Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Korg RADIAS Gebruikershandleiding pagina 19

Inhoudsopgave

Advertenties

16. TIMBRE SELECT
[1], [1], [3], [4] knoppen
In de Program Play mode selecteren deze knoppen het
timbre dat vanaf het voorpaneel bewerkt kan worden.
Door de [EXIT/MO] knop ingedrukt te houden terwijl u
één van de timbre select knoppen indrukt, kunt u het in-
dividuele timbre uit en weer aanzetten.
In de Program Edit mode wordt het te bewerken timbre
met deze knoppen geselecteerd.
Een timbre dat is uitgezet (waarvan de knop don-
ker is), kunt u niet selecteren. Als u het timbre aan
wilt zetten, kunt u instellingen maken in de Pro-
gram Edit mode of de [EXIT/NO] knop ingedrukt
houden en op een [1]-[4] knop drukken om het
corresponderende timbre aan of uit te zetten.
[VOCODER] knop
Schakelt de vocoder in of uit. In de Edit Mode drukt u op
deze knop als u de vocoder instellingen wilt bewerken.
17. EQ (EQUALIZER)
[HI] knop
Past het niveau van de hoge frequentiereeks aan. Als
deze naar rechts wordt gedraaid, zal het niveau van de
hoge frequentiereeks omhoog worden geduwd. Als
deze naar links wordt gedraaid zal het niveau van de
hoge frequentiereeks afnemen. U kunt de middenfre-
quentie van de hoge frequentiereeks aangeven op de
Program Edit mode P13-1: EQ/FX – EQ tab pagina.
[LO] knop
Past het niveau van de lage frequentiereeks aan. Als
deze naar rechts wordt gedraaid, zal het niveau van de
lage frequentiereeks omhoog worden geduwd. Als deze
naar links wordt gedraaid zal het niveau van de hoge
frequentiereeks afnemen. U kunt de middenfrequentie
van de lage frequentiereeks aangeven op de Program
Edit mode P13-1: EQ/FX – EQ tab pagina.
18. INSERT FX
[FX1 – FX2] knop
Selecteert welk insertie effect beschikbaar is voor bewer-
king. FX1 parameters worden geselecteerd als deze
knop donker is, FX2 wordt geselecteerd als deze knop
verlicht is.
[ON] knop
Zet de insertie effecten die met [FX1 – FX2] zijn geselec-
teerd aan/uit. Als deze knop verlicht is, is het effect aan
en zal toegepast worden.
[EDIT1], [EDIT2] knoppen
Met deze knoppen kunnen de verscheidene effectpara-
meters bijgesteld worden. Zij zullen het effect dat met de
[FX1 – FX2] knop is geselecteerd aanpassen. De parame-
ter die aangepast zal worden, is afhankelijk van het ge-
selecteerde effecttype.
19. MASTER FX
[ON] knop
Schakelt het master effect in/uit. Als deze knop verlicht
is, staat het effect aan.
[EDIT] knop
Past verscheidene master effect parameters aan. De pa-
rameter die aangepast zal worden, is afhankelijk van het
effecttype dat u gebruikt.
20. ARPEGGIATOR/STEP SEQUENCER
[ON] knop
Hiermee worden de arpeggiator en step sequencers aan
of uitgezet. De arpeggiator en step sequencers worden
allemaal tegelijk aangezet.
[LATCH] knop
Met deze knop wordt de Latch functie aan en uitgezet,
die effect heeft op de arpeggiator en de step sequencers.
Als deze functie in werking is (verlicht), blijven de ar-
peggiator en/of step sequencers voortdurend spelen,
zelfs als u uw hand van het toetsenbord haalt. De Latch
functie kan onafhankelijk voor de arpeggiator en iedere
step sequencer worden ingesteld.
[TYPE/STEP REC] knop
De functie van deze knop is afhankelijk van de instelling
van de [SELECT] knop, welke op ARPEGGIATOR,
STEP SEQ 1 of STEP SEQ 2 ingesteld kan worden. Als
ARPEGGIATOR is geselecteerd, kunt u door deze knop
in te drukken door de verschillende arpeggiator types
scrollen.
Als STEP SEQ 1 of STEP SEQ 2 is geselecteerd, zal deze
knop als opname knop voor de betreffende sequencer
functioneren. Druk op deze knop om naar de opname
standby modus te gaan. De opname zal beginnen als u
op het toetsenbord speelt, enz.
[SELECT] knop
Selecteert de arpeggiator van de step sequencer waar-
mee het timbre gespeeld zal worden.
[GATE] knop
Past de voor elke stap gespecificeerde gate tijd (tijds-
duur) van de arpeggiator of step sequencer aan.
[TEMPO] knop
Past het afspeeltempo van de arpeggiator of step se-
quencer aan. Deze instelling is ook van invloed op ande-
re parameters die aan het interne tempo zijn gebonden,
zoals de afspeelsnelheid van een modulatie sequencer,
een LFO snelheid of een effect delay snelheid.
[TAP TEMPO REST/TIE] knop
Tijdens het afspelen kunt u een tempo handmatig invoe-
ren, door enkele malen lichtjes op deze knop te tikken
op het gewenste tempo (Tap Tempo). Als u opneemt
met gebruik van de step sequencer, kunt u met deze
knop verbindingen en rusten invoeren.
TEMPO LED
Dit knippert op kwartnoot intervallen van het huidige
tempo.
Voorpaneel
13

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave