Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Factoren Die Bijdragen Aan Onzekerheid Van De Weergave; Gerelateerde Begeleidende Documenten - FujiFilm SonoSite M-Turbo Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Factoren die bijdragen aan onzekerheid van de weergave

De netto onzekerheid van de weergegeven indices wordt afgeleid door de gekwantificeerde
onzekerheid uit drie bronnen te combineren: meetonzekerheid, systeem- en
transducersvariabiliteit en gemaakte engineering-aannames en -schattingen bij het berekenen
van de weergegeven waarden.
Meetfouten van de akoestische parameters bij het opnemen van referentiegegevens zijn de
grootste foutenbron die bijdraagt aan de onzekerheid van de weergave. De meetfout wordt
beschreven in
"Nauwkeurigheid en onzekerheid van akoestische metingen"
op pagina 176.
De weergegeven MI- en TI-waarden zijn gebaseerd op berekeningen die een set metingen van
akoestisch vermogen gebruiken, die zijn gemaakt met een ultrasoon systeem met één referentie
en een transducer met één referentie die representatief is voor de populatie van transducers van
dat type. Het referentiesysteem en de referentietransducer worden gekozen uit een
monsterpopulatie van systemen en transducers uit eerdere productie-eenheden en worden
geselecteerd op basis van een akoestisch vermogen dat representatief is van het nominale
verwachte akoestische vermogen voor alle transducer-systeemcombinaties die kunnen
optreden. Elke transducer-systeemcombinatie heeft natuurlijk zijn eigen unieke karakteristieke
akoestische vermogen en dit komt niet overeen met het nominale vermogen waarop de
weergegeven schattingen zijn gebaseerd. Deze variabiliteit tussen systemen en transducers
introduceert een fout in de weergegeven waarde. Door bemonsteringstests van de akoestische
weergave tijdens productie, wordt de mate van fout die door de variabiliteit wordt
geïntroduceerd, beperkt. De bemonsteringstests garanderen dat het akoestische vermogen van
transducers en systemen die worden gefabriceerd binnen een gespecificeerd bereik van het
nominale akoestische vermogen blijven.
Een andere bron van fouten zijn de aannames en schattingen die worden gedaan bij het
afleiden van schattingen voor de weergegeven indices. De belangrijkste van deze aannames is
dat het akoestische vermogen, en dus de afgeleide weergegeven indices, lineair verband
houden met de overdrachtsaandrijfspanning van de transducer. In het algemeen is deze
veronderstelling zeer goed, maar niet exact. Een fout in de weergave kan daarom worden
toegeschreven aan de aanname van de lineariteit van spanning.

Gerelateerde begeleidende documenten

Information for Manufacturers Seeking Marketing Clearance of Diagnostic Ultrasound
Systems and Transducers, FDA, 1997.
Medical Ultrasound Safety, American Institute of Ultrasound in Medicine (AIUM), 1994. (Met
elk systeem wordt een kopie meegeleverd.)
Acoustic Output Measurement Standard for Diagnostic Ultrasound Equipment, NEMA
UD2-2004.
Acoustic Output Measurement and Labeling Standard for Diagnostic Ultrasound Equipment,
American Institute of Ultrasound in Medicine, 1993.
Standard for Real-Time Display of Thermal and Mechanical Acoustic Output Indices on
Diagnostic Ultrasound Equipment, NEMA UD3-2004.
Guidance on the interpretation of TI and MI to be used to inform the operator, Annex HH,
BS EN 60601-2-37 reprinted at P05699.
132

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave