Verklaring van de begrippen
Regeling van de luchtvochtigheid en de kooldioxi-
deconcentratie (CO
-concentratie)
2
■
Als CO
-sensoren (toebehoren) in uw ruimtes zijn
2
geïnstalleerd, dan kan het luchtdebiet afhankelijk van
de hoogste gemeten kooldioxideconcentratie (CO
worden aangepast.
Als in één van uw kamers een gecombineerde CO
■
vochtsensor (accessoire) geïnstalleerd is, kan het
ventilatietoestel het luchtdebiet afhankelijk van de
luchtvochtigheid en/of de kooldioxideconcentratie
(CO
) van deze kamer aanpassen.
2
■
Als in de centrale afvoerluchtleiding een vochtsensor
(accessoire) geïnstalleerd is, kan het ventilatietoestel
het luchtdebiet afhankelijk van de luchtvochtigheid
van de uit alle kamers afgevoerde lucht aanpassen.
De regeling van de luchtvochtigheid en kooldioxide-
concentratie is alleen in het werkingsprogramma "Ven-
tilatie-automaat" mogelijk.
Vorstbescherming voor de warmtewisselaar in het
ventilatietoestel
Bij warmterecuperatie wordt de warmte van de afvoer-
lucht aan de toegevoerde buitenlucht doorgegeven.
Daardoor koelt de afvoerlucht af en condenseert water
in de warmtewisselaar. Bij lage buitentemperaturen
kan het condenswater aan de warmtewisselaar bevrie-
zen. De warmterecuperatie vermindert. In het ergste
geval beschadigt het ijs de warmtewisselaar;
■
Vorstbescherming met elektrisch voorverwarm-
register:
Om de ijsvorming aan de warmtewisselaar te vermij-
den, kan de buitenlucht door een elektrisch voorver-
warmregister vóór het inbrengen in de warmtewisse-
laar voorverwarmd worden. Bij sommige ventilatie-
toestellen is een elektrisch voorverwarmregister af
fabriek ingebouwd. Bij andere toestellen heeft uw
installateur een elektrisch voorverwarmregister in de
buitenluchtleiding gemonteerd.
■
Vorstbescherming zonder elektrisch voorver-
warmregister:
Als uw ventilatietoestel niet over een elektrisch voor-
verwarmregister beschikt, wordt ter bescherming van
de warmtewisselaar het luchtdebiet gereduceerd,
evt. tot stilstand van de ventilatoren.
■
Ontdooifuncties: Alleen bij Vitovent 200-C
Om ijs aan de warmtewisselaar te ontdooien, kan uw
installateur verschillende functies instellen: Zo kan
bijv. het buitenluchtdebiet via de bypass voorbij de
warmtewisselaar geleid worden en/of het luchtdebiet
kan gereduceerd worden. Bijkomend kan het elektri-
sche voorverwarmregister (accessoire) ingeschakeld
worden.
Koeling
Zie "Stookwerking / koelwerking".
(vervolg)
Opmerking
Bij vorstbescherming kan de weergegeven ventilatie-
trap van de ingestelde ventilatietrap afwijken. De weer-
gave van de ventilatietrap past zich aan het vermin-
derde luchtdebiet van de vorstbeschermingsfunctie
aan.
)
2
Alleen bij Vitovent 300-F: Toevoerluchtverwarming
-/
2
via het verwarmingscircuit 1 (ventilatieverwar-
mingscircuit)
Als in uw ventilatietoestel een hydraulisch naverwarm-
register (accessoire) is ingebouwd, is een toevoer-
luchtverwarming door de warmtepomp mogelijk. De in
de warmtewisselaar van het ventilatietoestel voorver-
warmde buitenlucht/toevoerlucht wordt via het hydrau-
lische naverwarmingsregister door de warmtepomp
naverwarmd.
In dat geval stelt u de kamertemperatuur en het tijdpro-
gramma voor de kamerverwarming in, via het menu
voor verwarmingscircuit 1.
Opmerking
Omdat via het ventilatieverwarmingscircuit slechts een
gering (verwarmings-) warmtevermogen overgedragen
kan worden, raden we de luchttoevoeropwarming als
enige warmtebron alleen in heel goed geïsoleerde
gebouwen aan bijv. passiefhuis).
Bijlage
101