Hoofdstuk 1 Voordat u dit instrument gaat gebruiken
1.4.6
De drainslangen aansluiten
Sluit het instrument aan op uw laboratoriumafvoersysteem of fles voor afvalvloeistof. Dit instrument heeft twee drains:
één voor de optische sectie en één voor afvalvloeistof.
REFERENTIE:
Bij gebruik van de optionele afvalvloeistoffles verschijnt er een bericht op het display als de fles bijna vol is.
Voorbereiden: Drainslang van de optische sectie, drainslang voor afvalvloeistof, fles voor afvalvloeistof (indien
1
Sluit de drainslangen aan op het instrument.
LET OP:
Als verbinding "D1" van een dop is voorzien, verwijdert u de dop, waarbij u erop let het uiteinde van de
verbinding niet te beschadigen.
Duw de buizen niet met kracht in de verbindingen. De buizen kunnen scheuren.
a Steek een uiteinde van de drainslang van de optische sectie in
verbinding "D1".
b Steek een uiteinde van de drainslang voor afvalvloeistof in
verbinding "D2".
HA-8190V
1-28
Buig of knijp niet in de drainslang van de optische sectie of de drainslang voor
afvalvloeistof. Zorg ook dat geen voorwerpen in de buurt van de slangen komen. De buizen
kunnen loskomen van het instrument en afvalvloeistof kan lekken als de stroming
geblokkeerd is.
Zet de fles voor afvalvloeistof op dezelfde hoogte of lager dan het oppervlak waar het
instrument op staat. Als deze hoger staat dan de instrumentbasis, wordt afvalvloeistof
mogelijk niet goed afgevoerd en kan deze gaan lekken.
Als u met onbeschermde handen in contact komt met afvalvloeistof, kunt u worden
blootgesteld aan pathogene micro-organismen.
nodig) en schaar
Drainbuis optische
eenheid
Drainbuis afvalvloeistof