Hellings-/ECO-modus
De hellings/ECO-modus is de aanbevolen
standaardmodus voor alle acties. Dit is handig
wanneer meer controle nodig is, zoals tijdens het
laden of lossen en in drukke gebieden. Bij gebruik
op hellingen moet de ECO-modus worden gebruikt.
Op deze manier wordt bovendien de levensduur van
de accu verlengd. Om de hellings-/ECO-modus
in te schakelen:
•
Zet de snelheidsschakelaar in de
hellings-/ECO-
OPMERKING: De hellings-/ECO-modus beperkt de
voorwaartse snelheid tot 9 km/u (5,5 mph) en de
achterwaartse snelheid tot 6 km/u (4 mph).
Om de hellings-/ECO-modus uit te schakelen:
•
Zet de snelheidsschakelaar terug in de middelste
stand.
Zoemer
Een zoemer zal klinken om verschillende
bedrijfsomstandigheden aan te geven.
Enkele toon,
ongeveer een
seconde lang, na het
aanzetten van de
voedingsschakelaar.
Herhalende toon,
ongeveer elke
seconde.
Continue toon bij
snelheden sneller dan
10 km/u (6,5 mph).
3A9059E
stand.
Richtings-/snelheidsregel-
pedalen nu actief.
De accu is volledig
ontladen. Zie De accu's
opladen, pagina 12.
Verminderde remwerking
beschikbaar vanaf de
richtings-/snelheidspedalen.
Zie de waarschuwing in
Langere remafstand,
pagina 11.
Dagelijkse inspecties
Voer elke dag voor het gebruik van de LineDriver ES
Lithium de volgende inspecties uit.
1. Controleer het laadniveau van de accu.
Laad deze op als deze niet volledig is opgeladen.
2. Inspecteer de koppeling op overmatige
beweging. Stel zo nodig bij. Zie Aanpassing van
de koppeling, pagina 16. Vervang de koppeling
wanneer deze niet meer verstelbaar is.
3. Controleer de functie van de vergrendelingsscha-
kelaar van de zitting. De vergrendelingsscha-
kelaar van de zitting stopt de ES Driver wanneer
de bestuurder de stoel verlaat en schakelt de
richtings-/snelheidspedalen uit.
a. Zet de voedingsschakelaar in de stand AAN
terwijl u naast de LineDriver ES staat en de
parkeer-/noodrem is ingeschakeld.
b. Tik zachtjes op de richtings-/snelheids-
pedalen. De LineDriver ES zou niet moeten
proberen te bewegen.
c. Ga op de zitting zitten en tik zachtjes op de
richtings-/snelheidspedalen. De machine zou
moeten proberen in beweging te komen.
d. Voer onderhoud uit op de
vergrendelingsschakelaar van de zitting als
de LineDriver niet reageert zoals beschreven
in de stappen b en c hierboven.
4. Testen van het correct functioneren van de
parkeer-/noodrem en afstelling.
a. Kies een vlakke open ruimte. Voer de
snelheid van het toestel op tot 5 km/u
(3 mph).
b. Zorg ervoor dat de LineDriver ES vrij kan
rollen (vrijloop) door de voedingsschakelaar
in de stand OFF te zetten.
c. Stop het toestel door de parkeer-/noodrem
te gebruiken. Voor het afstellen van
de remmen, zie Aanpassing of vervanging
parkeer-/noodrem, pagina 14.
Opstarten
9