Waarschuwingen
Onderstaande waarschuwingen betreffen installatie, gebruik, aarding, onderhoud en reparatie van deze apparatuur. Het
uitroepteken verwijst naar een algemene waarschuwing en het gevarensymbool verwijst naar procedurespecifieke risico's. Lees
deze waarschuwingen. Daarnaast zijn er productspecifieke waarschuwingen te vinden in de handleiding, waar van toepassing.
BRAND- EN EXPLOSIEGEVAAR
Ontvlambare dampen in het werkgebied, zoals die van oplosmiddelen en verf, kunnen ontbranden of exploderen.
Ter voorkoming van brand en explosies:
•
Gebruik de apparatuur alleen in goed geventileerde ruimtes.
•
Wanneer u een brandbaar materiaal spuit of gebruikt om het apparaat door te spoelen of te reinigen, houd dan
het spuitapparaat op minimaal 6 meter (20 voet) afstand van brandbare dampen.
•
Zorg dat er geen ontstekingsbronnen zijn, zoals waakvlammen, sigaretten, draagbare elektrische lampen
en kunststof druppelvangers (deze kunnen statische vonkoverslag geven).
•
Houd het werkgebied vrij van afval, inclusief oplosmiddelen, poetslappen en benzine.
•
Haal geen stekkers uit stopcontacten, steek geen stekkers in stopcontacten en doe de verlichting niet aan of uit
met de schakelaars als er brandbare dampen aanwezig zijn.
•
Aard alle apparatuur in de werkomgeving. Zie de instructies onder Aarding.
•
Alleen geaarde slangen gebruiken.
•
Houd het pistool stevig tegen de zijkant van een geaarde emmer gedrukt terwijl u in de emmer spuit.
•
Als u merkt dat er sprake is van statische elektriciteit of u voelt een schok, stop dan onmiddellijk met werken.
Gebruik het systeem pas weer als u de oorzaak van het probleem kent en het probleem is verholpen.
•
Zorg dat er altijd een werkend brandblusapparaat op de werkplek is.
GEVAREN BIJ VERKEERD GEBRUIK VAN DE APPARATUUR
Verkeerd gebruik kan leiden tot dodelijke ongevallen of ernstig letsel.
•
Bedien het systeem niet als u moe bent of onder invloed bent van alcohol of geneesmiddelen.
•
Overschrijd nooit de maximale werkdruk en de maximale bedrijfstemperatuur van het zwakste onderdeel
in uw systeem. Zie de Technische gegevens van alle handleidingen.
•
Gebruik vloeistoffen en oplosmiddelen die geschikt zijn voor de bevochtigde onderdelen van de apparatuur.
Zie de Technische gegevens van alle apparatuurhandleidingen. Lees de waarschuwingen van de fabrikant
van de vloeistoffen en oplosmiddelen. Vraag de leverancier of winkelier naar de MSDS-fiche (het
veiligheidsinformatieblad voor het materiaal) voor de volledige informatie over uw materiaal.
•
Controleer de apparatuur dagelijks. Repareer of vervang versleten of beschadigde onderdelen onmiddellijk
en vervang ze uitsluitend door originele reserveonderdelen van de fabrikant.
•
Breng geen veranderingen of wijzigingen in de apparatuur aan.
•
Gebruik apparatuur alleen voor het beoogde doel. Neem contact op met uw leverancier voor meer informatie.
•
Houd slangen en kabels uit de buurt van plaatsen met druk verkeer, scherpe randen, bewegende onderdelen
en hete oppervlakken.
•
Zorg dat er geen kink in slangen komt en buig ze niet te ver door; trek het apparaat nooit naar voren door aan
de slang te trekken.
•
Houd kinderen en dieren weg uit het werkgebied.
•
Houd u aan alle geldende veiligheidsvoorschriften.
GEVAAR VOOR INJECTIE DOOR DE HUID
Vloeistof die onder hoge uit het pistool, uit lekkende slangen of uit beschadigde onderdelen komt, dringt door de
huid het lichaam binnen. Dit kan eruit zien als een gewone snijwond, maar er is sprake van ernstig letsel, dat kan
leiden tot amputatie. Laat u onmiddellijk chirurgisch behandelen.
•
Richt het pistool nooit op personen of lichaamsdelen.
•
Plaats uw hand nooit op de spuitpunt.
•
Probeer nooit lekkages te stoppen met uw handen, uw lichaam, handschoenen of een doek.
•
Niet spuiten als de spuitpuntbeveiliging en veiligheidspal van de trekker niet zijn aangebracht.
•
Vergrendel de veiligheidspal van de trekker altijd wanneer u niet aan het spuiten bent.
•
Volg altijd de Drukontlastingsprocedure in deze handleiding wanneer u ophoudt met spuiten, vóór reiniging,
controle, of onderhoud aan de apparatuur.
3A0335H
WARNING
WARNING
WARNING
WARNING
Waarschuwingen
3