Aansluitklemmen
10.2 Applicatie "Standaard"
①
Global = bij "Local" en "Remote" in functie
②
Verwijder de overbrugging bij toepassing.
③
Zolang "P-INTERFACE:Reset source" op "Global" staat, zijn alle reset-bronnen altijd actief.
④
Max. stroombelasting van de stuurspanningen:
● DC + 24 V, potentiaal 2: 300 mA
● DC + 15 V, potentiaal 2: 150 mA ± 10 mA
Let er op dat met deze spanning ook voeding mogelijk is van een op de klem ‑X101 aangesloten toerentalgever.
⑤
Verwijder bij de periferie-printplaat 3 / 4 deze beide overbruggingen. De voeding verloopt via ‑X2:1/3.
Beeld 10-1
Bezetting van de aansluiting bij applicatie "Standard"
10.2.2
Aansluitklemmen "periferie-printplaat 1"
Beeld 10-2
10.2.3
Aansluitklemmen "periferie-printplaat 2"
①
③
Beeld 10-3
116
Aansluitklemmen bij de toepassing "periferie-printplaat 1"
PTC-Ingangen, geschikt voor motoren in een niet-explosiegevaarlijke omgeving
Verwijder bij gebruik de 100 Ω weerstand.
Aansluitklemmen bij de toepassing "periferie-printplaat 2"
Montage- en bedieningshandleiding typereeks I06/07
Montage- en bedieningshandboek, 07/2010, 4BS0643-002