Gebruik een zomerfilter bij temperaturen boven 0 °C
Gebruik een winterfilter bij temperaturen beneden 0 °C
1. Schakel de aftakas uit, zet de rijhendels in de
vergrendelde neutraalstand en stel de parkeerrem in
werking.
2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand
zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
Belangrijk: Gebruik ter vervanging geen filter
voor motorolie omdat dit ernstige schade aan het
hydraulische systeem kan veroorzaken.
3. Plaats een opvangbak onder het filter. Verwijder het
oude filter en veeg de pakking van het filtertussenstuk
schoon (Figuur 70).
1. Hydraulisch filter
4. Verwijder de rechter hydraulische leiding die naar het
tussenstuk gaat (Figuur 71).
5. Laat de vloeistof uit het systeem in de opvangbak lopen.
6. Monteer de rechter hydraulische leiding op het
tussenstuk (Figuur 71).
1. Rechter hydraulische
leiding
2. Hydraulisch filter
7. Smeer een dun laagje hydraulische vloeistof op de
rubberen pakking van het nieuwe filter (Figuur 72).
8. Monteer het nieuwe hydraulische filter op het
filtertussenstuk. Niet te vast aandraaien.
Figuur 70
Figuur 71
3. Hydraulische tank
9. Vul de hydraulische tank met hydraulische vloeistof
totdat de vloeistof over het filter stroomt. Draai
vervolgens het oliefilter rechtsom totdat de rubberen
pakking contact maakt met het filtertussenstuk. Draai
het filter daarna met de hand nog een extra 1/2 slag
vast (Figuur 72).
10. Neem gemorste vloeistof op.
11. Vul vloeistof bij tot aan de Koud-markering op de
keerplaat in de hydraulische tank.
12. Start de motor en laat deze ongeveer 2 minuten lopen
om lucht uit het systeem te verwijderen. Zet de motor
af en controleer op olielekkages. Als een of beide
wielen niet willen draaien, zie Hydraulische systeem
ontluchten.
13. Controleer nogmaals het peil als de vloeistof warm is.
De vloeistof moet tussen koud en heet staan.
14. Indien nodig moet u de hydraulische tank bijvullen met
vloeistof. Niet te vol vullen.
1. Hydraulisch filter
2. Pakking
Hydraulische systeem ontluchten
Het tractiesysteem ontlucht zichzelf, maar het kan
noodzakelijk zijn het systeem te ontluchten als de vloeistof
wordt ververst of nadat er werkzaamheden zijn verricht aan
het systeem.
1. Krik de achterkant van de machine omhoog totdat de
wielen vrij van de grond komen en plaats de machine
op kriksteunen.
2. Start de motor en laat deze op een laag stationair
toerental lopen. Beweeg de hendel en schakel de tractie
aan een kant in en draai het wiel met de hand rond.
3. Als het wiel uit zichzelf begint te draaien, moet u dit
ingeschakeld houden totdat het wiel soepel draait.
(minimaal 2 minuten)
4. Controleer het peil van de hydraulische vloeistof en
giet indien nodig vloeistof bij om het correcte peil te
handhaven.
53
Figuur 72
3. Tussenstuk