Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

De Dietrich MCX 24 MI Plus Installatie- En Servicehandleiding pagina 56

Inhoudsopgave

Advertenties

11 Bij storing
Tab.35 Storingscodes
Storingscode
Omschrijving
Storing aanvoer- of retoursensor:
Kortsluiting:
Controleer de bedrading
Breng de beschermdoppen terug op hun plaats
Wanneer een defecte sensor gedetecteerd is, kan de weerstand bij verschillende temperaturen gecontro­
leerd worden met behulp van een multimeter met een juist meetbereik
Sensor defect: controleer de goede werking van de sensors. Wanneer een defecte sensor gedetecteerd is,
kan de weerstand bij verschillende temperaturen gecontroleerd worden met behulp van een multimeter met
een juist meetbereik. Weerstand van de sensor 12-15 kΩ bij 20-25°C
Sensor niet of slecht aangesloten: controleer de goede werking van de sensors. Wanneer een defecte sen­
sor gedetecteerd is, kan de weerstand bij verschillende temperaturen gecontroleerd worden met behulp van
een multimeter met een juist meetbereik. Weerstand van de sensor 12-15 kΩ bij 20-25°C
Aanvoertemperatuur > Maximale werktemperatuur:
De waterdruk en/of het waterpeil zijn te laag: controleer de waterdruk van de CV-installatie
Geen doorstroming:
Controleer de werking van de circulatiepomp van de CV-ketel. Steek een schroevendraaier in de gleuf
van de as van de circulatiepomp en draai de as meerdere malen van rechts naar links
Controleer de bedrading van de circulatiepomp
Te veel lucht: ontlucht de ketel wanneer de pomp uitgeschakeld is
Afwijking van de sensor van de aanvoer- of retourtemperatuur: controleer de goede werking van de sensors.
Wanneer een defecte sensor gedetecteerd is, kan de weerstand bij verschillende temperaturen gecontro­
leerd worden met behulp van een multimeter met een juist meetbereik. Weerstand van de sensor 12-15 kΩ
bij 20-25°C
Retourtemperatuur > Aanvoertemperatuur:
De waterdruk en/of het waterpeil zijn te laag: controleer de waterdruk van de CV-installatie
Geen doorstroming:
Controleer de werking van de circulatiepomp van de CV-ketel. Steek een schroevendraaier in de gleuf
van de as van de circulatiepomp en draai de as meerdere malen van rechts naar links
Controleer de bedrading van de circulatiepomp
Te veel lucht: ontlucht de ketel wanneer de pomp uitgeschakeld is
Sensor niet of slecht aangesloten: controleer de bekabeling tussen de sensors en het bedieningspaneel
Afwijking van de sensor van de aanvoer- of retourtemperatuur: controleer de goede werking van de sensors.
Wanneer een defecte sensor gedetecteerd is, kan de weerstand bij verschillende temperaturen gecontro­
leerd worden met behulp van een multimeter met een juist meetbereik. Weerstand van de sensor 12-15 kΩ
bij 20-25°C
Bedieningspaneel:
Bedieningspaneel defect: controleer de elektrische aansluitingen
Voedingskabel defect: controleer de elektrische aansluitingen
Voedingskabel slecht aangesloten: controleer de elektrische aansluitingen
Na maximaal 5 startpogingen geen vlamvorming:
Geen ontstekingsvonk:
Controleer de ontstekingstransformator
Controleer de ontstekingskabel
Controleer de tussenafstand van de elektroden (3-4 mm)
Controleer de aarding
Wel ontstekingsvonk maar geen vlamvorming:
Controleer of de gaskraan open is
Controleer of de voedingsdruk voor gas aanwezig is
Controleer of de gasleiding voldoende ontlucht is
Controleer of de lucht-/rookgassenleiding niet verstopt is of lekt
Controleer of de sifon gevuld en niet verstopt is
Test of de CV-ketel is aangesloten op het elektriciteitsnet
Reinig of vervang de ionisatie-/ontstekingselektrode
Controleer O
Wel vlam maar geen of onvoldoende ionisatie <μA:
Controleer de stabiliteit van de verbranding van de vlam
Controleer O
Controleer de elektrische aansluiting, vooral de aarding
Reinig of vervang de ionisatie-/ontstekingselektrode
Controleer de tussenafstand van de elektroden (3-4 mm)
56
(1)
(1)
op vollast en laaglast
2
op vollast en laaglast
2
(1)
(1)
7664955 - v.01 - 31082016

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Mcx 28 mi plus

Inhoudsopgave