Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

BRÖTJE SensoTherm BSW 6-21 B Installatiehandleiding pagina 137

Inhoudsopgave

Advertenties

TA'grens ext opw in acht ne-
men
(6632)
Klokbedrijf
(6640)
Buitentemperatuur leveran-
cier
(6650)
Reset alarmrelais
(6710)
Reset WP
(6711)
Temperatuuralarm
(6740-6746)
(6800-6818)
Fouthistorie/Foutcodes
(6800 bis 6819)
369738 04.10
Extra via de LPB-bus afgesloten opwekkers kunnen conform eigen parameters op
grond van de buitentemperatuur geblokkeerd of vrijgegeven zijn (bijv: lucht/water-
WP) Deze status wordt via LPB verdeeld. In een cascade weet op die manier de
master, of een extra opwekker (slave) conform de eigen gebruiksgrenzen (buiten-
temperatuur) ter beschikking staat of niet en kan overeenkomstig nog een opwek-
ker bijschakelen.
- Ja: De Ecobit van de externe opwekkers wordt opgevolgd en de cascade conform
de ter beschikking staande opwekkers geregeld.
- Nee: De Ecobit van de externe opwekkers wordt niet opgevolgd.
Opgelet! Is als bijkomende opwekker een LMU-regeling (slave) aangesloten, dan
moet deze parameter op "Nee" staan!
Met deze instelling wordt de werking van de systeemtijd vastgelegd op de tijdsin-
stelling van de regelaar. De volgende instellingen zijn mogelijk:
- Autonoom: de kloktijd kan op de regelaar worden versteld. De kloktijd van de
regelaar wordt niet aangepast aan de systeemtijd.
- Slave zonder afstandverstelling: de kloktijd kan op de regelaar niet worden ver-
steld. De kloktijd van de regelaar wordt automatisch lopend aangepast aan de
systeemtijd.
- Slave met afstandverstelling: de kloktijd kan op de regelaar worden versteld. Te-
gelijkertijd wordt de systeemtijd aangepast, omdat de wijziging van de master
wordt overgenomen. De kloktijd van de regelaar wordt desondanks lopend aan-
gepast aan de systeemtijd.
- Master: de kloktijd kan op de regelaar worden versteld. De kloktijd van de regelaar
is richtlijn voor het systeem. De systeemtijd wordt aangepast.
In de LPB-installatie is slechts één enkele buitentemperatuurvoeler nodig. Deze le-
vert het signaal via de LPB aan de regelaars zonder voeler. In het display verschijnt
als eerste getal het segmentnummer en als tweede getal het apparaatnummer.
Fout
Wanneer het symbool
op de display te voorschijn komt, dan heeft zich een fout
voorgedaan; de tekstinformatie over de fout kan worden opgeroepen via de info-
toets.
Deze afstelling zorgt ervoor de geprogrammeerde relaisuitgang QX dat voorgepro-
grammeerd werd als relais alarm opnieuw op 0 te zetten.
Ophanden zijnde warmtepomp-storingsmeldingen worden met dit prog.-nr. gere-
set. De vooringestelde inschakelvertraging bij storingen wordt daardoor overbrugd,
waardoor tijdens inbedrijfsname / storingszoeken de wachttijden vermeden wor-
den. In normaal bedrijf mag de functie niet gebruikt worden.
Instelling van het tijdsverloop na verschijnen van een foutmelding bij een blijvend
verschil tussen de streefwaarde en de werkelijke temperatuur.
Geheugen foutmeldingen van de 10 laatste storingen.
De laatste 10 foutmeldingen met foutcode en tijdstip van het ontstaan van de fout
worden in het foutgeheugen opgeslagen.
Programmering
137

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave