Opnamen bevatten strepen of moiré.
●
Bepaalde onderwerpen zorgen ervoor dat opnamen eerder strepen of moiré
bevatten. Dit kan nog eerder voorkomen onder de volgende omstandigheden.
-
Onderwerpen bevatten dunne horizontale strepen of ruitjespatronen.
-
De zon, lichten of andere heldere lichtbronnen zijn zichtbaar op het
opnamescherm of zijn dichtbij.
In dit geval kunnen de volgende stappen de strepen of moiré verminderen.
-
Pas de grootte van het onderwerp aan door de scherpstelafstand te wijzigen
of in of uit te zoomen.
-
Maak een nieuwe compositie waarbij u de heldere lichtbronnen buiten het
opnamescherm houdt.
-
Bevestig een lenskap zodat het heldere licht niet in de lens schijnt.
●
Opnamen kunnen ook worden beïnvloed door strepen of moiré als u een
TS-E-lens verplaatst of kantelt.
De onderwerpen hebben rode ogen.
●
Stel [R.ogen Aan/Uit] in op [Aan]. Het lampje voor rode-ogenreductie gaat branden
bij foto's die met de flitser worden gemaakt. U krijgt de beste resultaten als uw
onderwerpen naar het lampje voor rode-ogenreductie kijken. Probeer ook om de
verlichting binnenshuis te verbeteren of dichter bij het onderwerp te gaan staan.
●
Bewerk beelden met rode-ogencorrectie.
Het schrijven naar een geheugenkaart duurt te lang of het maken van
continue opnamen gaat langzamer.
●
Voer via de camera een low-levelformattering van de geheugenkaart uit.
Continue opname stopt plotseling.
●
Continue opname stopt automatisch om de camera te beschermen nadat in één
ronde ongeveer 1000 opnamen zijn genomen. Laat de ontspanknop even los
voordat u verdergaat met opnamen maken.
Opname-instellingen of instellingen van het scherm Snel instellen zijn niet
beschikbaar.
●
Beschikbare instellingen variëren per opnamemodus. Raadpleeg "Beschikbare
functies per opnamemodus", "Snel instellen", "Opnametabblad", "Tabblad C.Fn",
"INFO. Snel instellen" en "Tabblad Instellen" ( = 101 - = 114).
Touch AF of touch shutter werkt niet.
●
Touch AF of touch shutter werken niet als u de randen van het scherm aanraakt.
Raak het scherm aan op een punt dichter bij het midden.
[ ] wordt weergegeven en de camera wordt automatisch uitgeschakeld.
●
Nadat langdurig opnamen zijn gemaakt of nadat opnamen zijn gemaakt als
het warm weer is, wordt [
] weergegeven om aan te geven dat de camera
binnenkort automatisch wordt uitgeschakeld. Zet in dat geval de camera uit
en laat de camera afkoelen.
Films opnemen
De verstreken tijd wordt verkeerd weergegeven, of de opname wordt
onderbroken.
●
Formatteer de geheugenkaart via de camera of gebruik een geheugenkaart
die hogesnelheidsopnamen ondersteunt. Denk erom dat ook als de verstreken
tijd verkeerd wordt weergegeven, de lengte van de films op de geheugenkaart
overeenstemt met de werkelijke opnametijd.
Onderwerpen lijken vervormd.
●
Onderwerpen die tijdens het opnemen snel langs de camera bewegen, kunnen
vervormd lijken. Dit is niet het gevolg van een storing.
De film bevat stilstaande beelden.
●
Bij sommige lenzen kan het lijken alsof films af en toe beelden missen wanneer
de helderheid aanzienlijk verandert.
Afspelen
Afspelen is niet mogelijk.
●
U kunt mogelijk geen beelden of films afspelen als u de bestandsnaam of
mapstructuur hebt gewijzigd via een computer.
Het afspelen stopt of het geluid hapert.
●
Gebruik een geheugenkaart waarop u via de camera een low-levelformattering
hebt uitgevoerd.
●
Korte onderbrekingen zijn mogelijk als u films afspeelt die zijn gekopieerd naar
geheugenkaarten met trage leessnelheden.
●
Als u films afspeelt op een computer met onvoldoende capaciteit, kunnen er
kaders wegvallen en kan het geluid haperen.
Geluid wordt niet weergegeven tijdens films.
●
Pas het volume aan als het geluid van de film zacht is.
●
Bij films die zijn opgenomen in de modus [
weergegeven, omdat in deze standen geen geluid wordt opgenomen.
Draadloze functies/accessoires
De camera leren kennen
Bijlage
] of [
] wordt geen geluid
Draadloze functies
Accessoires
Voorbereiding en basisuitleg
Opnamen maken
Afspelen
Instellingen
Problemen oplossen
Fouten en waarschuwingen
Index
92