12. Instellingen - IniControl
Invloed van de instelling van de parameter 520 op het contact 519
520
519
0 = Antivries
0 = Dicht
1 = 0/1A
0 = Antivries De op de ketel geselecteerde modus is actief.
1 = Open
1 = 0/1A
5
1
4
3
6
2
12.2 Instellingen wijzigen
119
Contact C gesloten
De vorstbeveiliging is actief op alle kringen van de
ketel.
De op de kring geselecteerde modus is actief.
De vorstbeveiliging is actief op de betreffende
kring.
7
8
M001679-A
Contact C open
De op de ketel geselecteerde modus is actief.
De vorstbeveiliging is actief op de betreffende
kring.
De vorstbeveiliging is actief op alle kringen van de
ketel.
De op de kring geselecteerde modus is actief.
Functie 0-10 V:
Deze functie laat toe de ketel te bedienen via een extern systeem die
een uitgang 0-10 V bevat verbonden met de ingang 0-10 V. Deze
bediening legt de verwarmingsketel een richtwaarde van de
temperatuur of van het vermogen op. Men moet er voor zorgen dat
de parameter MAX.KETEL TEMP hoger is dan CONS.MAX 0-10V.
Ingestelde vertrektemperatuur (°C)
1
Ingangsspanning (V) - DC
2
0 V
3
8BC
4
8BD
5
8B;
6
8BB
7
10 V
8
Aantal bedrijfsuren brander
x
Temperatuur verwarmingsketel / Vermogen
y
verwarmingsketel
Indien de ingangsspanning lager is dan VMIN/OFF 0-10V, dan is de
ketel uitgeschakeld.
De richttemperatuur van de verwarmingsketel komt precies overeen
met de ingang 0-10 V. De secundaire kringen van de
verwarmingsketel blijven functioneren, maar hebben geen enkele
invloed op de watertemperatuur van de verwarmingsketel. Bij gebruik
van de ingang 0-10 V en een secundaire kring van de ketel moet de
externe regeling die deze spanning 0-10 V levert altijd een
temperatuur vragen die minstens gelijk is aan de behoeften van de
secundaire kring.
De bedieningsautomaat van de ketel is ingesteld op de meest
voorkomende cv-installaties. Met deze instellingen zal praktisch elke
cv-installatie goed werken. De gebruiker of de installateur kan de
parameters naar eigen wens optimaliseren.
MCA 45 - 65 - 90 - 115
060815 - 123900-07