20.5 Wielen en banden
Controleer regelmatig de bandenspanning.
Controleer regelmatig of de banden goed op spanning zijn. Aanbevolen wordt
om de bandenspanning minimaal om de 4 weken te controleren.
type band
bandmaat
voorband
achterband
2.80-2.50-4
Een onjuiste bandenspanning kan de stabiliteit en het rijgedrag van de
rolstoel negatief beïnvloeden.
Door een te lage bandenspanning slijten de banden bovendien sneller en
wordt de actieradius van de rolstoel kleiner.
20.5.1 Reparatie van een lekke band
Omdat de rolstoel nogal zwaar is, raden wij aan om een eventuele lekke band
door uw geautoriseerde leverancier te laten repareren. Til eerst de rolstoel op,
zodat de lekke band los komt van de grond. De voor- en achterwielen kunnen
worden verwijderd door de bouten te verwijderen waarmee de wielen aan de
rolstoel zijn bevestigd. De voorwielen moeten van de motornaaf worden
verwijderd door eerst de afdekplaat (A) te verwijderen en vervolgens de 3
bouten (B) te verwijderen.
A
Draai de centrale naafbout niet los om het voorwiel te verwijderen.
aanbevolen
bandenspanning
3.00-8
43,5 PSI, 3 Bar, 300 Kpa
29,0 PSI, 2 Bar, 200 Kpa
max. bandenspanning
50,7 PSI, 3,5 Bar, 350 Kpa
36,2 PSI, 2,5 Bar, 250 Kpa
B
117