Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Het Log Interval Instellen; De Datalogger Configureren - Flexim FLUXUS G60x Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

15 Datalogger

15.2 Het log interval instellen

15.2
Het log interval instellen
Het log interval is de frequentie waarmee de meetwaarden overgedragen of opgeslagen
worden. Hij wordt voor elk kanaal apart vastgelegd. Als het log interval niet ingesteld
wordt, wordt de voor het laatst gekozen log interval gebruikt.
Het log interval moet tenminste overeenstemmen met het aantal geactiveerde meetka-
nalen, raadzaam 4 s.
Uitgangsopties\...\Log interval
• Kies een log interval of EXTRA.
• Druk op ENTER.
Deze weergave verschijnt alleen, als Opsl. meetgegev. en/of Seriele uitgang
geactiveerd zijn.
Uitgangsopties\...\Log interval\EXTRA
• Als u EXTRA heeft gekozen, toetst u het log interval in.
• Druk op ENTER.
15.3

De datalogger configureren

Spec. functie\SYSTEEM inst.\Opslaan
• Kies het menupunt Spec. functie\SYSTEEM inst.\Opslaan.
• Druk op ENTER.
Ringbuffer
Het instellen van de ringbuffer heeft invloed op het opslaan van de meetwaarden zodra
de datalogger vol is:
• Als de ringbuffer geactiveerd is, wordt de dataloggerruimte gehalveerd. De oudste
meetwaarden worden telkens overgeschreven. De ringbuffer heeft alleen effect op de
geheugenruimte die vrij was bij het activeren. Als u meer dataloggerruimte nodig heeft,
moet u eerst het datalogger wissen.
• Als de ringbuffer gedeactiveerd is, wordt het opslaan van de meetwaarden beëindigd.
Spec. functie\SYSTEEM inst.\Opslaan\Ringbuffer
• Kies AAN als u de ringbuffer wilt activeren.
• Druk op ENTER.
154
2020-05-29, UMFLUXUS_G60xV5-3NL
FLUXUS G60x

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave