Als u moeite hebt met de bediening van de machine, kunt u bedieningsinstructies raadplegen met behulp van het bedieningspaneel .
Voorbereiding voor het gebruik > Papier plaatsen Papier plaatsen Er kan papier worden geplaatst in de standaardcassette en de multifunctionele lade. Daarnaast is ook een optionele papierinvoer verkrijgbaar. (Raadpleeg Optionele apparatuur op pagina 10-2.) Voor de manieren waarop het papier in de lades kan worden geplaatst, zie de onderstaande pagina. PF-480 Cassettes Pagina...
Voorbereiding voor het gebruik > Papier plaatsen Voorzorgen voor papier plaatsen Wanneer u een nieuw pak papier opent, waaiert u het papier eerst los om de vellen uit elkaar te halen. Volg daarbij de onderstaande stappen. Buig de stapel papier zodanig dat het midden van het papier omhoog wijst. Houd beide uiteinden van de stapel vast en trek eraan terwijl u de hele stapel doet omhoog waaieren.
Voorbereiding voor het gebruik > Papier plaatsen Papier in de cassettes plaatsen De standaardcassette is geschikt voor normaal papier, gerecycled papier en gekleurd papier. In cassette 1 past maximaal 300 vel normaal papier (80 g/m²). Voor details over de ondersteunde papierformaten, raadpleeg Geschikt papier kiezen op pagina 10-9.
Pagina 85
Voorbereiding voor het gebruik > Papier plaatsen Stel het cassetteformaat in. Houd het instelmechanisme voor de papierbreedte vast en verschuif de papierbreedtegeleiders om ze aan te passen aan het papierformaat. De papierformaten staan op de cassette vermeld. BELANGRIJK Zorg dat de breedtegeleiders perfect op het papier aansluiten. Als er ruimte tussen de geleiders en het papier is, pas de breedtegeleiders dan opnieuw aan.
Pagina 86
Voorbereiding voor het gebruik > Papier plaatsen BELANGRIJK • Plaats het papier met de te bedrukken zijde naar boven. • Als u nieuw papier uit de verpakking haalt, waaier het papier dan eerst los voor u het in de cassette plaatst. (Raadpleeg Voorzorgen voor papier plaatsen op pagina 3-6.)
Voorbereiding voor het gebruik > Papier plaatsen Papier in de multifunctionele lade laden De multifunctionele lade is geschikt voor tot 100 vellen normaal papier A4 of kleiner (80 g/m²) of tot 25 vellen normaal papier (80 g/m²) groter dan A4. Voor details over de ondersteunde papierformaten, raadpleeg Geschikt papier kiezen op pagina 10-9.
Pagina 88
Voorbereiding voor het gebruik > Papier plaatsen Stel het formaat van de multifunctionele lade in. Plaats papier. Plaats het papier langs de papierbreedtegeleiders in de lade, totdat het niet verder kan. Als u nieuw papier uit de verpakking haalt, waaier het papier dan eerst los voor u het in de cassette plaatst.
Pagina 89
Voorbereiding voor het gebruik > Papier plaatsen Als u enveloppen of karton in de multifunctionele lade plaatst Plaats het papier met de te bedrukken zijde naar beneden. Voor de procedure voor het afdrukken, raadpleegt u de Printer Driver User Guide. Voorbeeld: Bij het afdrukken van een adres.
Voorbereiding voor het gebruik > Papier plaatsen Papierformaat en mediatype opgeven De standaardinstelling van het papierformaat voor cassette 1 en de optionele papierinvoer (cassettes 2 tot 4) is [Auto] en de standaardinstelling van het mediatype is [Normaal]. Voor de multifunctionele lade is de standaardinstelling van het papierformaat [A4], en de standaardinstelling van het mediatype is [Normaal].
Pagina 91
Voorbereiding voor het gebruik > Papier plaatsen Druk op de toets [▲] of [▼] om [Cassette 1 (tot 4) inst.] te selecteren, en druk op de toets [OK]. OPMERKING [Cassette 2] tot [Cassette 4] worden weergegeven als de optionele papierinvoer geïnstalleerd is.
Voorbereiding voor het gebruik > Papier plaatsen Geef het mediatype op. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Cassette 1 (tot 4) soort] te selecteren, en druk op de toets [OK]. Druk op de toets [▲] of [▼] om het mediatype te selecteren, en druk op de toets [OK]. Papierformaat en mediatype voor de multifunctionele lade opgeven (Instelling MF-lade) Om het papiertype dat wordt gebruikt in de multifunctionele lade te wijzigen, moet de instelling van het papierformaat...
Pagina 93
Voorbereiding voor het gebruik > Papier plaatsen Druk op de toets [▲] of [▼] om [Algemene instell] te selecteren, en druk op de toets [OK]. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Inst. orig./pap.] te selecteren, en druk op de toets [OK]. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Inst.
Pagina 94
Voorbereiding voor het gebruik > Papier plaatsen Gebruik de numerieke toetsen of druk op de toets [▲] of [▼] om de papierlengte in te voeren, en druk op de toets [OK]. Gebruik de numerieke toetsen of druk op de toets [▲] of [▼] om de papierbreedte in te voeren, en druk op de toets [OK].
Pagina 95
Afdrukken vanaf PC In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen uitgelegd: Afdrukken vanaf PC ............................4-2 Afdrukinstellingen printerstuurprogramma ....................4-5 Helpmenu printerstuurprogramma ......................4-6 De standaardinstellingen van het printerstuurprogramma wijzigen (Windows 7) ........4-6 Taken annuleren ............................4-7 Gebruik van het afdrukvak ..........................4-9 Werkprocessen van het afdrukvak ......................
Afdrukken vanaf PC > Afdrukken vanaf PC Afdrukken vanaf PC Volg de onderstaande stappen om documenten vanuit toepassingen af te drukken. OPMERKING • Om het document vanuit toepassingen af te drukken, installeert u het printerstuurprogramma op uw computer vanaf de bijgeleverde Product Library schijf. •...
Afdrukken vanaf PC > Afdrukken vanaf PC Selecteer tabblad [Basis]. Klik op het menu "Afdrukformaat" en selecteer het papierformaat voor het afdrukken. Om papier van formaat dat niet is opgenomen in de afdrukformaten van het apparaat te laden, zoals karton of enveloppen, moet het papierformaat worden geregistreerd. Het origineelformaat registreren (pagina 4-3) Om op speciale papiersoorten af te drukken zoals dik papier of transparanten, klikt u op het menu "Afdrukmateriaaltype"...
Pagina 98
Afdrukken vanaf PC > Afdrukken vanaf PC Klik op [OK]. In het menu "Afdrukformaat", selecteert u het papierformaat (benaming) die u in stap 4 tot 7 hebt geregistreerd. Klik op [MP-lade] in het menu "Bron". Selecteer de papiersoort in het menu "Afdrukmateriaaltype". 2, 7 OPMERKING Als u een ansichtkaart of envelop hebt geplaatst, selecteer dan [Karton] of...
Afdrukken vanaf PC > Afdrukken vanaf PC Afdrukinstellingen printerstuurprogramma Op het scherm afdrukinstellingen van het printerstuurprogramma kunt u tal van instellingen voor het afdrukken configureren. Raadpleeg voor meer informatie de Printer Driver User Guide op de Product Library schijf. Beschrijving [Snel afdrukken] tabblad Bevat pictogrammen die kunnen worden gebruikt om veelgebruikte functies eenvoudig te configureren.
Afdrukken vanaf PC > Afdrukken vanaf PC Helpmenu printerstuurprogramma Het printerstuurprogramma heeft een helpmenu. Voor meer informatie over de afdrukinstellingen, open het scherm afdrukinstellingen printerstuurprogramma en roep de helpmenu op zoals hieronder is uitgelegd. • Klik op [?] in de rechterbovenhoek van het scherm en klik vervolgens op het item waarover u meer wilt weten. •...
Afdrukken vanaf PC > Afdrukken vanaf PC Taken annuleren U kunt taken annuleren door op de [Stop]-toets te drukken. Als er afdruktaken zijn die op uitvoering wachten [Print taaklijst] wordt weergegeven. OPMERKING Als de optionele Faxkit is geïnstalleerd, wordt [Lijst ann. taken] weergegeven. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Print taaklijst] te selecteren, en druk op de toets [OK].
Pagina 102
Afdrukken vanaf PC > Afdrukken vanaf PC OPMERKING Als een afdruktaak op een pc aanwezig blijft, kunt u de taak als volgt annuleren. 1 Dubbelklik op het printerpictogram ( ) in de taakbalk rechts onderin het Windows- bureaublad om een dialoogvenster voor de printer te openen. 2 Klik op het bestand waarvan u het afdrukken wilt annuleren en selecteer [Annuleren] in het menu "Document".
Als u de instellingen in [Afdrukvak] van tabblad [Taak] van het printerstuurprogramma configureert en vervolgens afdrukt, zullen de gedrukte gegevens in de box op de PC worden opgeslagen en kan vanaf het apparaat worden afgedrukt. Het afdrukvak kan worden ingesteld in de KYOCERA Client Tool. Raadpleeg Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) op pagina 7-24.
