Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Programmeerschermen; Dosiscyclus; Dosissnelheid - Smiths Medical CADD-Solis VIP 2120 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

i
nTermiTTerenDe ToeDieningsmoDus

Programmeerschermen

Dosisvolume
Dit is het volume van de dosis. Het dosisvolume kan niet worden
ingesteld op een waarde waardoor de snelheid van toediening voor de
geprogrammeerde dosisduur de maximale dosissnelheid van 500 mL/uur
overschrijdt. Daarom kan het programmeren van het dosisvolume resulteren
in de automatische verlenging van de dosisduur om te voldoen aan de
maximale dosissnelheid. Bovendien moeten er ten minste 5 minuten
verstrijken tussen het einde van de ene dosis en de start van de volgende
dosis (de dosiscyclus moet 5 minuten langer zijn dan de dosisduur).
Daarom kan een automatische verlenging van de dosisduur resulteren in een
automatische verlenging van de dosiscyclus om het verschil van 5 minuten
te behouden. Door het invoeren van een dosisvolume wordt de dosiscyclus
automatisch opnieuw ingesteld en wordt de starttijd van de volgende dosis
ingesteld op meteen beginnen.
Dosisduur
Dit is de periode die vereist is om de dosis toe te dienen. De dosisduur kan
niet worden ingesteld op een waarde waardoor de snelheid van toediening
voor het geprogrammeerde dosisvolume de maximale dosissnelheid van
500 mL/uur overschrijdt. Bovendien moeten er ten minste 5 minuten
verstrijken tussen het einde van de ene dosis en de start van de volgende
dosis (de dosiscyclus moet 5 minuten langer zijn dan de dosisduur). Daarom
kan het programmeren van de dosisduur resulteren in een automatische
verlenging van de dosiscyclus om het verschil van 5 minuten te behouden.
Door het invoeren van een dosisduur wordt de dosiscyclus automatisch
opnieuw ingesteld en wordt de starttijd van de volgende dosis ingesteld
op onmiddellijk beginnen.

Dosiscyclus

Dit is de tijd vanaf de start van de ene dosis tot de start van de volgende
dosis. De programmeerbare waarden voor de dosiscyclus zijn afhankelijk
van de dosisduur. Er moeten ten minste 5 minuten verstrijken tussen het
einde van de ene dosis en de start van de volgende dosis (de dosiscyclus moet
5 minuten langer zijn dan de dosisduur). Daarom is de minimale
programmeerbare cyclus de dosisduur plus 5 minuten. De maximale
dosiscyclus is 96 uur. Door een dosiscyclus in te voeren, wordt de starttijd
van de volgende dosis automatisch ingesteld op onmiddellijk beginnen.

Dosissnelheid

Deze instelling is alleen voor controle en laat de snelheid zien waarmee de
dosis wordt toegediend op basis van het geprogrammeerde dosisvolume en
de dosisduur. De maximaal toegestane snelheid is 500 mL/uur. Voor
®
snelheden van meer dan 250 mL/uur is een CADD
-toedieningsset voor
een hoog volume vereist.
Volgende dosis
Dit is het tijdstip waarop de volgende dosis moet beginnen (zie pagina 32).
De pomp moet op de geselecteerde datum en tijd lopen om de dosis te
laten beginnen. Het volgende dosistijdstip kan op elk moment worden
geprogrammeerd om de start van de volgende dosis uit te stellen, maar
als er al een dosis wordt toegediend, wordt de rest van deze dosis hierdoor
geannuleerd. Tijdens het doseren wordt op het Home-scherm 'Doseren'
weergegeven. Als een dosis tijdens het toedienen wordt gestopt, wordt op het
Home-scherm 'Onderbroken' weergegeven.
52

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave