De publicatiedatum van deze handleiding staat achter op de handleiding vermeld. Neem, als er tussen de publicatiedatum en het gebruik van het product een jaar verstreken is, contact op met Smiths Medical om te vragen of een herziene versie beschikbaar is.
Controleer de pomp op beschadiging indien de pomp is gevallen of gestoten. Een beschadigde of niet goed functionerende pomp mag niet worden gebruikt. Neem contact op met de klantenservice van Smiths Medical om de pomp voor onderhoud te retourneren. •...
Pagina 4
• Als de luchtdetector is uitgeschakeld, controleert de pomp niet of er lucht aanwezig is in het vloeistofpad. Het wordt aanbevolen om het vloeistofpad regelmatig te controleren en de eventueel aanwezige lucht te verwijderen, zodat het ontstaan van een luchtembolie wordt voorkomen. •...
Pagina 5
• Als algemene veiligheidsregel moet(en) de lijn(en) altijd worden afgeklemd voordat de cassette van de pomp wordt verwijderd. Verwijderen van de cassette zonder de klem te sluiten kan ongecontroleerde zwaartekrachtinfusie veroorzaken. • Zet de cassette goed vast. Een losgekomen of onjuist aangesloten cassette kan leiden tot een ongecontroleerde infusie door zwaartekracht van medicatie uit het vloeistofreservoir of tot terugvloeien van bloed.
Smiths Medical of haar geautoriseerde agenten worden uitgevoerd. • Gebruik alleen accessoires van Smiths Medical die specifiek bestemd zijn voor gebruik met de ® CADD -Solis ambulante infuuspomp, omdat andere merken een negatief effect kunnen hebben op het functioneren van de pomp.
lgemene beschrijving Algemene beschrijving Inleiding ® De CADD -Solis VIP ambulante infuuspomp levert een aangepaste medicijntherapie aan patiënten in het ziekenhuis of in een ambulante omgeving. De behandeling moet altijd onder toezicht van een arts of van een gediplomeerde medische zorgverlener staan. Indien van toepassing moet het gebruik van de pomp aan de verzorger en de patiënt worden uitgelegd.
lgemene beschrijving Symbolen Symbolen op de pomp en etiketten Let op Aan/Uit-schakelaar Raadpleeg de gebruiksaanwijzing Cassette ontgrendelen/vergrendelen < Catalogusnummer Functietoets > Serienummer Omhoog-toets Fabricagedatum Omlaag-toets Let op: Krachtens de nationale wetgeving (van de VS) mag dit product Selectietoets uitsluitend door of op voorschrift van een arts worden verkocht.
lgemene beschrijving Symbolen op het pompscherm Reservoirvolume PCA-toedieningsmodus Lading van de herlaadbare batterij Continue-toedieningsmodus Lading van de herlaadbare batterij. Intermitterende toedieningsmodus AC-adapter aangesloten. Lading van de AA-batterijen Stapsgewijze toedieningsmodus Lading van de AA-batterijen. Taper-toedieningsmodus AC-adapter aangesloten. Geen batterij aanwezig, alleen Toetsenbord is vergrendeld netvoeding Batterij niet compatibel...
lgemene beschrijving Pompdiagram Vooraanzicht Batterijvakje Scherm Indicatielampjes Oranje Groen USB-poort Blauw netvoedingslampje Netvoedingsaansluiting PCA- handsetaansluiting Toetsenbord Achteraanzicht Aan/Uit- schakelaar Serienummer Cassette-/toetsenbordvergrendeling (ontgrendelen/vergrendelen) Cassettesluiting Cassette (Het deel van het CADD™-medicatiecassettereservoir of de CADD®-toedieningsset dat aangesloten wordt op de pomp)
lgemene beschrijving Pomponderdelen, poorten en connectors Indicatielampjes Als de pomp stroom krijgt, knipperen een of beide indicatielampjes. Groen: Het groene lampje knippert om aan te geven dat de pomp loopt en er vloeistof, zoals geprogrammeerd, wordt toegediend. Oranje: Het oranje lampje knippert als de pomp wordt gestopt, bij een alarmsituatie of als de batterijlading of het reservoirvolume laag is.
lgemene beschrijving Aan/Uit-schakelaar Zet de pomp aan of uit. Blijf de schakelaar indrukken totdat de pomp opstart. Druk de schakelaar in om de pomp uit te zetten en bevestig dat u wenst af te sluiten door Ja te selecteren. Stroomaansluiting U kunt de AC-adapter in de stroomaansluiting steken.
Accessoires LET OP: Gebruik alleen accessoires van Smiths Medical die specifiek bestemd zijn voor gebruik met de ® CADD -Solis ambulante infuuspomp, omdat andere merken een negatief effect kunnen hebben op het functioneren van de pomp. ® Alle CADD -Solis-accessoires kunnen worden besteld bij de klantenservice van Smiths Medical.
lgemene beschrijving Pompschermen en display Pompschermen De voorbeeldschermen in deze handleiding zijn slechts voorbeelden van wat kan worden weergegeven. De protocollen (bestaande uit therapieën, kwalificaties, medicaties en concentraties en de daarbij behorende pompinstellingen in de pompbibliotheek) worden bepaald door uw instelling. ...
lgemene beschrijving Informatie die geplande events aangeeft die belangrijk zijn voor de gebruiker. Het bericht is modusspecifiek en geeft het volgende aan als de pomp loopt: • Wanneer een uitgestelde start begint • Wanneer het reservoir leeg zal zijn •...
lgemene beschrijving Beveiligingsinstellingen Er worden beveiligingsinstellingen gebruikt om de toegang van patiënten en onbevoegde artsen tot bepaalde programmeer- en gebruiksfuncties van de pomp te beperken. De pompfuncties worden door 3 verschillende beveiligingscodes beschermd. In de tabel met beveiligingsniveaus worden de functies vermeld die beschikbaar zijn onder elke beveiligingscode. De standaard fabrieksinstellingen voor de verschillende beveiligingscodes zijn: •...
lgemene beschrijving Automatische vergrendeling ® De CADD -Solis-VIP ambulante pomp is ontworpen met het oog op veiligheid en gebruiksgemak. De automatische vergrendeling vermindert de kans op programmering van de pomp door onbevoegden. Als het toetsenbord is ontgrendeld met een beveiligingscode en ontgrendeld wordt gelaten, wordt het toetsenbord automatisch door de software weer vergrendeld.
lgemene beschrijving 3. Afhankelijk van het vereiste beveiligingsniveau en hoe de ® CADD -Solis-systeemadministrator de beveiligingsinstellingen heeft geprogrammeerd, kunt u de pompsleutel gebruiken om het toetsenbord te ontgrendelen. Wanneer u een menu of functie opent waarvoor een beveiligingscode is vereist, verschijnt Het toetsenbord wordt Het toetsenbord wordt alleen er 1 van 2 prompts, zoals rechts in de...
lgemene beschrijving Toetsenbordbeveiliging Onder de instelling Toetsenbordbeveiliging kunt u het gebruik van de cassette-/toetsenbordvergrendeling toestaan om het toetsenbord te ontgrendelen. Dit doet u door de instelling Code of sleutel te selecteren. Bij gebruik van de sleutel voor het ontgrendelen van het toetsenbord zijn dezelfde bevoegdheden toegestaan als voor de toetsenbordcode.
lgemene beschrijving Artsencode De standaard artsencode is 997. Op dit scherm kunt u een artsencode invoeren die specifiek voor uw instelling is. Opmerking: De artsencode verandert alleen voor het huidige protocol. De wijziging blijft van kracht totdat een ander protocol wordt gekozen of hetzelfde protocol wordt gekozen door de taak Start nieuwe patiënt of Start nieuw protocol, zelfde patiënt te gebruiken.
lgemene beschrijving 4. Controleer de nieuwe administratorscode door deze code opnieuw in te voeren in het volgende scherm. Druk op Accept. waarde nadat de code is ingevoerd. Handmatig programmeren Met de optie Beveiliging handm. programmering kunt u de artsencode of de administratorscode kiezen waarmee toegang wordt verkregen tot het protocol voor handmatige programmering.
omPProgrAmmering Pompprogrammering Protocollen en protocolbibliotheken Een protocol is een verzameling instellingen voor medicatietoediening en andere pompinstellingen, ® waaronder administratorinstellingen voor de CADD -Solis VIP ambulante infuuspomp, een combinatie van therapie, kwalificatie en medicatie, en andere toedieningsparameters. Een verzameling protocollen ™ ®...
omPProgrAmmering Selectie van een protocol uit een bibliotheek Start nieuwe patiënt Telkens als er een nieuwe patiënt wordt gestart, wordt dit geregistreerd in het eventlog. Alle andere ™ rapporten worden gewist. Protocolbibliotheken worden aangemaakt met de CADD -Solis Medication ® Safety Software en worden in de pomp geladen door de CADD -Solis-systeemadministrator.
omPProgrAmmering Het scherm 'Herzie pompinstellingen' verschijnt. Selecteer Herzien. 9. Druk op om alle instellingen te doorlopen en te controleren. Als de gemarkeerde instelling juist is, drukt u op Accept. waarde. Er verschijnt een groen vinkje naast de instelling. Als de gemarkeerde instelling onjuist is, drukt u op S om de instelling aan te passen.
Pagina 29
omPProgrAmmering PCA-modus, specifieke functies Waarde wordt teruggezet naar: Hoeveelheid klinische bolus 0 mL Concentratie Geselecteerd door gebruiker Continue snelheid 0 mL/uur (of mg- of mcg-equivalent hiervan) Toedieningslimietmethode Niet in gebruik KVO-snelheid 0 mL/uur (of mg- of mcg-equivalent hiervan) Maximale toedieningssnelheid 125 mL/uur PCA-dosis 0 mL (of mg- of mcg-equivalent hiervan)
omPProgrAmmering Een nieuwe patiënt starten en het protocol handmatig programmeren: 1. Controleer of de pomp is gestopt. 2. Druk in het menu Geavanceerde taken (zie pagina 100) op om Start nieuwe patiënt te markeren en druk op S. 3. Ontgrendel het toetsenbord. 4.
omPProgrAmmering 9. Wanneer u klaar bent met controleren, selecteert u Volgende. 10. Volg de instructies op de pomp om de cassette te bevestigen, de pomp te primen en te starten. Uitgestelde start/Starttijd volgende dosis Uitgestelde start Opmerking: Deze taak is beschikbaar voor alle therapieën uitgezonderd intermitterend. Als er een intermitterende therapie is geprogrammeerd, is deze optie niet zichtbaar in het menu Taken.
Pagina 32
omPProgrAmmering Starttijd volgende dosis Opmerking: Deze taak is alleen beschikbaar voor intermitterende therapieën. Als er een ander therapietype is geprogrammeerd, is deze optie niet zichtbaar in het menu Taken. Een Starttijd volgende dosis kan worden geprogrammeerd om de start van de volgende dosis van een infusie uit te stellen.
omPProgrAmmering Harde en zachte toedieningslimieten De pompprotocolbibliotheken (die uit therapieën, kwalificaties en medicatie bestaan) worden aangemaakt en in de ™ pomp geladen met behulp van de CADD -Solis Medication Safety Software. Aan veel toedieningsinstellingen zijn ® harde en zachte limieten toegewezen door de CADD -Solis-systeemadministrator.
omPProgrAmmering Toedieningsinstellingen De toedieningsinstellingen zijn patiëntspecifieke parameters van een therapie die rechtstreeks samenhangen met de medicatie die per infuus wordt toegediend en kunnen worden bewerkt binnen ® de limieten die in het protocol zijn vastgesteld. De CADD -Solis-systeemadministrator bepaalt de aanvankelijke waarden van de parameters, van toepassing zijnde programmeereenheden en concentratie van de medicatie en overige parameterlimieten en bepaalt tevens welke parameters kunnen worden bekeken en/of bewerkt.
omPProgrAmmering Toedieningsinstellingen bewerken Procedure voor het bekijken en bewerken van toedieningsinstellingen: 1. Stop de pomp als deze loopt. 2. Druk in het menu Taken (zie pagina 89) op tot Bekijk toedien. instelling is gemarkeerd en druk vervolgens op S. 3. Druk op tot de gewenste instelling is gemarkeerd en druk vervolgens op S.
omPProgrAmmering Pompinstellingen herzien Wanneer een nieuwe patiënt of een nieuw protocol voor dezelfde patiënt wordt gestart (zie pagina 27) of na het aanpassen van toedieningsinstellingen (zie pagina 35), moeten de pompinstellingen worden gecontroleerd en als correct worden geaccepteerd. WAARSCHUWING: Controleer altijd zorgvuldig de programmering van de pomp nadat deze is ingevoerd, zodat juiste programmering van de pomp gewaarborgd is.
PcA- ToeDieningsmoDus PCA-toedieningsmodus PCA (patient-controlled analgesia, d.w.z. door de patiënt geregelde pijnbestrijding) toediening wordt gebruikt voor therapieën waarbij een continue infuussnelheid, doses op aanvraag van de patiënt en/of een klinische bolus vereist zijn. De beschikbare toedieningsmethoden zijn: • Continue snelheid •...
PcA- ToeDieningsmoDus Programmeerschermen Continue snelheid Dit is de gewenste continue snelheid van medicatietoediening. Als voor het voorschrift geen continue snelheid nodig is tijdens een PCA-therapie, voert u 0 in. De waarde voor de continue snelheid kan worden gewijzigd door omhoog of omlaag te navigeren tussen de instellingen voor hard maximum en hard minimum.
PcA- ToeDieningsmoDus KVO-snelheid De KVO-snelheid ('keep vein open') zorgt voor de toediening van een minimale hoeveelheid medicatie om de katheter open te helpen houden. Als er een continue snelheid is geprogrammeerd, geeft de KVO-snelheid automatisch 0,1 mL/uur (of het mg- of mcg-equivalent hiervan) weer. Als er geen continue snelheid is geprogrammeerd, geeft de KVO-snelheid automatisch 0 mL/uur (of het mg- of mcg-equivalent hiervan) weer.
PcA- ToeDieningsmoDus 2. Selecteer de kwalificatie • Druk op om de gewenste kwalificatie te markeren en druk 3. Selecteer de medicatie • Druk op om de gewenste medicatie en de gewenste concentratie te markeren en druk op 4. Bevestig en controleer de instellingen • Controleer de informatie op het scherm en selecteer Ja als de instellingen juist zijn of Nee om de instellingen te bewerken.
PcA- ToeDieningsmoDus • Druk op tot de waarde 5 mg/uur wordt weergegeven en selecteer Opslaan. • De pomp keert terug naar het scherm Herzien. 6. Voer de PCA-dosis in • Druk op om PCA-dosis te markeren. Als de getoonde waarde op de gewenste dosis is ingesteld, selecteert u Accept. waarde en gaat u naar stap 7.
PcA- ToeDieningsmoDus 8. Voer de maximumdoses per uur in • Druk op om Max. doses/uur te markeren. Als de getoonde waarde juist is, selecteert u Accept. waarde en gaat u naar stap 9. Als de waarde niet juist is, drukt u op • Druk op tot de waarde 2 wordt weergegeven en selecteer Opslaan.
PcA- ToeDieningsmoDus 11. Accepteer de waarden • Als er nog geen waarden zijn geaccepteerd, drukt u op om elke instelling te markeren en selecteert u Accept. waarde als de instelling juist is. Er verschijnt een groen vinkje naast elke geaccepteerde waarde. • Nadat u klaar bent met de controle, selecteert u Volgende. 12. Bereid de pomp voor de patiënt voor • V olg de instructies voor het bevestigen van een cassette, primen en aansluiten van de pomp bij de patiënt in De pomp bedienen op pagina 78.
Pagina 44
PcA- ToeDieningsmoDus 4. Druk op om de waarde van de klinische bolus te wijzigen. Selecteer Toedienen. 5. Als u een waarde opgeeft die zich buiten de zachte limietwaarden bevindt, wordt een scherm weergegeven waarin u wordt gevraagd te bevestigen dat u de zachte limietwaarden wilt negeren. Selecteer Bevestigen om de bolus toe te dienen.
PcA- ToeDieningsmoDus Een PCA-dosis starten Als er een PCA-dosis is geprogrammeerd, kan de patiënt een PCA-dosis starten terwijl de pomp loopt. De hoeveelheid die toegediend wordt, wordt opgeteld bij de hoeveelheid die voorzien is in de continue snelheid. Telkens als de patiënt een PCA-dosis vraagt, telt de pomp deze automatisch op in het rapport Dosistellers voor toegediend en PCA.
PcA- ToeDieningsmoDus Een klinische bolus of PCA-dosis stoppen Een klinische bolus stoppen: Terwijl de klinische bolus wordt toegediend, verschijnt het scherm Klinische bolus op de pomp met de resterende hoeveelheid van de bolus die nog moet worden toegediend. U kunt de klinische bolus vanuit dit scherm stoppen door Stop bolus te selecteren.
onTinue ToeDieningsmoDus Continue-toedieningsmodus Met continue toediening vindt de infusie van medicatie met een constante, geprogrammeerde snelheid plaats. In de volgende grafiek wordt een voorbeeld van continue toediening getoond. Uitgestelde start (optioneel) Continue snelheid Tijd Home-scherm De toedieningsmodus en status van de infusie worden op het Home-scherm aangegeven, waarbij berichten in tekst verschijnen, een diagram in een vorm die uniek is voor de therapie en met de kleuren groen, rood en grijs.
onTinue ToeDieningsmoDus Reservoirvolume Dit is het volume van de vloeistof in het reservoir. De waarde voor het reservoirvolume neemt af als de pomp wordt geprimed of vloeistof toedient. ® De CADD -Solis-systeemadministrator kan een standaard reservoirvolume instellen, zodat het reservoirvolume snel op die waarde kan worden teruggesteld.
Pagina 49
onTinue ToeDieningsmoDus 3. Selecteer de medicatie • Druk op om de gewenste medicatie te markeren en druk op 4. Bevestig en controleer de instellingen • Controleer de informatie op het scherm en selecteer Ja als de instellingen juist zijn of Nee om de instellingen te bewerken. • Op de pomp wordt het scherm Herzie pompinstellingen weergegeven.
onTinue ToeDieningsmoDus 6. Voer de KVO-snelheid in • Druk op om KVO-snelheid te markeren. Als de getoonde waarde op de gewenste snelheid is ingesteld, selecteert u Accept. waarde en gaat u naar stap 7. Als de getoonde waarde niet de gewenste snelheid is, drukt u op • Druk op tot de waarde 0 mL/uur wordt weergegeven en selecteer Opslaan De pomp keert vervolgens terug naar het...
nTermiTTerenDe ToeDieningsmoDus Intermitterende toedieningsmodus Met intermitterende toediening vindt de infusie van een specifiek volume medicatie plaats met een regelmatig, geprogrammeerd interval en met een opgegeven duur. Een dosis kan in een cyclus van maximaal 96 uur herhaald worden. De KVO-functie ('keep vein open') zorgt voor de toediening van een minimale hoeveelheid medicatie tussen doses in om de katheter open te houden.
nTermiTTerenDe ToeDieningsmoDus Programmeerschermen Dosisvolume Dit is het volume van de dosis. Het dosisvolume kan niet worden ingesteld op een waarde waardoor de snelheid van toediening voor de geprogrammeerde dosisduur de maximale dosissnelheid van 500 mL/uur overschrijdt. Daarom kan het programmeren van het dosisvolume resulteren in de automatische verlenging van de dosisduur om te voldoen aan de maximale dosissnelheid.
nTermiTTerenDe ToeDieningsmoDus KVO-snelheid De KVO-snelheid ('keep vein open') is optioneel. Zij zorgt voor de toediening van een minimale hoeveelheid medicatie om de katheter open te helpen houden. Als er een starttijd voor de volgende dosis is geprogrammeerd, is de KVO-snelheid actief totdat de dosis begint. Zij is ook actief tussen doses in.
nTermiTTerenDe ToeDieningsmoDus 3. Selecteer de medicatie • Druk op om de gewenste medicatie te markeren en druk op 4. Bevestig en controleer de instellingen • Controleer de informatie op het scherm en selecteer Ja als de instellingen juist zijn of Nee om de instellingen te bewerken. • Op de pomp wordt het scherm Herzie pompinstellingen weergegeven.
nTermiTTerenDe ToeDieningsmoDus 6. Voer de dosisduur in • Druk op om Dosisduur te markeren. Als de getoonde waarde op de gewenste duur is ingesteld, selecteert u Accept. waarde en gaat u naar stap 7. Als de getoonde waarde niet de gewenste duur is, drukt u op • Druk op tot de waarde 1 uur 0 min wordt weergegeven...
nTermiTTerenDe ToeDieningsmoDus 9. Voer de volgende dosis in • Druk op om Volgende dosis te markeren. Als de getoonde tijd juist is, selecteert u Accept. waarde en gaat u naar stap 9. Als de tijd niet juist is, drukt u op • Druk op tot de waarde 8:00 PM wordt weergegeven en selecteer Bevestigen.
Pagina 57
nTermiTTerenDe ToeDieningsmoDus 11. Voer het reservoirvolume in • Druk op om Reservoirvol. te markeren. Als de getoonde waarde juist is, selecteert u Accept. waarde en gaat u naar stap 11. Als de waarde niet juist is, drukt u op • Druk op tot de waarde 100 mL wordt weergegeven en selecteer Opslaan.
nTermiTTerenDe ToeDieningsmoDus De pomp stoppen tijdens een infusie Het stoppen van de pomp tussen doses is niet van invloed op de starttijd van volgende doses. Door het stoppen van de pomp terwijl een dosis wordt toegediend verschuiven alle volgende doses met de hoeveelheid tijd dat de pomp gestopt werd (zie afbeelding). Dosis Dosis Tijd...
ToeDieningsmoDus Stap-toedieningsmodus Met stap-toediening is de infusie van een opgegeven volume medicatie mogelijk bij een beginsnelheid met lineaire stapsgewijze verhogingen tot een plateausnelheid. Ook meerdere stappen omlaag kunnen worden toegepast, waardoor de continue snelheid zo laag wordt als de beginsnelheid. Een optionele KVO-snelheid (keep vein open) kan aan het einde van de infusie worden toegediend, afhankelijk van de protocolinstellingen.
ToeDieningsmoDus Programmeerschermen Infusievolume Dit is het totale volume vloeistof dat moet worden toegediend. Het reservoirvolume moet toereikend zijn voor het totale infusievolume. Daarom kan het programmeren van het infusievolume een automatische toename van het reservoirvolume tot gevolg hebben. Door het invoeren van een nieuw infusievolume wordt de infusie gereset zodat de toediening start bij het begin van de infusieduur.
Pagina 61
ToeDieningsmoDus Infusieduur Dit is de tijd die vereist is om het infusievolume toe te dienen. De tijd wordt berekend door de pomp op basis van de beginwaarden die voor infusievolume, beginsnelheid, snelheidsverhoging, stapduur en plateausnelheid zijn geprogrammeerd. De tijd verschijnt alleen op het scherm voor controle.
ToeDieningsmoDus Programmeervoorbeeld WAARSCHUWING: Houd rekening met de toedieningsnauwkeurigheid van ± 6% van het systeem wanneer u de pomp programmeert en/of het reservoir vult. Als dit wordt nagelaten, kan dit ertoe leiden dat het reservoir sneller leeg is dan verwacht. Als de pomp wordt gebruikt voor het toedienen van kritieke medicatie of medicatie die de patiënt in leven houdt, kan een onderbreking in het toedienen van medicatie resulteren in letsel bij of overlijden van de patiënt.
ToeDieningsmoDus • Op de pomp wordt het scherm Herzie pompinstellingen weergegeven. Selecteer Herzien om door te gaan. 5. Voer het infusie volume in • Druk op om Infusievolume te markeren. Als de getoonde waarde op het gewenste volume is ingesteld, selecteert u Accept. waarde en gaat u naar stap 6. Als de getoonde waarde niet het gewenste volume is, drukt u op • Druk op tot de waarde 700 mL wordt weergegeven...
ToeDieningsmoDus • Druk op tot de waarde 30 mL/uur wordt weergegeven en selecteer Opslaan De pomp keert vervolgens terug naar het scherm Herzien. 7. Voer de snelheidsverhoging in • Druk op om Snelheidsverhoging te markeren. Als de getoonde waarde op de gewenste verhoging is ingesteld, selecteert u Accept.
Pagina 65
ToeDieningsmoDus 9. Voer de stapduur in • Druk op om Stapduur te markeren. Als de getoonde waarde juist is, selecteert u Accept. waarde en gaat u naar stap 10. Als de waarde niet juist is, drukt u op • Druk op tot de waarde 30 min wordt weergegeven en selecteer Opslaan.
Pagina 66
ToeDieningsmoDus 12. Voer het reservoirvolume in • Druk op om Reservoirvol. te markeren. Als de getoonde waarde juist is, selecteert u Accept. waarde en gaat u naar stap 13. Als de waarde niet juist is, drukt u op • Druk op tot de waarde 700 mL wordt weergegeven en selecteer Opslaan.
ToeDieningsmoDus Elke infusie starten Wanneer een nieuwe cassette op de pomp wordt bevestigd aan het begin van de infusie, moet het reservoirvolume worden gereset. Hierdoor wordt ook de infusie gereset. Volg de instructies in De pomp bedienen beginnend op pagina 78, voor het bevestigen van een cassette en het resetten van het reservoir.
ToeDieningsmoDus Verlagen Met deze optie kunt u de infusiesnelheid op elk tijdstip verlagen. U kunt niet verder verlagen dan de beginsnelheid. Nadat de taak Verlagen is uitgevoerd, worden de automatische stapverhogingen na elke stapduur geannuleerd. De toediening gaat door met de verlaagde (aanhoud)snelheid. De taak Opvoeren kan worden gebruikt om de automatische stapverhogingen opnieuw te starten.
APer ToeDieningsmoDus Taper-toedieningsmodus Met taper-toediening is de infusie van voedingsoplossingen (TPV, totale parenterale voeding) of andere vloeistoffen mogelijk, met optioneel ophogen/afbouwen. De toediening kan geleidelijk worden verhoogd, of opgehoogd, aan het begin van de infusie, en kan geleidelijk worden verlaagd, of afgebouwd, aan het einde van de infusie.
APer ToeDieningsmoDus Programmeerschermen Infusievolume Dit is het totale volume vloeistof dat moet worden toegediend. Als u een infusievolume invoert waardoor de plateausnelheid de maximaal toegestane snelheid overschrijdt, verlengt de pomp de infusieduur automatisch om het nieuwe volume in te passen. Bovendien moet het reservoirvolume toereikend zijn voor het totale infusievolume.
Pagina 71
APer ToeDieningsmoDus KVO-snelheid De KVO-snelheid ('keep vein open') is optioneel. Zij zorgt voor de toediening van een minimale hoeveelheid medicatie om de katheter open te helpen houden. Als er een uitgestelde start is geprogrammeerd, is de KVO-snelheid actief totdat de infusie begint. Zij is ook actief nadat het infusievolume is toegediend als het geprogrammeerde reservoirvolume groter is dan het infusievolume.
APer ToeDieningsmoDus Programmeervoorbeeld WAARSCHUWING: Houd rekening met de toedieningsnauwkeurigheid van ± 6% van het systeem wanneer u de pomp programmeert en/of het reservoir vult. Als dit wordt nagelaten, kan dit ertoe leiden dat het reservoir sneller leeg is dan verwacht. Als de pomp wordt gebruikt voor het toedienen van kritieke medicatie of medicatie die de patiënt in leven houdt, kan een onderbreking in het toedienen van medicatie resulteren in letsel bij of overlijden van de patiënt.
APer ToeDieningsmoDus • Op de pomp wordt het scherm Herzie pompinstellingen weergegeven. Selecteer Herzien om door te gaan. 5. Voer het infusie volume in • Druk op om Infusievolume te markeren. Als het getoonde volume op de gewenste waarde is ingesteld, selecteert u Accept. waarde en gaat u naar stap 6. Als het getoonde volume niet de gewenste waarde is, drukt u op • Druk op tot de waarde 1000 mL wordt weergegeven...
APer ToeDieningsmoDus • Druk op tot de waarde 1 uur 30 min wordt weergegeven en selecteer Opslaan. De pomp keert vervolgens terug naar het scherm Herzien. 7. Voer afbouwen in • Druk op om Afbouwen te markeren. Als de getoonde waarde juist is, selecteert u Accept. waarde en gaat u naar stap 8. Als de getoonde waarde niet juist is, drukt u op • Druk op tot de waarde 1 uur 30 min wordt weergegeven...
Pagina 75
APer ToeDieningsmoDus 9. Controleer de plateausnelheid • De plateausnelheid is een berekende waarde en kan niet worden bewerkt. 10. Voer de KVO-snelheid in • Druk op om KVO-snelheid te markeren. Als de getoonde waarde juist is, selecteert u Accept. waarde en gaat u naar stap 11. Als de waarde niet juist is, drukt u op • Druk op tot de waarde 0 mL/uur wordt weergegeven en selecteer Opslaan.
APer ToeDieningsmoDus 12. Accepteer de waarden • Als er nog geen waarden zijn geaccepteerd, drukt u op om elke instelling te markeren en selecteert u Accept. waarde als de instelling juist is. Er verschijnt een groen vinkje naast elke geaccepteerde waarde. • Nadat u klaar bent met de controle, selecteert u Volgende. 13. Bereid de pomp voor de patiënt voor • V olg de instructies voor het bevestigen van een cassette, primen en aansluiten van de pomp bij de patiënt in De pomp bedienen op pagina 78.
APer ToeDieningsmoDus De pomp stoppen en opnieuw starten tijdens een infusie Als u de pomp stopt voordat een taper-infusie volledig is toegediend, kunt u de infusie opnieuw starten vanaf het punt waar de toediening stopte, of de infusie resetten. Wanneer u op stop/start drukt, verschijnt een scherm met het bericht 'Infusie onderbroken vóór voltooiing.
CADD -Solis VIP ambulante infuuspomp. Opmerking: Smiths Medical raadt af om nieuwe en gebruikte batterijen door elkaar te gebruiken, omdat dit de tijd kan beïnvloeden voordat er een waarschuwing wordt weergegeven dat de batterijen bijna leeg zijn.
e PomP beDienen De batterijen of de batterij plaatsen 1. Zorg dat de pomp is stopgezet en uitgeschakeld. Draai met uw vingers, de pompsleutel of een muntstuk de knop op het batterijklepje naar links om het batterijklepje te openen. 2. Houd de pomp schuin en plaats 4 AA-batterijen in de pomp;...
-Solis VIP ambulante infuussysteem. Let op strepen of op zwarte of witte pixels die wijzen op een defect scherm. Als u ziet dat het scherm niet goed functioneert, mag u de pomp niet gebruiken en moet u contact opnemen met de klantenservice van Smiths Medical. •...
e PomP beDienen Cassettes ™ ® De cassette is het deel van het CADD -medicatiecassettereservoir of van de CADD -toedieningsset dat ™ wordt bevestigd wordt aan de onderzijde van de pomp. U kunt een CADD -medicatiecassettereservoir ® ® in combinatie met een CADD -uitbreidingsset, of een CADD -toedieningsset met de pomp gebruiken.
e PomP beDienen Een cassette bevestigen ™ ® Zorg voor een nieuw, gevuld CADD -medicatiecassettereservoir of een CADD -toedieningsset bevestigd aan een flexibele infuuszak. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het product voor informatie over de voorbereiding van het product voor gebruik. WAARSCHUWING: Maak de cassette goed vast.
Pagina 83
Als het u bij de tweede poging ook niet lukt, mag u de pomp niet gebruiken. Neem contact op met de klantenservice van Smiths Medical voor assistentie. 6. Controleer of de cassette goed is bevestigd. Als u van links naar rechts kijkt, moet de bovenkant van de cassette helemaal recht zijn uitgelijnd met de onderkant van de pomp en goed zijn bevestigd.
e PomP beDienen Prime lijn Wanneer u het vloeistofpad primet, wordt de neerwaartse lijn van de pomp met vloeistof gevuld, waarmee alle luchtbellen worden verwijderd. Prime de lijn voordat u deze aansluit op de infuusset van de patiënt of op een verblijfskatheter. Vloeistof die wordt toegediend via priming wordt onttrokken aan het reservoirvolume, maar wordt niet toegevoegd aan de afgegeven hoeveelheid, omdat deze vloeistof niet aan de patiënt wordt toegediend.
e PomP beDienen Lijn primen, geen cassette vervangen 1. Stop de pomp als deze loopt. 2. Druk in het menu Taken (zie pagina 89) op totdat Prime lijn is gemarkeerd en druk vervolgens op 3. Ontgrendel het toetsenbord, indien vereist. 4.
e PomP beDienen De pomp starten Infusie begint wanneer de pomp is gestart. Wanneer de pomp loopt, verschijnt 'Loopt' in de statusbalk, is het diagram op het Home-scherm groen en knippert het groene indicatielampje. Als de pomp niet start, wordt er een bericht weergeven op het scherm. Zie Alarmen en berichten, alfabetische lijst op pagina 113. Opmerking: Voordat u de pomp start, dient u te controleren of de lijn is geprimed en of de pomp op de katheter is aangesloten volgens de richtlijnen van uw instelling.
e PomP beDienen De pomp stoppen Als de pomp stopt, wordt de toediening gestopt. Wanneer de pomp wordt gestopt, wordt 'Gestopt' rood gemarkeerd weergegeven op de statusbalk, knippert het oranje indicatielampje en is het groene indicatielampje uit. 1. Druk op stop/start Bij een PCA-protocol verschijnt 'PCA-dosis stoppen?' indien er een PCA-dosis wordt verwerkt.
e PomP beDienen Reservoirvolume resetten Met de instelling van het reservoirvolume wordt de hoeveelheid vloeistof in het reservoir aangegeven. Nadat deze waarde is ingesteld, houdt de pomp bij hoeveel vloeistof er is toegediend en wordt het reservoirvolume overeenkomstig aangepast. WAARSCHUWING: Houd rekening met de toedieningsnauwkeurigheid van ± 6% van het systeem wanneer u de pomp programmeert en/of het reservoir vult.
Aken en geAvAnceerDe TAken Taken en geavanceerde taken Overzicht menu Taken Het menu Taken bevat de meeste bedieningsfuncties van de pomp. Sommige van de items in het menu Taken zijn beschermd met verschillende beveiligingsniveaus. Ga voor meer informatie over beveiligingscodes naar Beveiligingsinstellingen op pagina 18.
Aken en geAvAnceerDe TAken Scherm- en geluidsinstellingen In het menu Scherm- en geluidsinstellingen kunt u verschillende functies aanpassen zoals de intensiteit van de achtergrondverlichting van het beeldscherm, alarmvolumes, geluidsthema's, toetstonen en getalnotaties. Deze wijziging geldt alleen voor het huidige protocol en blijft van kracht tot de taak Start nieuwe patiënt of Start nieuw protocol, zelfde patiënt wordt geselecteerd.
Aken en geAvAnceerDe TAken Geluidsthema Met de instelling Geluidsthema kunt u kiezen uit 3 verschillende geluidsthema's voor de alarm- en pieptonen die de pomp maakt. De 3 thema's zijn Standaard, Krachtig en Distinctief. Het menu biedt de mogelijkheid een voorbeeld van de geluidsthema's te beluisteren. De alarm- en pieptonen die het geluidsthema gebruiken zijn: •...
Aken en geAvAnceerDe TAken Toetstonen aan/uit Met de optie Toetstonen aan/uit kunt u de pieptoon uitschakelen die u hoort als u op een toets drukt. Deze functie schakelt niet de akoestische alarmen uit die bij alarm- of waarschuwingscondities van de pomp horen.
Aken en geAvAnceerDe TAken Tijd en datum Met de instelling Wijzig tijd en datum kunt u de tijd en datum bewerken en de gewenste tijd- en datumnotatie selecteren. De tijd- en datumopties moeten worden ingesteld op de huidige tijd en datum. De klok wordt van stroom voorzien door een aparte inwendige batterij.
Aken en geAvAnceerDe TAken Huidige datum Stel de huidige datum als volgt in: 1. Druk in het menu Stel tijd en datum in om Huidige datum te markeren en druk op S. 2. Druk op om de juiste maand te selecteren en druk vervolgens op S om naar de daginstelling te gaan.
Aken en geAvAnceerDe TAken Datumnotatie Met de optie Datumnotatie kunt u 1 van de 3 notaties kiezen voor het aangeven van dag, maand en jaar. De beschikbare notaties zijn als volgt: • Maand/dag/jaar • Dag/maand/jaar • Jaar/maand/dag De datumnotatie kunt u als volgt instellen: 1.
Aken en geAvAnceerDe TAken Rapporten Het scherm Rapporten wordt gebruikt om een reeks functies te bekijken in verband met rapporten en bijhouden van rapporten. De beschikbare rapporten zijn: • Totaal toegediend (niet beschikbaar voor PCA-therapieën) • Dosistellers voor toegediend en PCA (alleen PCA-therapieën) •...
Aken en geAvAnceerDe TAken Dosistellers voor toegediend en PCA Opmerking: Dit rapport is alleen van toepassing op PCA-therapieën. Raadpleeg Totaal toegediend op pagina 96 voor rapporten die specifiek zijn voor andere rapporten dan PCA-rapporten. Dit rapport toont de totale hoeveelheid toegediende medicatie en het aantal toegediende en geprobeerde PCA-doses sinds de aangegeven datum en tijd.
Aken en geAvAnceerDe TAken Toedieningshistorie en cirkeldiagram De toedieningshistorie en het cirkeldiagram vormen een diagramweergave van de totale medicatie die is toegediend in een bepaalde periode of sinds de start van een nieuwe patiënt of van een nieuw protocol. De toedieningshistorie wordt weergegeven in eenheden voor het huidige protocol. De tijdsperiode kan aangepast worden in verschillende tijdsintervallen, van 30 minuten tot 7 dagen.
Aken en geAvAnceerDe TAken Eventlog De pomp registreert het tijdstip en de datum van elke event en somt de events in volgorde op met de meest recente event onderaan het scherm, voor de laatste 5000 events. De informatie in het eventlog omvat maar is niet beperkt tot het volgende: •...
Aken en geAvAnceerDe TAken Overzicht menu Geavanceerde taken ® De meeste pompinstellingen worden geconfigureerd door een CADD -Solis systeemadministrator. De protocolbibliotheken (die bestaan uit verschillende therapieën, kwalificaties en medicatie) worden ™ samengesteld met behulp van de CADD -Solis Medication Safety Software. Met het menu Geavanceerde ®...
Aken en geAvAnceerDe TAken Patiënttoestemmingen Er worden beveiligingsniveaus gebruikt om ongeautoriseerde toegang tot bepaalde programmeer- en bedieningsfuncties te beperken. In sommige gevallen kunnen de standaard fabrieksinstellingen worden gewijzigd om patiënten aanvullende toegang tot pompfuncties te verlenen. Wijzig de beveiligingsinstellingen niet zonder de juiste training aan patiënten te geven. Met de taak Patiënttoestemmingen kunt u de toegang van een patiënt tot twee specifieke taken regelen: primen en instellen van een uitgestelde start.
Aken en geAvAnceerDe TAken Beveiliging uitgestelde start aan/uit Als u deze waarde instelt op 'uit' kunnen patiënten uitgestelde starts instellen (en starttijden volgende dosis voor Intermitterende therapieën wijzigen) zonder dat ze een beveiligingscode hoeven in te voeren. Procedure voor het instellen van patiënttoestemmingen voor beveiliging uitgestelde start: 1.
Aken en geAvAnceerDe TAken Lucht- en occlusie-instellingen Druk in het menu Geavanceerde taken op om Lucht- en occlusie-instellingen te markeren en druk op S. Luchtdetector aan/uit De pomp heeft een ingebouwde luchtdetector. De pomp kan worden aangepast voor het gebruik van de luchtdetector.
Aken en geAvAnceerDe TAken Gevoeligheid luchtdetector Opmerking: Als de luchtdetector is ingesteld op 'uit', verschijnt deze functie niet in het menu. Als de luchtdetector is ingesteld op 'aan', kunt u met de optie Gevoeligheid luchtdetector aangeven hoe gevoelig de pomp moet reageren op de aanwezigheid van luchtbellen in de lijn. U kunt de gevoeligheid van de pomp op hoog of laag instellen.
Aken en geAvAnceerDe TAken Gevoeligheid neerwaartse sensor Een neerwaartse occlusie is een verstopping in de lijn tussen de pomp en de patiënt. De pomp heeft een sensor die controleert of er sprake is van een neerwaartse occlusie. Met de instelling Gevoeligheid neerwaartse sensor kunt u een hoge of lage respons op drukstijging in de neerwaartse lijn specificeren. Wanneer een neerwaartse occlusie wordt gedetecteerd, klinkt er een alarmsignaal, stopt de toediening en wordt op het scherm 'Hoge druk' weergegeven.
Aken en geAvAnceerDe TAken Alarminstellingen U kunt de verschillende alarminstellingen aanpassen via de taak Alarminstellingen in het menu Geavanceerde taken. Bij deze bewerkbare instellingen kunt u bijvoorbeeld kiezen of een bepaald alarm al dan niet moet worden ingeschakeld, welk type alarm u wilt gebruiken en op welk moment het alarm moet overgaan.
Aken en geAvAnceerDe TAken Uitschakelpunt Reservoir laag Met de functie Uitschakelpunt reservoir laag kunt u de pomp zo instellen dat een alarm wordt gegeven als het reservoirvolume een bepaald niveau bereikt. Voor dit niveau kan een waarde van 0 tot 999 mL worden geprogrammeerd, in stappen van 1 mL.
Aken en geAvAnceerDe TAken Alarmtype Reservoir leeg Met de optie Alarmtype Reservoir leeg kunt u kiezen uit twee alarmtypen voor als het reservoir leeg is: Eenmalig: Bij een alarm Reservoir leeg moet u dat alarm met een druk op een knop bevestigen of het op Stil zetten.
Aken en geAvAnceerDe TAken PO-herinnering De PO-herinnering verschijnt alleen als optie als PO-herinnering aan/uit is ingeschakeld. Met de PO-herinnering kunt u de gewenste periode (1 tot 24 maanden) tussen de herinneringen voor preventief onderhoud instellen. Procedure voor het instellen van het PO-interval direct na het inschakelen van de instelling PO-herinnering aan/uit: 1.
Aken en geAvAnceerDe TAken Terug naar fabrieksinstellingen Met Terug naar fabrieksinstellingen kunt u de protocolbibliotheek en pompinstellingen wissen en terugkeren naar de standaard fabrieksinstellingen van de pomp. Opmerking: Als de pomp wordt teruggezet naar de fabrieksinstellingen, wordt alle informatie uit de protocolbibliotheek gewist.
Als er een systeemstoring optreedt, moet deze worden gemeld aan de klantenservice van Smiths Medical of aan Smiths Medical International Ltd. Om dit alarm op te heffen, schakelt u de stroom van de pomp uit door het Alarm Systeemstoring batterijklepje te openen en, indien nodig, de netvoeding los te koppelen.
erwijzingen en ProbleemoPlossing Alarm lage prioriteit Een alarm met lage prioriteit stopt de pomp niet als deze loopt. Het alarm gaat gepaard met een blauw scherm en houdt 5 seconden aan tenzij het bevestigd wordt via een toets of tenzij de toestand die het alarm veroorzaakt, verdwijnt voordat er 5 seconden verstreken zijn.
erwijzingen en ProbleemoPlossing Problemen oplossen Probleem Mogelijke oplossing Er klinkt continu een De toediening is gestopt. Lees het bericht op het scherm en raadpleeg de tweetonig alarm en het oranje lijst van berichten in onderstaande tabel. Als het scherm leeg is of indicatielampje brandt willekeurige tekens bevat, kunnen de 4 AA-batterijen of de herlaadbare of knippert.
Pagina 114
erwijzingen en ProbleemoPlossing Prioriteit Alarm / Bericht Beschrijving / Corrigerende maatregel alarm Batterij verwijderd. Gemiddeld De pomp is gestopt en de herlaadbare batterij of de 4 AA-batterijen Pomp loopt niet. zijn verwijderd. De pomp krijgt nog stroom via de AC-adapter. Selecteer Bevestigen om het alarm op te heffen.
Pagina 115
erwijzingen en ProbleemoPlossing Prioriteit Alarm / Bericht Beschrijving / Corrigerende maatregel alarm Er is een instelling Gemiddeld Een parameter is handmatig bewerkt maar niet opgeslagen en de pomp bewerkt maar niet ging terug naar het Home-scherm. Selecteer Bevestigen om het alarm opgeslagen;...
Pagina 116
erwijzingen en ProbleemoPlossing Prioriteit Alarm / Bericht Beschrijving / Corrigerende maatregel alarm Kan pomp niet starten Gemiddeld Het reservoirvolume van de pomp is ingesteld op nul. Selecteer met reservoirvolume Bevestigen om het alarm op te heffen. Bewerk of reset het op nul.
Pagina 117
erwijzingen en ProbleemoPlossing Prioriteit Alarm / Bericht Beschrijving / Corrigerende maatregel alarm Onbruikbare batterij. Hoog De geïnstalleerde batterijen zijn ofwel het verkeerde type AA-batterijen Pomp loopt niet. of de herlaadbare batterij is niet compatibel met de pomp. Selecteer Bevestigen om het alarm op te heffen. Gebruik de batterij(en) niet meer.
Pagina 118
erwijzingen en ProbleemoPlossing Prioriteit Alarm / Bericht Beschrijving / Corrigerende maatregel alarm Reservoirvolume laag. Gemiddeld Gemiddeld: Het geprogrammeerde uitschakelpunt van het reservoirvolume is bereikt, wat aangeeft dat het vloeistofniveau in Laag het reservoir laag is. Selecteer Bevestigen om het alarm op te heffen. Laag: Het geprogrammeerde uitschakelpunt van het reservoirvolume is bereikt, wat aangeeft dat het vloeistofniveau in het reservoir laag is.
Pagina 119
erwijzingen en ProbleemoPlossing Prioriteit Alarm / Bericht Beschrijving / Corrigerende maatregel alarm Toets vast. Maak Hoog Er kan een toets ingedrukt vast zitten. De pomp is gestopt en wil niet toets los of verwijder meer lopen. Controleer of er niets op een van de toetsen drukt. stroom.
erwijzingen en ProbleemoPlossing Reinigen van de pomp en accessoires Opmerking: Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van elk accessoire alvorens het te reinigen. De volgende schoonmaakmiddelen kunnen worden gebruikt voor het schoonmaken van de pomp en accessoires, tenzij anders aangegeven: • • Zeepsop Chloorhexidinegluconaat (4%) •...
erwijzingen en ProbleemoPlossing Normen die zijn gehanteerd bij het ontwikkelen van de pomp De volgende normen zijn geheel of gedeeltelijk toegepast bij het ontwikkelen van de pomp. Medische elektrische apparatuur EN 60601-1 (1990), Medical Electrical Equipment, Part I: General Requirements for Safety. Amendment A1 (1993) Amendment A13 (1996) Amendment A2 (1995).
erwijzingen en ProbleemoPlossing Instellingsbereiken PCA-toedieningsmodus Instellingsbereiken voor de continue PCA-snelheid Eenheden Beginwaarde Stappen Maximum Milliliter 0,10 100,00 Alleen 10% van Waarden tussen 0,01 en 0,5: 0,01 Concentratie x 100 milligram concentratie Concentratie x 100 Alleen 10% van Waarden tussen 0,1 en 0,5: microgram concentratie Milligram...
erwijzingen en ProbleemoPlossing Specificaties (nominaal) Algemene pompspecificaties Gebruikt voor het • ™ -medicatiecassettereservoirs, < 21-7002 CADD testen van de pomp • ® -uitbreidingssets, < 21-7045 CADD • ® -toedieningssets, < 21-7091 CADD • ® -toedieningssets voor hoog volume, < 21-7055 CADD Resolutie •...
Pagina 125
erwijzingen en ProbleemoPlossing Levensduur alka- Deze schattingen zijn gebaseerd op laboratoriumtests die zijn uitgevoerd bij kamertemperatuur en met nieuwe batterijen. De werkelijke levensduur van linebatterij met de batterij hangt af van batterijmerk, opslag, temperatuuromstandigheden, intensiteit van ach- toedieningssnelheid en frequentie van display- en achtergrondverlichting. Het tergrondverlichting verdient aanbeveling nieuwe batterijen ter vervanging voorhanden te houden.
Pagina 126
erwijzingen en ProbleemoPlossing Deze schattingen zijn gebaseerd op laboratoriumtests die zijn uitgevoerd bij ® Levensduur CADD ® kamertemperatuur en met een nieuwe CADD -Solis herlaadbare batterij. De Solis herlaadbare werkelijke levensduur van de batterij hangt af temperatuuromstandigheden, batterij met inten- toedieningssnelheid en frequentie van display- en achtergrondverlichting.
Pagina 127
erwijzingen en ProbleemoPlossing Maximale tijd tot Maximale tijd Bolus bij occlusiealarm en tot occlusie occlusie Bolusvolume bij Snelheid Onbewerkte Spec. Onbewerkte Spec. Lijnset occlusiealarm (mL/uur) testgege- testgege- vens vens (min) (min) (mL) (mL) CADD™- medicatiecassettereservoir ≤160 0,107 ≤0,25 < 21-7002 met CADD®- uitbreidingsset <...
Pagina 128
erwijzingen en ProbleemoPlossing Toedieningsnauw- ± 6% (nominaal). Bij een lage infusiesnelheid zal gedurende korte perioden deze nauwkeurigheid misschien niet worden behaald. Over de totale keurigheid systeem infusietijd wordt de gemiddelde nauwkeurigheid echter behaald. WAARSCHUWING: • Zorg ervoor dat er rekening wordt gehouden met de ±...
erwijzingen en ProbleemoPlossing Toedieningsspecificaties Algemene toedieningsspecificaties Reservoirvolume 0 tot 9999 Programmeerbaar in stappen van 1 mL. Weergegeven in stappen van 0,1 mL. Toegediend 0 tot 99.999,99 in stappen van 0,01 eenheden Uitschakelpunt 1 tot 999 mL in stappen van 1 mL reservoir laag •...
erwijzingen en ProbleemoPlossing Specificaties voor PCA-toediening Programmeereenheden Bij programmeren in de handmatige modus. In alle andere gevallen worden de programmeereenheden vooraf ingesteld met behulp van ™ de CADD -Solis Medication Safety Software. • Milliliter (mL) • Milligram (mg) • Microgram (mcg) Concentratie mg/mL: •...
erwijzingen en ProbleemoPlossing Specificaties voor stap-toediening Beginsnelheid 0,4 tot 499 mL/uur Plateausnelheid 0,4 tot 500 mL/uur Snelheidsverhoging 0,4 tot 499 mL/uur Infusievolume 1 tot 9990 mL Stapduur 15 min tot 24 uur KVO-snelheid 0 tot 10 mL/uur • Waarschuwingen voor stap-infusie • Specificaties voor taper-toediening Infusievolume 1 tot 9990 mL Ophogen...
erwijzingen en ProbleemoPlossing Verklaringen aangaande elektromagnetische emissies en immuniteit Advies en verklaring van de fabrikant - Elektromagnetische emissies ® De CADD -Solis-pomp is ontworpen voor gebruik binnen de elektromagnetische omgeving die hieronder wordt ® aangegeven. De klant of gebruiker van de CADD -Solis-pomp dient ervoor te zorgen dat deze in een dergelijke omgeving wordt gebruikt.
Pagina 134
erwijzingen en ProbleemoPlossing Spanningsdalingen, <5% Ut (>95% dip in Ut) <5% Ut (>95% dip in Ut) De kwaliteit van de netspanning dient de korte onderbrekingen gedurende 0,5 cyclus gedurende 0,5 cyclus normale kwaliteit voor een bedrijfs- of en spanningsfluctuaties ziekenhuisomgeving te zijn. Indien de 40% Ut (60% dip in Ut) 40% Ut (60% dip in Ut) in de voedingslijnen...
erwijzingen en ProbleemoPlossing Aanbevolen scheidingsafstanden tussen draagbare en mobiele RF- communicatieapparatuur en de CADD®-Solis-pomp ® De CADD -Solis-pomp is bedoeld voor gebruik in een elektromagnetische omgeving waarin de uitgestraalde radiofrequente ® storing beheersbaar is. De klant of gebruiker van de CADD -Solis-pomp kan elektromagnetische storing helpen voorkomen door de onderstaande geadviseerde minimale afstand aan te houden tussen draagbare en mobiele radiofrequente ®...
erwijzingen en ProbleemoPlossing Menu-overzichten Menu Taken Taken Reset reservoirvolume Nu afbouwen (alleen taper) Uitgestelde start instellen (niet intermitterend) Starttijd volgende dosis instellen (alleen intermitterend) Prime lijn Bekijk toedien. instelling Scherm- en geluidsinstellingen Wijzig tijd en datum Bekijk rapporten Bekijk geavanceerde taken Toedieningsinstellingen Continu Intermitterend...
Pagina 137
erwijzingen en ProbleemoPlossing Rapporten Tot. toegediend (niet PCA) Dosistellers voor toegediend en PCA (alleen PCA) Grafiek PCA-dosis (alleen PCA) Toedien.historie en cirkeldiagram Toedieningslog Eventlog Samenvatting protocolbibl. Toestel info. Geavanceerde taken Verlagen (alleen stap) Opvoeren (alleen stap) Geef klinische bolus (alleen PCA) Patiënttoestemmingen Lucht- en occlusie-instellingen Alarminstellingen...
erwijzingen en ProbleemoPlossing Standaardfabrieksinstellingen Als u de pomp voor de eerste keer gebruikt, is het protocol ingesteld op de standaardfabrieksinstellingen. Dit is de Continue-modus. U kunt de pomp op elk gewenst moment terugzetten naar de standaard fabrieksinstellingen (zie Terug naar fabrieksinstellingen op pagina 110). Standaardfabrieksinstellingen pomp (Continue-modus) Submenu Standaardinstelling...
erwijzingen en ProbleemoPlossing Resultaten van nauwkeurigheidstest Zoals bij alle infuuspompen veroorzaken ook bij dit apparaat de bewegingen van het pompmechanisme en de variaties in individuele disposables kortdurende schommelingen in de nauwkeurigheid van de stroomsnelheid. De volgende curves geven de typische prestaties van het pompsysteem op twee manieren weer: 1.
erwijzingen en ProbleemoPlossing Trompetcurve in T(2)-periode Lage snelheid (10 mL/hr) 2,25 Ep max 2,00 Ep min 1,75 1,50 1,25 1,00 0,75 0,50 T (min) 0,25 0,00 Observatie-interval Gemiddelde snelheid (150 mL/hr) Ep max 4,78% totaal % fout Ep min Observatie-interval T (min)
B. Garantieprocedure: Het betreffende defect moet als volgt schriftelijk of telefonisch aan de fabrikant te worden gemeld: Customer Service Department, Smiths Medical ASD, Inc., 1265 Grey Fox Road, St. Paul, MN 55112, (800) 258-5361 (VS, Canada) of Smiths Medical International Ltd. TN25 4BF, UK, +44 (0) 1233 722100.
Pagina 148
nDex Programmeerschermen Stapduur 60 Continue-therapie 47 Stap-therapie 59 Intermitterende therapie 52 Beginsnelheid 60 PCA-therapie 38 Elke infusie starten 67 Stap-therapie 60 Home-scherm 59 Taper-therapie 70 Infusieduur 61 Programmeervoorbeelden Infusievolume 60 Continue-therapie 48 KVO-snelheid 61 Intermitterende therapie 53 Opvoeren 67 PCA-therapie 39 Plateausnelheid 60 Stap-therapie 62 Pomp opnieuw starten tijdens een infusie 67...
Pagina 149
nDex Tijd en datum 93 Alarm 90 24-uursklok 123 Reservoir 39 Datumnotatie 95 Voorbeelden Zie Programmeervoorbeelden Huidige datum 94 Huidige tijd 16 Tijdnotatie 94 Zomertijd 95 Waarschuwingen 3 Toedieningshistorie en cirkeldiagram 98 Toedieningsinstellingen 34 Afbouwen 70 Beginsnelheid 60 Zachte toedieningslimieten 33 Bekijk toedien.
Pagina 150
Smiths Medical International Ltd. TN25 4BF, UK +44 (0) 1233 722100 CADD-Solis, CADD en het CADD ontwerpmerk en het Smiths Medical ontwerpmerk zijn handelsmerken van Smiths Medical. ® Het symbool geeft aan dat het handelsmerk bij het Amerikaanse patenten- en handelsmerkenkantoor en in bepaalde andere landen gedeponeerd is Alle andere genoemde namen en merken zijn de handelsnamen, handelsmerken of dienstmerken van de respectieve eigenaren.