Bediening
Bediening
Verschillen in werking
De LineDriver ES Lithium werkt anders dan een
benzine aangedreven LineDriver.
1. De LineDriver ES rolt vrij, vooral op hellingen,
wanneer de stroom is uitgeschakeld. Stel de
parkeer-/noodrem in voordat u hem uitschakelt.
2. Zet de stroom aan voordat u de
parkeer-/noodrem loslaat.
3. De prestaties dalen wanneer de acculading laag
wordt. Als er nog ongeveer een uur werkingstijd
over is, begint de spanningsmeter te knipperen.
Wanneer de accu volledig ontladen is en
de LineDriver ES op het punt staat zichzelf uit
te schakelen, klinkt de zoemer ongeveer één keer
per seconde.
4. De respons van de richtings-/snelheidspedalen
is zachter. Leer deze zachtere respons kennen
voordat u op een werklocatie gaat werken.
Hoe te bedienen
1. Ga op de zitting zitten om de vergrendelingsscha-
kelaar van de zitting te bedienen. Zorg ervoor dat
de richtings-/snelheidspedalen niet ingedrukt zijn.
2. Zet de hoofdschakelaar op AAN. De zoemer zal in
een paar seconden klinken, wat aangeeft dat de
richtings-/snelheidspedalen nu actief zijn.
3. Schakel de parkeer-/noodrem op de LineDriver
uit alsook eventuele remmen op aangekoppelde
apparatuur.
4. Druk de handbediening in om het zwenkwiel van
de gekoppelde apparatuur vrij te geven.
OPMERKING: De beweging van de LineDriver
is vooruit en achteruit. Bochten worden gemaakt
met het lijnmarkerings- of freesapparaat.
10
ti10937a
5. Duw op de handgrepen van lijnmarkerings-
of freesapparaat om de gewenste bocht
te beginnen.
GEVAAR VOOR VRIJLOPEN
Het uitschakelen van de voedingsschakelaar leidt
tot verlies van de aandrijfkracht. Verlies van
aandrijfvermogen kan leiden tot het vrijlopen van de
LineDriver, waarbij deze onbelemmerd rolt.
•
Schakel de voedingsschakelaar niet uit terwijl
de LineDriver in beweging is.
•
Als het aandrijfvermogen wegvalt wanneer
de LineDriver in beweging is, gebruikt u de
parking-/noodrem om de LineDriver tot stilstand
te brengen.
•
Schakel altijd de parking-/noodrem in voordat
u de voedingsschakelaar in de ON-stand plaatst
of de stoel verlaat.
6. Beweeg de richting/snelheidspedalen om met
de LineDriver te rijden, zoals hieronder wordt
getoond. Bij het omschakelen van voorwaarts
naar achterwaarts activeert u een remactie.
OPMERKING: De LineDriver stopt als beide voeten
van de pedalen worden gehaald.
ti10935a
3A9059E