Compact 8 (Compact 2032E) - Compact 8W (Compact 2047E) - Compact 10 (Compact 2747E) - Compact 10N (Compact 2632E)
- Compact 10N-1 Compact 12 (Compact 3347E) - Compact 14 (Compact 3947E)
D
- Gebruiksaanwijzingen
5.4 -
S
LEPEN
Bij een defect aan de machine is het mogelijk de machine over een korte afstand te slepen :
• Controleer of er zich geen personeel in de mand bevindt tijdens het slepen.
• Voor het aankoppelen van een aanhanger controleren of het platform helemaal omlaag staat.
• Er zich geen ladingen in de gondel (of op het platform)bevinden.
• zorg dat personeel en obstakels zich ALTIJD buiten bereik van het werkplatofrom in de hoogte bevinden
als de remmen in de vrije stand staan.
Om een kapoote machien te trekken, zet u de remmen in de vrije stand (Naar
verwijzen
Voer deze handeling uit op een vlakke ondergrond en rechtgezette wielen.
In de sleepopstelling wordt de machine niet meer afgeremd. We raden u aan een trekstang te
gebruiken :
• Overschrijd niet de maximale uitloop snelheid (Naar verwijzen
Technische kenmerken).
• Rijd niet over een helling boven de 25%.
5.4.1 - Freewheel Modus
Stel, om de machine met pech te kunnen verslepen, handmatig de antiblokkeerinrichting in
werking.
Voer deze handelingen uit op een vlakke en horizontale ondergrond. Stut, indien nodig, de wielen om de
machine te blokkeren. Tijdens de klauwontkoppeling bevindt de machine zich in de vrijloopstand en werkt
het remsysteem niet.
COMPACT 8 - COMPACT 2032E - COMPACT 8W - COMPACT 2047E - COMPACT 10N -
COMPACT 2632E - COMPACT 10 - COMPACT 2747E - COMPACT 12 - COMPACT 3347E
- COMPACT 14 - COMPACT 3947E
Na het slepen van de machine :
In de sleepopstelling wordt de machine niet meer afgeremd. Gebruik een sleepstang om ongelukken te
voorkomen.
Rij niet harder dan 5 km/h (3,10 mph) .
90
4001005820
Hoofdstuk D 5.4.1 - Freewheel Modus).
1.
Sluit de afsluiter ( NV1 ).
2.
Open de afsluiter ( NV2 ).
3.
Beweeg de handpomp ( HP1 ) tot de
blokkeerinrichting volledig ontgrendeld is.
4.
Sleep op lage snelheid.
5.
Sluit de afsluiter ( NV2 )
6.
Open de afsluiter ( NV1 ).
E 11.19
Hoofdstuk B 4.1 -
NV2
NV1
HP1
NL