ZUINIG VERBRUIK
De brandstofbesparing is afhankelijk van de lading van de boot, het rompontwerp en de stand van de gashendel. Draai
de gashendel van VOLLE KRACHT naar een lagere instelling, zodra de boot zijn topsnelheid heeft bereikt. Zo bespaart
u brandstof terwijl uw snelheid nauwelijks afneemt.
Typisch zuinig gasbereik
1. Afstandsbediening ingebouwd in de zijwand
2. Afstandsbediening voor montage op de kompasstandaard
POWERTRIM EN TILT
WAARSCHUWING
Een defecte powertrim en tilt-eenheid kan leiden tot verlies van de schokdempingsbescherming bij het raken
van een obstakel onder water. Het defect kan ook verlies van de stuwkracht in de achteruit tot gevolg hebben.
Het vloeistofpeil moet altijd juist zijn om de werking van de botsingsbescherming in de unit te kunnen
garanderen.
Bij ruw weer of bij het kruisen van kielwater kan de boeg zo'n hoge stand aannemen dat de opvarenden
overboord worden geslagen of ernstige verwondingen oplopen.
Bepaalde boot-, buitenboordmotor- of schroefcombinaties kunnen instabiliteit en/of een hoog stuurkoppel
veroorzaken bij hoge snelheden in of bijna in de uiterste trimstand van de buitenboordmotor (de boeg
omhoog of omlaag in de uiterste stand). De stabiliteit van de boot en het stuurkoppel kunnen ook variëren
door veranderende wateromstandigheden. Wanneer een dergelijke situatie zich voordoet, kunt u het best gas
minderen en/of de trimhoek zodanig bijstellen dat u de boot onder controle kunt houden. Als u merkt dat uw
boot instabiel en/of het stuurkoppel te hoog is, wend u dan tot uw dealer om dit te laten corrigeren.
Sommige boten gaan 'ploegen' of planeren moeilijk als de motor in de laagste trimstand staat. Als uw boot moeilijk te
besturen is in de uiterste boeg-omlaag stand, moet u de afstelstang van de trimhoek of de trimbegrenzerstang zo
instellen dat de power-trim begrensd wordt. Als uw buitenboordmotor niet met een dergelijke stang is uitgerust, koop er
dan één bij uw dealer.
WAARSCHUWING
Als u de boot in een hoge snelheid laat varen, ploegt de boeg in het water, waardoor de boot de neiging kan
krijgen om naar stuurboord te hellen of snel rond te gaan tollen, waardoor de opvarenden overboord kunnen
slaan of ernstige verwondingen kunnen oplopen.
DOEN
25