Pagina 104
Netwerk Voer Snel installeren uit Software installeren (pagina 2-25) Stel het afdrukvak in op de KYOCERA Client Tool Vaknummer / Naam / Aansluitinstelling / Pincode / Doelmap Het afdrukvak instellen (pagina 2-37) Sla het document op in een afdrukvak vanaf het printerstuurprogramma Document opslaan naar een afdrukvak (pagina 4-13)
4-15.) Gebruik van meerdere afdrukvakken Er kunnen maximum 30 afdrukvakken (Box 01-30) worden ingesteld m.b.v. KYOCERA Client Tool. Het apparaat aansluiten op de pc via USB Bij het aansluiten van de computer (host-pc) via USB verbonden met het apparaat op de computer van het netwerk (client-pc) en bij gebruik van het apparaat als een gedeelde printer, kan elke client-pc een verschillend afdrukvak benutten.
Pagina 106
Selecteer het afdrukvak vanaf de pc en Selecteer het betreffende het netwerk met behulp van voer het afdrukken uit. (Raadpleeg afdrukvak voor het KYOCERA Client Tool. (Raadpleeg Document opslaan naar een afdrukvak afdrukken vanaf het Het afdrukvak instellen op pagina op pagina 4-13.)
Gebruik de onderstaande procedure om een document op te slaan in het afdrukvak aangemaakt op de pc. Afdrukvak kan worden geselecteerd uit [Box 01] tot [Box 30]. Om de andere afdrukvakken te gebruiken of om de naam van het standaard afdrukvak te wijzigen, configureer de instellingen op KYOCERA Client Tool. Raadpleeg Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) op pagina 7-24.
Pagina 108
Afdrukken vanaf PC > Gebruik van het afdrukvak Stel zo nodig de naam van afdruktaak in. OPMERKING Hier is de afdruktaak ingesteld met dezelfde naam en de taak wordt overschreven als [Aangepast] en [Bestaand bestand vervangen] zijn ingesteld. Start het afdrukken. Selecteer [OK] om terug te keren naar het "Print"-scherm en klik op [OK] om te beginnen met het opslaan.
OPMERKING • Alle documenten die in het geselecteerde afdrukvak zijn opgeslagen worden afgedrukt. • KYOCERA Client Tool moet worden uitgevoerd op de computer waarop het afdrukken vanaf het afdrukvak wordt uitgevoerd. • Na het afdrukken worden de documenten in het afdrukvak verwijderd.
Pagina 110
Afdrukken vanaf PC > Gebruik van het afdrukvak Druk op de [Start] toets. Het afdrukken begint. Als u een PIN-code hebt toegewezen aan het afdrukvak met KYOCERA Client Tool, voer dan de PIN-code in met de cijfertoetsen en druk op de [OK] toets. 4-16...
Bediening van het apparaat In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen uitgelegd: Originelen plaatsen ............................5-2 Originelen op de glasplaat plaatsen ......................5-2 Originelen in de documenttoevoer plaatsen (optioneel) ................5-3 Serienummer van het apparaat controleren ....................... 5-5 Kopiëren ................................5-6 Basisbediening ............................
Bediening van het apparaat > Originelen plaatsen Originelen plaatsen Originelen op de glasplaat plaatsen Naast gewone vellen kunt u als origineel ook boeken of tijdschriften op de glasplaat plaatsen. Formaat origineel Plaats de te scannen zijde met het beeld omlaag. Lijn ze strak uit tegen de aanduidingsplaten voor het origineelformaat met de...
Bediening van het apparaat > Originelen plaatsen Originelen in de documenttoevoer plaatsen (optioneel) De optionele documenttoevoer scant automatisch elk vel van meerdere originelen. Beide zijden van dubbelzijdige originelen worden gescand. Originelen geschikt voor de documenttoevoer De documenttoevoer is geschikt voor de volgende typen originelen. Details Documenttoevoer Gewicht...
Pagina 114
Bediening van het apparaat > Originelen plaatsen Pas de breedtegeleiders voor de originelen aan. Plaats de originelen. Origineel formaat Bij het selecteren van de kopieerfunctie Plaats de te scannen zijde (of de eerste zijde van dubbelzijdige originelen) naar boven. Schuif de voorrand zo ver mogelijk in de documenttoevoer.
Bediening van het apparaat > Serienummer van het apparaat controleren Serienummer van het apparaat controleren Het serienummer van het apparaat staat gedrukt op de plek aangegeven in de afbeelding. TASKalfa 2201 OPMERKING U heeft het serienummer van het apparaat nodig als u contact opneemt met uw servicevertegenwoordiger. Controleer het nummer voor u contact opneemt met uw servicevertegenwoordiger.
Bediening van het apparaat > Kopiëren Kopiëren Basisbediening Volg de onderstaande stappen voor de basishandelingen bij het kopiëren. Druk op de toets [Kopiëren]. Plaats de originelen. Origineel formaat Papierformaat Controleer het origineelformaat en het papierformaat. OPMERKING • Raadpleeg Originelen plaatsen op pagina 5-2 voor informatie over het plaatsen.
Pagina 117
Bediening van het apparaat > Kopiëren Gebruik de cijfertoetsen om de hoeveelheid kopieën in te voeren. Geef het gewenste aantal tot 999 op. Druk op de [Start] toets. Kopiëren start.
Bediening van het apparaat > Kopiëren Kopiëren tijdens onderbreking Met deze functie kunt u de huidige, lopende taak onderbreken als u meteen kopieën wilt maken. Na afloop van de onderbreking voor het kopiëren, gaat het apparaat verder met het afdrukken van de onderbroken taak. OPMERKING Als geen bediening plaatsvindt op het apparaat gedurende 60 seconden, wordt het onderbreken van het kopiëren automatisch geannuleerd en wordt het afdrukken hervat.
Bediening van het apparaat > Kopiëren ID-kaart kopiëren Gebruik deze functie om de voor-en achterzijde van een officieel document of een identiteitskaart op een papiervel te kopiëren. Configureer de instellingen. Druk op de toets [ID-kaart kopie]. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Aan] te selecteren, en druk op de toets [OK]. Plaats de originelen.
Pagina 120
Bediening van het apparaat > Kopiëren Druk op de [Start] toets. De ene zijde van de kaart wordt gescand. Draai het origineel om. Lijn het document uit tegen de ID Card markeringen op de aanduidingsplaten voor het origineelformaat. (Afwisselend weergegeven) Druk op de [Start] toets.
Bediening van het apparaat > Kopiëren Gebruik van de verschillende functies Om de instellingen voor de functies in te stellen, druk op de toets van de functie die u wilt configureren. U kunt ook op de toets [Functiemenu] drukken om andere functies weergegeven in het berichtenscherm te kiezen. Bedieningswijze (pagina 3-3) Selecteert het weergegeven item of wijzigt de numerieke waarde.
Pagina 122
Bediening van het apparaat > Kopiëren Referentiepa Functietoets Functie Beschrijving gina Papierselectie Selecteert de cassette of de multifunctionele lade met pagina 5-18 het benodigde papierformaat. Samenv./versch. Sorteert de uitgevoerde documenten per pagina of per pagina 5-19 set. Zoomen Past de zoomfactor aan om de afbeelding te verkleinen pagina 5-20 of te vergroten.
Bediening van het apparaat > Kopiëren Dichtheid Stelt de dichtheid in. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Donkerder +3] tot [Lichter -3] te selecteren. Origineel beeld Selecteert het beeldtype van het origineel. Item Beschrijving Tekst+Foto Voor documenten met een combinatie van tekst en foto's. Foto Voor foto's gemaakt met een camera.
Pagina 124
Bediening van het apparaat > Kopiëren Dubbelzijdig naar dubbelzijdig Hiermee kunnen dubbelzijdige kopieën van dubbelzijdige originelen worden gemaakt. De optionele duplex-eenheid en documenttoevoer zijn vereist. OPMERKING De ondersteunde papierformaten bij dubbelzijdige naar dubbelzijdige Origineel Kopie originelen zijn A3, B4, A4, A4-R, B5, B5-R, A5-R, Ledger, Legal, Letter, Letter-R, Executive, Statement-R, Oficio II, 216 ×...
Pagina 125
Bediening van het apparaat > Kopiëren Item Instelling Beschrijving 2-zijdig>>1-zijdig ― Druk op de toets [OK] om het origineel te kopiëren met de standaardinstelling. Voor informatie over de standaardinstelling, raadpleeg Stand.inst.funct (Standaardinstellingen functies) op pagina 7-20. Binden voltooien Links/rechts, Druk op [Details] om het scherm [Binden voltooien] op te roepen. boven Selecteer de bindrichting van originelen, en druk op de toets [OK].
Bediening van het apparaat > Kopiëren Combineren Combineert 2 of 4 originele bladen in 1 afgedrukte pagina. U kunt de pagina-indeling en het type van de grenslijnen rond de pagina's selecteren. De volgende types grenslijnen zijn beschikbaar: Geen Ononderbroken Onderbroken Positiemarkering Item Instelling...
Pagina 127
Bediening van het apparaat > Kopiëren Afbeelding lay-out Instelling Afbeelding 2 in 1 L nr R/B nr Be R nr L 4 in 1 Rechts dan oml. Oml. dan rechts Links dan omlaag Omlaag dan rechts OPMERKING • De ondersteunde papierformaten bij de modus combineren zijn A3, A4-R, A4, A5-R, B4, B5-R, B5, Folio, 216 ×...
Bediening van het apparaat > Kopiëren Papierselectie Selecteert de cassette of de multifunctionele lade met het benodigde papierformaat. OPMERKING Geef van tevoren het formaat en de soort op van het papier dat in de cassette is geplaatst (raadpleeg Papierformaat en mediatype opgeven op pagina 3-13).
Pagina 129
Bediening van het apparaat > Kopiëren Sorteer/verschuif (Samenvoegen/verschuiven Sorteert de uitgevoerde documenten per pagina of per set. Instelling Afbeelding Beschrijving ― Schakelt de functie uit. Alleen Scant meerdere originelen en produceert volledige sets samenvoeg. kopieën die afhankelijk van het aantal pagina's worden afgeleverd.
Pagina 130
Bediening van het apparaat > Kopiëren Zoomen Past de zoomfactor aan om de afbeelding te verkleinen of te vergroten. De volgende zoomopties zijn beschikbaar: Item Instelling Beschrijving 100% Het origineelformaat blijft behouden. Auto Past het beeld aan zodat het op het A3: 141% papierformaat past.
Pagina 131
Bediening van het apparaat > Kopiëren Formaat origineel Geef het formaat van het origineel op dat moet worden gescand. Item Beschrijving Auto Om het formaat van het origineel automatisch te detecteren. A3, A4-R, A4, A5-R, A5, A6-R, B4, B5-R, B5, B6-R, B6, Folio, Selecteer uit de standaardformaten.
Pagina 132
Bediening van het apparaat > Kopiëren Orig.versch.form. Originelen met verschillende formaten Scant meerdere vellen dezelfde breedte met behulp van de documenttoevoer. OPMERKING Hiervoor is de optionele documenttoevoer vereist. Instelling Beschrijving Schakelt de functie uit. Schakelt originelen met verschillende formaten in. EcoPrint EcoPrint bespaart toner bij het afdrukken.
Pagina 133
Bediening van het apparaat > Kopiëren Marge Marges (witruimte) toevoegen. U kunt bovendien de breedte van de marges en de marge van de achterpagina instellen. OPMERKING De standaard instelling voor de breedte van de marge kan worden gewijzigd. Raadpleeg Marge op pagina 7-21 voor meer informatie.
Pagina 134
Bediening van het apparaat > Kopiëren Kader wissen Wist het zwarte kader rondom de afbeelding. De volgende mogelijkheden zijn beschikbaar: Kader vel wissen Wist het zwarte kader rond een enkel origineel blad. Origineel Kopie Kader boek wissen Wist het zwarte kader rondom de randen en in het midden van het origineel, zoals een dik boek.
Bediening van het apparaat > Kopiëren Continu scannen Scant een groot aantal originelen in afzonderlijke partijen en produceert ze vervolgens als één taak. Om het volgende origineel te scannen, druk op de [Start]-toets. Na het scannen van alle originelen, druk op [Scan end]. Het kopiëren begint. Instelling Beschrijving Schakelt de functie uit.
Bediening van het apparaat > Kopiëren Programma Als u veelgebruikte functies in één programma registreert, hoeft u slechts het programmanummer te selecteren om deze functies op te roepen. U kunt de programma's ook een naam geven om ze makkelijker te herkennen bij het oproepen. OPMERKING •...
Bediening van het apparaat > Kopiëren Druk op de toets [▲] of [▼] om [Voeg toe] te selecteren, en druk op de toets [OK]. OPMERKING Als het scherm voor het selecteren van het taaktype verschijnt, druk dan op de toets [▲] of [▼] om [Kopiëren] te selecteren en druk op de toets [OK].
Bediening van het apparaat > Kopiëren Druk op de toets [▲] of [▼] om [Opnw bellen] te selecteren, en druk op de toets [OK]. Voer het programma uit. Plaats de originelen en druk op de [Start]-toets. Programma overschrijven Programma's kunnen worden gewijzigd op dezelfde werkwijze als voor het registreren van programma's. Bij het kiezen van het te registreren programmanummer, selecteert u het programma dat moet worden gewijzigd waarna het programmanummer wordt overgeschreven.
Bediening van het apparaat > Kopiëren Programma verwijderen Gebruik de onderstaande procedure om een programma te verwijderen. Roep het scherm op. Druk op de [Programma]-toets. Druk op de toets [▲] of [▼] om het te verwijderen programmanummer (01 tot 10) te selecteren, en druk op [Menu].
Bediening van het apparaat > Kopiëren Instellingen keuzetoets Veelgebruikte kopieerfuncties kunnen worden geregistreerd onder de keuzetoets. Functies kunnen eenvoudig worden geconfigureerd door op de keuzetoets te drukken. De volgende functies zijn beschikbaar: • Papierselectie • Samenv./versch. • Zoomen • Origineel formaat •...
Pagina 141
Bediening van het apparaat > Kopiëren Als er afdruktaken zijn die op uitvoering wachten [Print taaklijst] wordt weergegeven. OPMERKING Als de optionele Faxkit is geïnstalleerd, wordt [Lijst ann. taken] weergegeven. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Print taaklijst] te selecteren, en druk op de toets [OK]. Lopende FAX verzendtaken kunnen worden geannuleerd door [Taaklijst verz.] te selecteren.
PC gescande gegevens in de PC Stel TWAIN/WIA in Configureer de bestemming op de Instellingen Snel KYOCERA Client Tool scannen/TWAIN Vereiste instelling (pagina 7-32) WIA-driver instellen • Bestemming nummer (pagina 2-44) • Weergavenaam • Instellingen verbinding •...
Pagina 143
Software installeren (pagina 2-25) Maak de map aan voor het opslaan van de gescande gegevens in de PC Stel TWAIN/WIA in Configureer de bestemming op de KYOCERA Client Tool Instellingen Snel scannen/TWAIN Vereiste instelling (pagina 7-32) WIA-driver instellen (pagina 2-44) •...
Bediening van het apparaat > Scannen De afbeelding scannen door de bestemming te selecteren (Quickscan) Selecteer de scanmethode en de bestemming voor elke taak met behulp van KYOCERA Client Tool. Het apparaat aansluiten op de pc via USB Maak een scan vanaf de computer (host-pc) die via USB is aangesloten op het apparaat. Als de gedeelde map op de computer (client-pc) op het netwerk als bestemming is geselecteerd, dan kan een afbeelding worden opgeslagen op de computer die niet via USB is aangesloten op het apparaat.
Pagina 145
Als originelen worden gescand nadat u [Lokale pc] als bestemming heeft gekozen, dan wordt een afbeelding opgeslagen in "Mijn Documenten" in de computer (host-pc) die via USB is aangesloten op het apparaat. Als KYOCERA Client Tool is geactiveerd op de host-pc, kunnen originelen alleen worden gescand door het apparaat te bedienen.
Pagina 146
Bediening van het apparaat > Scannen Scannen met TWAIN Laat de gescande afbeelding uitlezen door de toepassing voor beeldverwerking. (Raadpleeg Scannen met TWAIN op pagina 5-43.) 5-36...
Scannen vanaf het bedieningspaneel van het apparaat is eenvoudig. Voordat u deze functie gebruikt, moet u de bestemmingsmap waar u de gescande afbeelding wilt opslaan en de beeldkwaliteit opgeven met behulp van KYOCERA Client Tool. Raadpleeg Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) op pagina 7-24.
Als er instellingen zijn die u wijzigt vanaf "Mijn Documenten" in de computer (host-pc) die via USB is aangesloten op het apparaat, moet u de bestemming instellen met behulp van KYOCERA Client Tool. U kunt gewoon het betreffende bestemmingsnummer selecteren om deze functies op te roepen.
Pagina 149
Bediening van het apparaat > Scannen Als het apparaat is aangesloten op de pc op het netwerk, moeten "Verbindingsinstellingen" worden geconfigureerd met behulp van KYOCERA Client Tool. Raadpleeg Het apparaat aansluiten op de pc op het netwerk op pagina 2-42.
Pagina 150
Druk op de toets [▲] of [▼] om een op te roepen bestemmingsnummer (01 tot 30) te selecteren, en druk op de toets [OK]. OPMERKING De ingestelde naam d.m.v. KYOCERA Client Tool wordt weergegeven. [----------------] verschijnt voor de bestemming waarvoor geen naam is ingesteld. Druk op de [Start] toets.
(Snel scannen) Voer het scannen uit vanaf KYOCERA Client Tool. OPMERKING U moet de instellingen van Snel scannen en TWAIN configureren met behulp van KYOCERA Client Tool. Raadpleeg Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) op pagina 7-24. Plaats de originelen op het apparaat.
Pagina 152
Bediening van het apparaat > Scannen • Scannen naar PDF Het scannen wordt uitgevoerd. Als het scannen is voltooid, verschijnt het dialoogvenster [PDF-bestand opslaan als] verschijnt. Geef de naam van het PDF-bestand en de map op waarin de afbeelding wordt opgeslagen. •...
Bediening van het apparaat > Scannen Scannen met TWAIN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een origineel met TWAIN kunt scannen. De procedure voor het scannen met de TWAIN-driver geldt als voorbeeld. Het WIA-stuurprogramma wordt gebruikt op dezelfde manier. Plaats de originelen.
Bediening van het apparaat > Scannen Taken annuleren U kunt taken annuleren door op de [Stop]-toets te drukken. Als [Annul.] wordt weergegeven op het berichtenscherm, kunnen taken worden geannuleerd door op [Annul.] te drukken. 5-44...
Bediening van het apparaat > Gebruik van de FAX-functie Gebruik van de FAX-functie Door de optionele Faxkit in het apparaat te installeren, kunt u de fax-functie gebruiken. Deze paragraaf beschrijft de basisinstructies voor het verzenden van een fax. Voor meer informatie over het gebruik van de FAX, raadpleeg de FAX Operation Guide *1 FAX is een optie.
Pagina 156
Bediening van het apparaat > Gebruik van de FAX-functie Geef de bestemming voor de verzending op. Voer het faxnummer van het ontvangende systeem in met de cijfertoetsen. OPMERKING De bestemming kan met behulp van het adresboek en de snelkiestoetsen worden ingesteld. Raadpleeg voor meer informatie FAX Operation Guide *1 FAX is een optie.
Taaklog controleren ............................6-6 Taken pauzeren en hervatten ..........................6-9 Afdruktaken die worden afgedrukt/wachten op afdrukken annuleren .............. 6-10 Status apparaat controleren ..........................6-12 De resterende hoeveelheid toner en papier controleren .................. 6-13 Controleren vanaf KYOCERA Client Tool ......................6-14...
De status controleren > Taakstatus controleren Taakstatus controleren Controleer de status van de taken die worden verwerkt of wachten om te worden afgedrukt. Beschikbare statusschermen U kunt de status van de taak die worden verwerkt of wacht op het berichtenscherm controleren. De volgende taakstatussen zijn beschikbaar.
De status controleren > Taakstatus controleren Selecteer de taak die u wilt controleren. Druk op de toets [▲] of [▼] om de te controleren taak te selecteren, en druk op de toets [Menu]. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Details] te selecteren, en druk op de toets [OK]. Details taakstatus wordt weergegeven.
Pagina 160
De status controleren > Taakstatus controleren Item Beschrijving Info afzender Als de naam van de afzender wordt verstrekt bij ontvangst van een fax, dan wordt deze naam weergegeven. Als alleen het nummer van de afzender wordt verstrekt, dan wordt dit nummer weergegeven. Als er geen informatie over de afzender is of als een fax niet wordt ontvangen, dan verschijnt [----].
Pagina 161
De status controleren > Taakstatus controleren Status geplande taak Item Beschrijving Status Status van de taak [Wachten]: Wachten op verzenden Begintijd Begintijd voor de geplande taak Taaknaam Wanneer de naam van de taak in Taaknaam wordt weergegeven in verkorte vorm, druk dan op [Details] om de volledige taaknaam weer te geven.
De status controleren > Taaklog controleren Taaklog controleren Controleer de geschiedenis van voltooide taken. Beschikbare taaklogschermen De volgende taakloggen zijn beschikbaar. Scherm Weergegeven taakloggen Log afdruktaak • Kopiëren • Printer • Afdrukken vanaf het afdrukvak • Faxontvangst • Taakrapport/overzicht Taaklog verst. •...
Pagina 163
De status controleren > Taaklog controleren Selecteer de taak die u wilt controleren. Druk op de toets [▲] of [▼] om de te controleren taak te selecteren, en druk op [Details]. Rechts van elke taak wordt een taakresultaat pictogram weergegeven. •...
Pagina 164
De status controleren > Taaklog controleren Taaklog verst. Item Beschrijving Resultaat Resultaat van de taak [OK]: De taak is voltooid. [Fout]: Er is een fout opgetreden. [Annul.]: De taak werd geannuleerd. Geaccep. tijd Geaccepteerde tijd van de taak Eindtijd Eindtijd van de taak Taaknaam Wanneer de naam van de taak in Taaknaam wordt weergegeven in verkorte vorm, druk dan op [Details] om de volledige taaknaam weer te...
De status controleren > Taken pauzeren en hervatten Taken pauzeren en hervatten Pauzeren/hervatten van alle afdruktaken die worden afgedrukt/wachten op afdrukken. Roep het scherm op. Druk op de toets [Status/Systeemmenu/Tellers]. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Status] te selecteren, en druk op de toets [OK]. Druk op [Pauze].
De status controleren > Afdruktaken die worden afgedrukt/wachten op afdrukken annuleren Afdruktaken die worden afgedrukt/wachten op afdrukken annuleren Annuleer de afdruktaken die worden afgedrukt/wachten op afdrukken. Roep het scherm op. Druk op de toets [Status/Systeemmenu/Tellers]. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Status] te selecteren, en druk op de toets [OK]. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Status afdr.taak] te selecteren, en druk op de toets [OK].
Pagina 167
De status controleren > Afdruktaken die worden afgedrukt/wachten op afdrukken annuleren Taakstatus verst of Status geplande taak Druk op de toets [▲] of [▼] om de te annuleren taak te selecteren, en druk op [Annul.]. OPMERKING Een taak kan worden geannuleerd door te drukken op [Menu], [Taak annuleren] en vervolgens op de [OK]-toets.
De status controleren > Status apparaat controleren Status apparaat controleren Configureer de apparaten controleer hun status. OPMERKING Voor het controleren van de FAX-status, raadpleeg de FAX Operation Guide *1 FAX is een optie. Roep het scherm op. Druk op de toets [Status/Systeemmenu/Tellers]. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Status] te selecteren, en druk op de toets [OK].
De status controleren > De resterende hoeveelheid toner en papier controleren De resterende hoeveelheid toner en papier controleren Controleer de resterende hoeveelheid toner en papier op het berichtenscherm. Roep het scherm op. Druk op de toets [Status/Systeemmenu/Tellers]. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Status] te selecteren, en druk op de toets [OK]. Controleer de status Druk op de toets [▲] of [▼] om [Tonerstatus] of [Papierstatus] te selecteren, en druk op de toets [OK].
De status controleren > Controleren vanaf KYOCERA Client Tool Controleren vanaf KYOCERA Client Tool U kunt de huidige status van het apparaat controleren vanaf de toepassing KYOCERA Client Tool. Item Beschrijving Machine status Toont een 3D-beeld van het geselecteerde apparaat en de huidige status ervan. Klik op (Vernieuwen) om de status van het apparaat te vernieuwen.
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Instellingen voor de algemene werking van het apparaat configureren. Druk op de toets [Status/Systeemmenu/Tellers] om de instellingen te tonen op het berichtenscherm. Selecteer vervolgens uit de weergegeven instellingen.
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Instellingen systeemmenu In dit gedeelte worden de functies beschreven die kunnen worden geconfigureerd in het systeemmenu. Om de instellingen te configureren, selecteer het item in het systeemmenu en druk op het in te stellen item. Zie voor meer informatie over elke functie, de onderstaande tabel.
Pagina 174
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Referentie Item Beschrijving pagina Kopiëren Configureer de instellingen voor de kopieerfuncties. pagina 7-22 Printer Bij het afdrukken vanaf computers, worden de instellingen doorgaans pagina 7-22 uitgevoerd vanaf het scherm software toepassing. De volgende instellingen zijn echter beschikbaar voor het configureren van de standaardwaarden om het apparaat aan te passen.
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Rapport Druk rapporten af om de instellingen en status van het apparaat te controleren. Druk rapport af Rapport Druk rapport af Als bij ingeschakelde taakaccounting het menusysteem zonder aanmelding wordt bediend (geen account-ID ingevoerd), dan moet de account-ID worden ingevoerd voordat het rapport kan worden afgedrukt.
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Inst.beh.rapport (Instellingen beheerrapport) / Inst.result.rapp. (Instellingen resultatenrapport) Inst.beh.rapport Rapport Inst.result.rapp Configureer de instellingen voor de faxfuncties. Raadpleeg voor meer informatie de FAX Operation Guide *1 FAX is een optie.
Pagina 177
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) TCP/IP instel. Systeem Netwerk inst. TCP/IP instel. Item Beschrijving TCP/IP TCP/IP Selecteer of de TCP/IP-protocol moet worden gebruikt. instel. Instelling: Uit, Aan IPv4 Instelling Stel de TCP/IP (IPv4) in voor aansluiting op het netwerk. Deze instelling is beschikbaar wanneer [TCP/IP] is ingesteld op [Aan].
Pagina 178
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Item Beschrijving TCP/IP IPv6 Instelling Stel de TCP/IP (IPv6) in voor aansluiting op het netwerk. Deze instelling is beschikbaar instel. wanneer [TCP/IP] is ingesteld op [Aan]. IPv6 Selecteer of u IPv6 wenst te gebruiken.
Pagina 179
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Item Beschrijving TCP/IP Protocoldetail Selecteer de instellingen voor protocoldetail. instel. SMTP Geef aan of u e-mail via SMTP wenst te verzenden. Instelling: Uit, Aan WSD-afdruk Selecteer of u WSD-afdruk wenst te gebruiken.
Pagina 180
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) LAN-interface Systeem Netwerk inst. LAN-interface Item Beschrijving LAN-interface Geef de te gebruiken instellingen voor de LAN-interface op. Instelling: Auto, 10Base-half, 10Base-volledig, 100Base-half, 100Base-volledig BELANGRIJK Start, na het wijzigen van de instelling, het netwerk opnieuw op of zet het apparaat UIT en vervolgens weer AAN.
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Admin/Accounting Admin/Accounting Configureer de beheerinstellingen van het apparaat. Beheerinstelling (pagina 2-11) Taakaccounting (pagina 8-1) Onbek. ID taak (pagina 8-17) Algemene instellingen Configureer de algemene werking van het apparaat. Taal...
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Geluid Algemene instell Geluid Item Beschrijving Geluid Zoemer Stel de opties in van de zoemer bij de werking van het apparaat. Toets bevest. Breng een geluid voort wanneer een toets op het bedieningspaneel wordt ingedrukt.
Pagina 183
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Inst. orig./pap. (Instellingen origineel/papier) Algemene instell Inst. orig./pap. Item Beschrijving Inst. orig./ Custom form.orig Stel vaak gebruikte aangepaste origineelformaten in. pap. Als u een aangepaste origineelformaten wilt registreren, moet u het gewenste formaat ingeven.
Pagina 184
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Item Beschrijving Inst. orig./ Auto-herken orig. Kies of originelen van speciaal of niet-standaard formaat al dan niet automatisch pap. moeten worden herkend. OPMERKING Voor Auto-herken origin, is deze wijziging beschikbaar voor sommige landen.
Pagina 185
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Cassette 1 (tot 4) inst. (Cassette 1 (tot 4) instellingen) Algemene instell Inst. orig./pap. Cassette 1 (tot 4) inst. Om het papiertype dat wordt gebruikt in cassette 1 of de optionele papierinvoeren (cassettes 2 tot 4) in te stellen, moet u het papierformaat en mediatype opgeven.
Pagina 186
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Inst. mediatype (Instellingen mediatype) Algemene instell Inst. orig./pap. Inst. mediatype De volgende instellingen kunnen gekozen worden. Y (standaard): Standaardinstelling, Y: Beschikbaar, N: Niet beschikbaar Papiergewicht Licht Normaal 1 Normaal 2...
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Item Beschrijving Custom 1 tot 8 Duplex Selecteer de instelling voor dubbelzijdig afdrukken. Instelling Verboden: Dubbelzijdig afdrukken niet toegestaan. Vergund: Dubbelzijdig afdrukken toegestaan. Naam Wijzig namen voor Aangepast 1-8. Namen mogen niet meer dan 16 tekens bedragen.
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Datuminstelling Algemene instell Datuminstelling Instellingen met betrekking tot datum en tijd instellen. Item Beschrijving Datuminstelling Datum/tijd Stel de datum en tijd in voor de locatie waar u het apparaat gebruikt.
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Timerinstelling Algemene instell Timerinstelling Configureer de tijdinstellingen. Item Beschrijving Timer- Fout wis timer Als u [Aan] voor Fouten aut.verw. kiest, stel dan het tijdsinterval in voordat de fouten instelling automatisch worden gewist.
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Item Beschrijving Timer- Uitschakelvoorw. Selecteer of de stroom automatisch moet worden uitgeschakeld voor de volgende instelling functie: • • USB-kabel • Instelling: Uit, Aan Uitschakeltimer Selecteer of de stroom automatisch moet worden uitgeschakeld na een termijn waarin...
Pagina 191
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Item Beschrijving Stand.inst. Kader wissen Stel de standaardbreedte in die moet worden gewist als kader. funct Instelling Metrisch: 0-50 mm (in stappen van 1 mm) OPMERKING Om de wisbreedte van het kader rond het origineel op te geven, stel de waarde in [Kader] in.
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Kopiëren Kopiëren Configureer de instellingen voor de kopieerfuncties. Item Beschrijving Kopiëren Papierselectie Stel het standaard papierselectie in. Instelling: Auto, Stand. papierbron Autom.papiersel. Als [Auto] is geselecteerd voor papierselectie, stel dan de selectiemethode van het papierformaat in als de zoom verandert.
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op het apparaat (Systeemmenu) Bestemming bewerken Bestemming bewerken Configureer de instellingen voor Adresboek. Raadpleeg voor meer informatie de FAX Operation Guide *1 FAX is een optie. Inst./Onderhoud (Instellen/onderhoud) Inst./Onderhoud Pas de afdrukkwaliteit en voer onderhoud aan het apparaat uit.
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) Diverse apparaatinstellingen kunnen worden geconfigureerd vanaf een computer met KYOCERA Client Tool. Installeer KYOCERA Client Tool vanaf de meegeleverde Product Library schijf.
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) Schermoverzicht Het schermoverzicht van KYOCERA Client Tool is als volgt. Item Beschrijving Referentie- pagina Lijst apparaten De lijst bovenaan het KYOCERA Client Tool schermbeeld bevat alle —...
Pagina 196
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) Item Beschrijving Referentie- pagina Scannen Instellingen TWAIN en Snel scannen configureren. — Scannen naar PDF, scannen naar e-mail en scannen naar map kan ook worden uitgevoerd vanaf dit tabblad.
Pagina 197
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) Item Beschrijving Referentie- pagina Machine status U kunt de huidige status van het apparaat controleren. pagina 6-14 Afsluiten KYOCERA Client Tool afsluiten. — *1 Wordt alleen weergegeven als de optionele Faxkit is geïnstalleerd.
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) De beheerinstellingen configureren Configureer de beheerinstellingen op [Configureren] van tabblad [Apparaat]. Scherm configureren heeft de volgende tabbladen. • Tabblad [Standaardinstellingen apparaat]: Selecteer inch of millimeter als maateenheid voor paginaformaten, watermerk, poster, en gleuf instellingen in het printerstuurprogramma.
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) Scanbestemming configureren Configureer de scanbestemming op [Scanbestemming] van tabblad [Apparaat]. BELANGRIJK Om het apparaat in te stellen, druk op de toets [Reset] op het bedieningspaneel van het apparaat.
Pagina 200
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) Item Beschrijving Scherp De scherpte van het beeld aanpassen. Instelling: Geen, Laag, Gemiddeld, Hoog, Descreen (Vervaagt de contouren en reduceert de scherpte.) Scankleuren Selecteert de instelling voor kleurmodus.
Pagina 201
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) Item Beschrijving Doelmap Opgegeven map waar de gescande afbeelding worden opgeslagen. Om de map te selecteren, klik op [Bladeren] om "Bladeren naar map" te openen. De standaardinstelling wordt hieronder weergegeven: C:\Users\<gebruiker>\Mijn documenten (Windows Vista/Windows 7 of Windows 8)
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) Instellingen Snel scannen/TWAIN Configureer de instellingen voor Snel scannen op [Voorkeuren] of [Instellingen Snel scannen] van het tabblad /TWAIN [Scannen]. Item Beschrijving Voorkeuren De TWAIN scaninstellingen wijzigen. Deze instelling geldt alleen voor Snel scannen.
Pagina 203
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) Item Beschrijving Afdrukrichting Selecteer waar de bovenrand van het originele document zich bevindt om in de juiste richting te scannen. Instelling: Staand (Bovenste rand boven), Staand (Bovenste rand links), Liggend (Bovenste...
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) Instellingen Snel scannen Item Beschrijving Naam uitvoer Een bestandsnaam aan gescande afbeeldingen toewijzen. Als er meerdere pagina's worden opgeslagen in dezelfde map, dan wordt een driecijferig oplopend getal zoals Scan_001, Scan_002 ...
Systeemmenu en KYOCERA Client Tool > Standaardinstellingen op de pc (KYOCERA Client Tool) Instellingen afdrukvak Configureer de instellingen van het afdrukvak op [Afdrukvakbestemming] van tabblad [Apparaat]. Er kunnen maximaal 30 afdrukvakken worden aangemaakt. BELANGRIJK • Bij het verzenden van een afdruktaak vanaf de client-pc via een netwerk moeten vak, doelmap en pincode ingesteld door KYOCERA Client Tool worden toegewezen aan elke client-pc.
Taakaccounting In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen uitgelegd: Overzicht van taakaccounting ..........................8-2 Taakaccount beheren vanaf de pc ......................8-2 Taakaccounting inschakelen ..........................8-4 Een account instellen ............................8-5 Een account toevoegen ........................... 8-5 Het gebruik van het apparaat beperken ....................8-7 Een account bewerken ..........................
Taakaccounting > Overzicht van taakaccounting Overzicht van taakaccounting Taakaccounting beheert de telling kopiëren/afdrukken/scannen/faxen van elke individuele account door het toewijzen van een ID aan elke account. Schakel Stel een account in. Voer de toegewezen account-ID Tel het aantal gekopieerde, taakaccounting in. (Raadpleeg pagina in bij het uitvoeren van de taak.
*1 De optionele Network Interface Kit is vereist. Beheer van scantaak account met Snel scannen/TWAIN Voor het beheren van de scantaak account d.m.v. Snel scannen/TWAIN, moet u de KYOCERA Client Tool instellingen configureren op de computer die is aangesloten op het apparaat. (Raadpleeg...
Taakaccounting > Taakaccounting inschakelen Taakaccounting inschakelen Schakel taakaccounting in. Gebruik hiervoor de onderstaande procedure. Roep het scherm op. Druk op de toets [Status/Systeemmenu/Tellers]. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Admin/Accounting] te selecteren, en druk op de toets [OK]. OPMERKING Als het aanmeldingsgebruikersnaam scherm verschijnt tijdens de bewerkingen, meldt u dan aan zoals aangeven in...
Taakaccounting > Een account instellen Een account instellen U kunt een account toevoegen, wijzigen en verwijderen en de restricties voor elke account instellen. Een account toevoegen Er kunnen maximaal 30 afzonderlijke accounts worden toegevoegd. De volgende gegevens zijn vereist: Item Beschrijvingen Accountnaam Voer de accountnaam in (maximaal 32 tekens).
Pagina 211
Taakaccounting > Een account instellen Druk op [Menu]. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Account toev.] te selecteren, en druk op de toets [OK]. Voer de accountinformatie in. Voer de accountnaam in en druk op de toets [OK]. OPMERKING Raadpleeg Tekens invoeren op pagina 10-6...
Taakaccounting > Een account instellen Het gebruik van het apparaat beperken In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u het gebruik van het apparaat per account of het aantal beschikbare vellen kunt beperken. De items die kunnen worden beperkt verschillen afhankelijk van de vraag of [Splitsen] of [Totaal] is geselecteerd voor Tell.
Taakaccounting > Een account instellen Een account bewerken Hierdoor worden de geregistreerde accountgegevens gewijzigd. Roep het scherm op. Druk op de toets [Status/Systeemmenu/Tellers]. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Admin/Accounting] te selecteren, en druk op de toets [OK]. OPMERKING Als het aanmeldingsgebruikersnaam scherm verschijnt tijdens de bewerkingen, meldt u dan aan zoals aangeven in...
Taakaccounting > Een account instellen Een account verwijderen Hierdoor wordt een account verwijderd. Roep het scherm op. Druk op de toets [Status/Systeemmenu/Tellers]. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Admin/Accounting] te selecteren, en druk op de toets [OK]. OPMERKING Als het aanmeldingsgebruikersnaam scherm verschijnt tijdens de bewerkingen, meldt u dan aan zoals aangeven in Gebruikersnaam en wachtwoord administrator op pagina 2-...
Taakaccounting > Een account instellen Taakaccounting bij gedeelde printer Wanneer u het apparaat als gedeelde printer gebruikt, kan het afdrukken vanaf de computer (client-pc) op het netwerk met taakaccounting worden beheerd door het configureren van taakaccounting voor de computer (host-pc) die via USB is aangesloten op het apparaat.
Pagina 216
Taakaccounting > Een account instellen Selecteer [Taakaccounting] en [Account ID-vragen] op het tabblad [Taakaccounting]. Klik op de toets [OK]. OPMERKING • Als [Account ID-vragen] is ingesteld, wordt het scherm voor het invoeren van de account-ID weergegeven bij het afdrukken vanaf de client-pc. Bij het afdrukken vanaf de client-PC, raadpleeg Beheerinstellingen met wachtwoordbeveiliging op pagina 8- •...
Taakaccounting > Een account instellen Taakaccounting voor afdrukken via een netwerk Het aantal af te drukken taken vanaf de pc op het netwerk kan worden beheerd door taakaccounting. OPMERKING De optionele Network Interface Kit is vereist. Printerstuurprogramma instellen Om het aantal af te drukken taken vanaf de pc op het netwerk te beheren, moet u de onderstaande instellingen configureren met behulp van het printerstuurprogramma op de pc.
Pagina 218
Taakaccounting > Een account instellen Klik op de toets [OK]. OPMERKING Voor het instellen van andere functies voor taakaccounting, raadpleeg Printer Driver User Guide. 8-13...
Klik op de knop [Start] in Windows en selecteer [Alle programma's], [Kyocera] [Client Tool] en [KYOCERA Client Tool] om KYOCERA Client Tool te starten. OPMERKING In Windows 8, selecteer [Zoeken] in charms, [Apps], en vervolgens [KYOCERA Client Tool]. Selecteer [Voorkeuren] onder het tabblad [Scannen].
Taakaccounting > Een account instellen Taakaccounting voor scannen met WIA Het aantal taken gescand met behulp van WIA kan worden beheerd met taakaccounting. WIA-driver instellen Om het aantal taken gescand met WIA te beheren, moet u de volgende instellingen configureren met behulp van het WIA-stuurprogramma op de pc (host-pc) die via USB is aangesloten op het apparaat.
Taakaccounting > Een account instellen Taakaccounting voor faxen verzonden vanaf een pc Het aantal FAX verzendtaken vanaf een pc kan worden beheerd met taakaccounting. OPMERKING De optionele Faxkit is vereist. Faxstuurprogramma instellen Om het aantal FAX verzendtaken vanaf de pc te beheren, moet u de onderstaande instellingen configureren met behulp van het faxstuurprogramma op de pc.
Taakaccounting > Een account instellen Onbek. ID taak Bepaalt het gedrag voor het verwerken van taken worden verzonden met onbekende account ID's (dwz niet-verzonden ID's). De volgende instellingen zijn mogelijk. Item Beschrijvingen Toestaan De taak mag worden afgedrukt. Weigeren De taak wordt afgewezen (niet afgedrukt). Roep het scherm op.
Taakaccounting > Taakaccounting configureren Taakaccounting configureren Stand.instelling (Standaardinstelling) Stel de standaardinstellingen van taakaccounting in. Om de instellingen te configureren, selecteer het item Stand.instelling en druk op het in te stellen item. Admin/Accounting Taakacc. Inst. Stand.instelling Zie voor meer informatie over elke functie, de onderstaande tabel. Item Beschrijving Limiet toepassen...
Pagina 224
Taakaccounting > Taakaccounting configureren Item Beschrijving Tell. Pap.formaat Hiermee wordt het aantal pagina's per papierformaat geteld (bijvoorbeeld Letter). Naast het papierformaat, kan ook het mediatype worden opgegeven (bv. verbruik van letter- Papierformaat 1 (tot 5) formaat gekleurd papier tellen). Als u geen mediatype opgeeft, zal het aantal gebruikte bladen worden meegerekend voor het opgegeven papierformaat, ongeacht het mediatype.
Taakaccounting > Taakaccounting configureren Aantal afgedrukte pagina's tellen Hiermee wordt het aantal afgedrukte pagina's geteld. Tellingen worden ingedeeld in Totaal taakaccounting en Afzonderlijke accounts. Een nieuwe telling kan ook worden gestart na het resetten van de telwaarde die voor een bepaalde periode was opgeslagen.
Taakaccounting > Taakaccounting configureren Account rapport Het totaal aantal getelde pagina's van alle betreffende accounts kunnen worden afgedrukt als een accountrapport. Rapporten hebben verschillende formaten afhankelijk van de ingestelde werkwijze voor de telling van kopieerapparaten en printers. Als [Splitten] is geselecteerd voor Beheer van Telling kopiëren/afdrukken Account rapport Voor de telling op papierformaat, wordt het rapport afgedrukt op formaat.
Pagina 227
Taakaccounting > Taakaccounting configureren Druk het rapport af. Druk op de toets [▲] of [▼] om [Accountrapport] te selecteren, en druk op de toets [OK]. Druk op [Ja] in het bevestigingsscherm. Accountrapport wordt afgedrukt. 8-22...
Taakaccounting > Gebruik van taakaccounting Gebruik van taakaccounting In dit gedeelte worden de procedures voor het instellen van taakaccounting toegelicht. Aanmelden/afmelden Als taakaccounting is ingeschakeld, verschijnt een account-ID invoerscherm elke keer dat u dit apparaat gebruikt. Ga als volgt te werk om aan/af te melden. Aanmelden Voer de account-ID in het onderstaande scherm in met de cijfertoetsen en druk op de toets [OK].
Problemen oplossen In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen uitgelegd: Regulier onderhoud ............................9-2 Reinigen ..............................9-2 Vervangen van de tonercontainer ......................9-3 Vervangen van de tonerafvalbak ......................9-6 Problemen oplossen ............................9-8 Storingen oplossen ..........................9-8 Reageren op foutmeldingen ........................9-11 Papierstoringen oplossen ........................
Problemen oplossen > Regulier onderhoud Regulier onderhoud Reinigen Reinig het apparaat regelmatig om een optimale afdrukkwaliteit te garanderen. VOORZICHTIG Haal voor de veiligheid altijd de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat gaat reinigen. Originelenklep/glasplaat Veeg de achterkant van de originelenklep, de binnenkant van de documenttoevoer en de glasplaat schoon met een zachte doek bevochtigd met alcohol of een zacht schoonmaakmiddel.
Problemen oplossen > Regulier onderhoud Vervangen van de tonercontainer Als de toner bijna op is, verschijnt [Toner bijna leeg] in het berichtenvenster. Zorg ervoor dat u een nieuwe tonercontainer klaar heeft liggen om te vervangen. Als op het berichtenvenster [Voeg toner toe.] verschijnt , vervang de toner. VOORZICHTIG Probeer geen delen die toner bevatten te verbranden.
Pagina 232
Problemen oplossen > Regulier onderhoud BELANGRIJK Schud de tonercontainer zoals beschreven in de procedure en zet hem op zijn plaats.
Pagina 233
Problemen oplossen > Regulier onderhoud CLICK! OPMERKING Lever de lege tonercontainer en de tonerafvalbak in bij uw dealer of servicevertegenwoordiger. De ingezamelde tonercontainer en tonerafvalbak worden gerecycled of verwijderd volgens de betreffende voorschriften.
Problemen oplossen > Regulier onderhoud Vervangen van de tonerafvalbak Bij het vervangen van de tonercontainer moet ook de tonerafvalbak worden vervangen. U moet ook de tonerafvalbak vervangen als [Tonerafvalbak vol of niet geïnstalleerd. Controleer de bak.] wordt weergegeven op het berichtenscherm. VOORZICHTIG Probeer geen delen die toner bevatten te verbranden.
Pagina 235
Problemen oplossen > Regulier onderhoud OPMERKING Lever de lege tonercontainer en de tonerafvalbak in bij uw dealer of servicevertegenwoordiger. De ingezamelde tonercontainer en tonerafvalbak worden gerecycled of verwijderd volgens de betreffende voorschriften.
Staat er een bericht op het scherm, op Bepaal de gepaste reactie op het bericht pagina 9-11 gemaakt wanneer op [Start] KYOCERA Client Tool, of op de Status en voer de bijbehorende actie uit. toets wordt gedrukt. Monitor? Staat het apparaat in de slaapstand?
Pagina 237
Problemen oplossen > Problemen oplossen Referentie Probleem Controlepunten Mogelijke oplossing pagina De afdrukken zijn gekruld. Is het papier vochtig? Vervang het papier. pagina 3-7 pagina 3-10 Afdrukken lukt niet. Zit de stekker van het apparaat in het Stop de stekker van het netsnoer in een ―...
Pagina 238
Problemen oplossen > Problemen oplossen Referentie Probleem Controlepunten Mogelijke oplossing pagina Afdrukken zijn te donker, Heeft u de dichtheid gewijzigd? Selecteer een geschikt pagina 5-13 zelfs wanneer de dichtheidsniveau. pagina 7-23 achtergrond van het gescande origineel wit is. De kopieën hebben een Is het origineel een fotoafdruk? Stel het origineelbeeld in op [Foto].
Er verschijnt een foutmelding in het berichtenvenster van het bedieningspaneel van het apparaat. Als het [Opgelet] lampje brandt of knippert en er verschijnt een foutmelding in het berichtenvenster van het bedieningspaneel van het apparaat, controleer dan op KYOCERA Client Tool of Status Monitor. OPMERKING Als de lampjes op een andere manier dan hierboven beschreven branden of herhaaldelijk knipperen, dan is er waarschijnlijk een servicefout opgetreden.
Pagina 240
Problemen oplossen > Problemen oplossen Referentie- Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing pagina Fout bij data afdruk. Taak is ― Taak is geannuleerd. Druk op de [OK]- — geannuleerd. toets. Referentie- Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing pagina Get geheugen is vol. De taak ―...
Pagina 241
Problemen oplossen > Problemen oplossen Referentie- Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing pagina Max. aantal gescande ― Het scannen kan niet worden uitgevoerd — pagina's. De taak is omdat er onvoldoende geannuleerd. scannergeheugen is. Druk op de [Stop]- toets om de taak te annuleren. Referentie- Foutmelding Controlepunten...
Pagina 242
Problemen oplossen > Problemen oplossen Referentie- Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing pagina Plaats papier in cassette #. Stemt het gekozen papierformaat Plaats papier. pagina 3-5 overeen met het papierformaat in de ↑↓ (Afwisselend Selecteer [Papier] om de andere opgegeven papierbron? weergegeven) papierbron te selecteren.
Pagina 243
2-7 verbroken. kabel aan. Is de pc ingeschakeld? Druk op de [OK]-toets en zet de PC aan. — Kan KYOCERA Client Tool niet vinden. Druk op de toets [OK] en open pagina 7-24 KYOCERA Client Tool. Referentie- Foutmelding Controlepunten...
Problemen oplossen > Problemen oplossen Papierstoringen oplossen Als zich een papierstoring voordoet, wordt de melding [Papierstoring] weergegeven en wordt het apparaat stopgezet. Raadpleeg de volgende procedures om het vastgelopen papier te verwijderen. Toont de plaats van de papierstoring. Toont de helpberichten. Raadpleeg Hulpscherm op pagina 3-4.
Problemen oplossen > Problemen oplossen Voorzorgsmaatregelen bij papierstoringen • Gebruik vastgelopen papier niet opnieuw. • Als het papier tijdens het verwijderen scheurt, dan moet u alle losse stukjes papier uit het apparaat halen. Stukjes papier die in het apparaat achterblijven, kunnen nieuwe papierstoringen veroorzaken. •...
Pagina 246
Problemen oplossen > Problemen oplossen OPMERKING Probeer vastgelopen papier niet met geweld te verwijderen. Raadpleeg In rechterklep 1 op pagina 9-18. In rechterklep 1 9-18...
Pagina 247
Problemen oplossen > Problemen oplossen In rechterkleppen 2 of 3 Alle werkwijzen voor het verhelpen van een papierstoring in rechterkleppen 2, 3 zijn identiek. In dit gedeelte worden de werkwijze met rechterklep 2 als voorbeeld geïllustreerd. Documenttoevoer 9-19...
Pagina 248
Problemen oplossen > Problemen oplossen OPMERKING Als het origineel moeilijk te verwijderen is, draai dan aan de knop (B). Het origineel wordt naar buiten gedraaid zodat u het makkelijk kunt verwijderen. 9-20...
10 Appendix In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen uitgelegd: Optionele apparatuur ............................10-2 Overzicht optionele apparatuur ......................10-2 Invoermethode voor tekens ..........................10-4 Met behulp van de toetsen ........................10-4 Tekens die kunnen worden ingevoerd met de cijfertoetsen ..............10-5 Tekens invoeren .............................
Appendix > Optionele apparatuur Optionele apparatuur Overzicht optionele apparatuur De volgende optionele apparatuur is beschikbaar voor het apparaat. (1) DP-480 (1) PLATEN COVER TYPE H (2) DU-480 (4) Fax System(X) (5) IB-33 (3) PF-480 10-2...
Pagina 251
Appendix > Optionele apparatuur (1) DP-480 "Documenttoevoer (automatisch omkeren)" PLATEN COVER TYPE H "Originelenklep" Scant automatisch originelen. Ook kunt u dubbelzijdig en gesplitst kopiëren uitvoeren. Voor de werking van de documenttoevoer bediening, raadpleeg Originelen in de documenttoevoer plaatsen (optioneel) op pagina Wanneer de documenttoevoer niet wordt gebruikt, gebruik dan de PLATEN COVER TYPE H.
Appendix > Invoermethode voor tekens Invoermethode voor tekens In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u tekens moet invoeren. Met behulp van de toetsen Weergave/toets Beschrijving Berichtenscherm Geeft ingevoerde tekens weer. [Wissen]-toets Druk op deze toets om tekens te wissen. Cijfertoetsen Druk op deze toets om tekens en symbolen in te voeren.
Appendix > Invoermethode voor tekens Tekentypes selecteren De volgende drie tekentypes zijn beschikbaar: Types Beschrijving Om alfabetische tekens in te voeren. Om cijfertekens in te voeren. Symbolen Om symbolen in te voeren. In een tekeninvoerscherm, druk op [Tekst] om het type tekens dat u wilt invoeren te selecteren. Door op [Tekst] te drukken, verandert het tekentype als volgt: [ABC], [123], [Symbolen], [ABC] ...
Appendix > Invoermethode voor tekens Toetsen Tekens (elke druk op een toets verandert het karakter in de volgorde van links naar rechts.) (Wordt herhaald vanaf het eerste teken links) 9 (Tijdens invoer nummer) ‘ (spatie) (Wordt herhaald vanaf het eerste teken links) 0 (Tijdens invoer nummer) Druk op deze toets om het teken in de cursorstand te veranderen in hoofdletters of in kleine letters.
Pagina 255
Appendix > Invoermethode voor tekens Druk op de toets [*/.]. [r] verandert in [R]. Druk op de [►] toets. De cursor beweegt naar rechts. Druk op de toets [#]. De symbolenlijst wordt weergegeven. Druk op de toets [▲] of [▼] om de cursor te verplaatsen en [&] te selecteren. Druk op de toets [OK].
Appendix > Papier Papier Hierna worden de papierformaten en -soorten vermeld die kunnen worden gebruikt in de verschillende papierbronnen. Voor meer informatie over het formaat, de soorten en het aantal vellen papier dat kan worden geladen in elke lade, zie Specificaties op pagina 1016.
Appendix > Papier Geschikt papier kiezen In dit gedeelte worden richtlijnen gegeven voor het kiezen van papier. Staat van het papier Vermijd het gebruik van papier met omgevouwen hoeken of van gekreukt, vuil of gescheurd papier. Gebruik geen papier met een ruw oppervlak of met ruwe vezels, of heel kwetsbaar papier. Het gebruik van dergelijke papiersoorten leidt niet alleen tot slechte afdrukken, maar kan ook papierstoringen veroorzaken en de levensduur van het apparaat verkorten.
Appendix > Papier Zachtheid Het oppervlak van het papier moet zacht zijn, maar mag niet gecoat zijn. Bij papier dat te zacht is en wegglijdt, kunnen meerdere vellen tegelijk ingevoerd worden waardoor het vastloopt. Basisgewicht In landen die het metrisch systeem gebruiken, is het basisgewicht het gewicht in grammen van één vel papier van één vierkant meter groot.
Appendix > Papier Overige papierspecificaties Poreusheid: De dichtheid van de papiervezels Stijfheid: Het papier moet stijf genoeg zijn zodat het niet dubbelvouwt in het apparaat en een papierstoring veroorzaakt. Opkrullen: De meeste papiersoorten gaan van nature opkrullen als de verpakking geopend is. Als er papier door de fixeereenheid gaat, dan krult het licht omhoog.
Appendix > Papier Speciaal papier In dit gedeelte wordt het afdrukken op speciale papiersoorten en afdrukmedia beschreven. De volgende papiersoorten en media kunnen gebruikt worden. • Overheads • Voorbedrukt papier • Dik papier • Gerecycled papier • Dun papier (van 52 g/m² tot 105 g/m² of minder) •...
Appendix > Papier Etiketten Etiketten moeten vanaf de multifunctionele lade ingevoerd worden. Let extra goed op bij het kiezen van etiketten zodat de kleeflaag niet in aanraking komt met de apparaatonderdelen en de etiketten niet vanzelf loskomen van het basisvel. Als er etiketten aan de drum of rollers blijven kleven of als er etiketten loskomen en in het apparaat achterblijven, dan kan er een storing optreden.
Appendix > Papier Hagaki Opgekrulde rand Opgekrulde rand Voor u Hagaki-papier in de multifunctionele lade plaatst, moet u het waaieren en de randen gelijk leggen. Als het Hagaki-papier gekruld is, maak het dan vlak voordat u het papier plaatst. Afdrukken op opgekruld Hagaki-papier kan een papierstoring veroorzaken.
Appendix > Papier Voorbedrukt papier Voorbedrukt papier moet voldoen aan de specificaties zoals op pagina 10-8. De gekleurde inkt moet bestand zijn tegen de hitte bij het afdrukken. Het moet ook bestand zijn tegen siliconolie. Gebruik geen papier met een behandeld oppervlak zoals glanzend papier voor kalenders.
Appendix > Specificaties Printerfuncties Item Beschrijving Afdruksnelheid Zelfde als kopieersnelheid. Tijd tot eerste afdruk 5,7 seconden of minder (A4, invoer vanuit cassette) Resolutie 600 × 600 dpi, Fast 1200 dpi Besturingssysteem Windows XP, Windows Server 2003, Windows Vista, Windows 7, Windows 8, Windows Server 2008/R2, Windows Server 2012, Mac OS 10.5 of hoger Interface...
Appendix > Specificaties Network Interface Kit (Optie) Item Beschrijving Connectoren 10Base-T/100Base-TX Printer-interface RMII (3,3V) Bedrijfsomstandigheden -10 tot 35 °C, 15 tot 80% RV, geen condensatie Bewaarcondities -20 tot 55 °C, 10 tot 90% RV, geen condensatie EMI-conformiteit CE (EU) OPMERKING Raadpleeg uw dealer of uw servicevertegenwoordiger voor de aanbevolen papiersoorten.
Appendix > Woordenlijst Woordenlijst Automatische papierselectie Een functie waarmee het papier automatisch wordt geselecteerd in hetzelfde formaat als de originelen tijdens het afdrukken Bonjour Bonjour, ook wel bekend als zero-configuration networking, maakt automatische detectie van computers, apparaten en diensten op een IP-netwerk mogelijk. Bonjour gebruikt het standaard IP-protocol om apparaten automatisch in staat te stellen elkaar te vinden, zonder dat u IP-adressen hoeft in te vullen of DNS-servers moet configureren.
Pagina 270
Appendix > Woordenlijst Multifunctionele (MF) lade De papiertoevoerlade aan de rechterzijde van het apparaat. Gebruik deze lade in plaats van de cassettes bij het afdrukken op enveloppen, Hagaki, transparanten of etiketten. PDF/A Dit is "ISO 19005-1. Documentbeheer - Elektronische bestandsformaat document voor langdurige bescherming - Deel 1: Gebruik van PDF (PDF/A)", een bestandsformaat gebaseerd op PDF 1.4 Het werd gecertificeerd als ISO 19005-1, en is een speciale variant van het gewone PDF-formaat, die specifiek ontwikkeld is voor afdrukken voor archivering.
Pagina 271
Appendix > Woordenlijst Time-out auto doorvoer Tijdens de gegevensoverdracht kan het apparaat soms moeten wachten tot de volgende gegevens worden ontvangen. Dit wordt time-out auto doorvoer genoemd Na verloop van de ingestelde time-out worden de doorgevoerde gegevens automatisch door het apparaat afgedrukt. Er is echter geen doorvoer van gegevens als de laatste af te drukken pagina geen gegevens bevat.
Pagina 273
Instellingen 10-14 DHCP (IPv6) 10-21 Handleidingen meegeleverd met het apparaat Instellingen Handm.instell.n (IPv6) Dichth. achtergr. Instellingen Standaard 7-21 Helderheid 7-12 Dichth. achtergrond 5-22 7-23 Hendel rechterklep 1 Dichtheid 5-13 Hendels Dichtheid instellen 7-23 Het aantal afgedrukte pagina's tellen Dik papier 10-14 Onbek.
Pagina 274
Kopiëren tijdens onderbreking Origineelbeeld KYOCERA Client Tool 7-24 Standaard 7-20 Originele oriëntatie 5-21 Originelen met verschillende formaten 5-22 Originelen plaatsen LAN-interface 7-10 Originelen in de documenttoevoer plaatsen LAN-kabel Originelen op de glasplaat plaatsen Aansluiten Origineleninvoer Originelenklep 10-3 Protocolinstellingen Originelenstopper Originelenuitvoer...
Pagina 275
Standaardinstellingen 7-20 Protocolinstellingen Standaardpapierbron 7-14 Reageren op foutmeldingen 9-11 Standaardscherm 7-11 Rechterklep 1 Status Rechterkleppen 2 tot 4 KYOCERA Client Tool 6-14 Regulier onderhoud Log afdruktaak Reinigen Papierstatus 6-13 Vervangen van de tonerafvalbak Printer 6-12 Vervangen van de tonercontainer Scanner...
Pagina 276
TWAIN 8-14 Voorbedrukt papier 10-15 8-15 Vooringest. lim. 7-17 Taal 7-11 Voorklep Taken annuleren 6-10 Voorzorgsmaatregelen voor gebruik Kopiëren 5-30 Vormgevingselementen in deze handleiding Printer Scannen 5-44 TCP/IP 10-23 Wat betreft handelsnamen instel. Wettelijke beperkingen betreffende kopiëren TCP/IP (IPv4) Wettelijke beperkingen betreffende scannen instellen 2-15 Wettelijke kennisgevingen...
Pagina 278
Phone: +33-1-69852600 Fax: +27-11-466-3050 Fax: +33-1-69853409 KYOCERA Document Solutions Russia LLC KYOCERA Document Solutions Espana, S.A. Botanichesky pereulok 5, Moscow, 129090, Edificio Kyocera, Avda. de Manacor No.2, Russia 28290 Las Matas (Madrid), Spain Phone: +7(495)741-0004 Phone: +34-91-6318392 Fax: +7(495)741-0018 Fax: +34-91-6318219...
Pagina 279
KYOCERA Document Solutions Inc. – 2-28, 1-Chome – Tamatsukuri – Chuo-Ku Osaka 540-8585 – Japan – www.kyoceradocumentsolutions.com...