Inhoudsopgave
Advertenties
17 Uitgebreide functies
17.12 Gedrag van de alarmuitgangen
17.11.3 De hysterese vastleggen
Voor de alarmuitgang R1 kan een hysterese worden vastgelegd. Hiermee wordt voortdu-
rend schakelen van het alarm voorkomen, als de meetwaarden slechts in geringe mate
rond de grenswaarde schommelen.
De hysterese is een symmetrisch bereik rond de grenswaarde. Het alarm wordt geacti-
veerd, als de meetwaarden de bovenste grenswaarde overschrijden en gedeactiveerd
als de meetwaarden de onderste grenswaarde onderschrijden.
Voorbeeld
Bovengrens: 30 kg/h
Hysterese: 1 kg/h
Het alarm wordt bij meetwaarden > 30.5 kg/h geactiveerd en bij meetwaarden
< 29.5 kg/h weer gedeactiveerd.
Als u in de keuzelijst func de schakelvoorwaarde MIN of MAX kiest:
R1 Input\...\Hysterese
• Voer een waarde in voor de hysterese of voer nul in om zonder hysterese te werken.
• Druk op ENTER.
17.12
Gedrag van de alarmuitgangen
17.12.1 Schijnbare schakelvertraging
De meetwaarden en waarden van de totalisator verschijnen afgerond op 2 cijfers achter
de komma in beeld. De grenswaarden worden echter vergeleken met de niet afgeronde
meetwaarden. Daarom kan er bij een zeer kleine verandering van de meetwaarde (klei-
ner dan 2 decimalen) een schijnbare schakelvertraging ontstaan. De schakelnauwkeurig-
heid van de uitgang is in dit geval groter dan de nauwkeurigheid van de weergave.
17.12.2 De alarmen resetten en initialiseren
Na een initialisatie van de transmitter worden alle alarmuitgangen als volgt geconfigu-
reerd:
Tab. 17.4: Alarmstatus na een initialisatie
func
typ
mode
Grens
184
UIT
NIET-HOUDEN
SLUITER
0.00
2020-05-29, UMFLUXUS_G60xV5-3NL
FLUXUS G60x
Advertenties
Inhoudsopgave
