Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Een Smartphone Gebruiken Om Camerabeelden Te Bekijken En De Camera Te Bedienen; Beelden Voorzien Van Geotags Tijdens Het Maken Van Opnamen - Canon EOS M100 Helpgids

Verberg thumbnails Zie ook voor EOS M100:
Inhoudsopgave

Advertenties

Een smartphone gebruiken om camerabeelden
te bekijken en de camera te bedienen
U kunt het volgende doen met de speciale smartphoneapp Camera
Connect.
Door beelden op de camera bladeren en ze op de smartphone opslaan

Beelden voorzien van geotags tijdens het maken van opnamen ( = 28)

De camera op afstand bedienen met een smartphone ( = 29)
Privacyinstellingen moeten van te voren worden geconfigureerd
om het weergeven van beelden op de smartphone toe te staan
( = 12, = 30).
Beelden voorzien van geotags tijdens het maken
van opnamen
Foto's en films die u maakt, kunnen worden voorzien van een geotag met
behulp van gps-informatie (zoals breedtegraad, lengtegraad en hoogte)
van een smartphone met Bluetooth. U kunt de vastgelegde gps-informatie
op de camera bekijken ( = 99) en met de software ( = 39) kunt u de
locaties op een kaart bekijken, waarbij de foto's en films ernaast worden
weergegeven.
1
Koppel de camera en de
smartphone via Bluetooth (= 8).
2
Selecteer [GPS‑instellingen].
Druk op de knop
[GPS-instellingen] op het tabblad [ 4] en
druk daarna op de knop
, selecteer
.
3
Configureer de instellingen.
Kies [GPS via mobiel] en druk vervolgens
op de knoppen / om [Insch.] te kiezen.
4
Maak de opname.
De foto's en films die u opneemt,
worden nu voorzien van een geotag
met behulp van de gps-informatie van
de smartphone. Deze informatie kunt
u controleren volgens de instructies bij
"Infoscherm 8" ( = 99).
Controleer de volgende keer voordat
u opnamen maakt, nadat u Camera
Connect op uw smartphone hebt
geopend, of de camera en de smartphone
via Bluetooth met elkaar verbonden zijn.
Beelden worden op deze wijze alleen van een geotag voorzien
indien Camera Connect is geopend.
De gps-informatie die aan uw film wordt toegevoegd, wordt
verkregen op het moment dat u begint met opnemen.
Gps-informatie kan alleen worden bijgewerkt wanneer de Wi-Fi-
functie is uitgeschakeld.
De gps-informatie die wordt toegevoegd aan Live View-beelden
die op afstand worden gemaakt, wordt verkregen op het moment
dat u overschakelt naar een Wi-Fi-verbinding.
Beelden worden mogelijk niet van een geotag voorzien indien
u verbinding maakt via NFC of Bluetooth terwijl de camera is
uitgeschakeld.
Anderen kunnen u mogelijk vinden of identificeren aan de hand van
locatiegegevens in uw foto's of films met geotags. Wees voorzichtig
wanneer u dergelijke beelden met anderen deelt en wanneer u ze
online zet, waar anderen ze mogelijk kunnen bekijken.
Draadloze functies/accessoires
Draadloze functies
Accessoires
De camera leren kennen
Voorbereiding en basisuitleg
Opnamen maken
Afspelen
Instellingen
Problemen oplossen
Fouten en waarschuwingen
Bijlage
Index
28

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave