Het magnetronvermogen eerder te laag dan te hoog
instellen. Zo bereikt u een gelijkmatig dooiresuitaat.
Als het magnetronvermogen te hoag ingesteld is,
wordt het opperviak van het voedsel reeds gaar, terwil
het binnenste gedeelte nog bevroren is.
Omdraaien/roeren
Vrijwel alle gerechten moeten at en toe een keer
worden omgedraaid of geroerd. Delen, die aan elkaar
vasizitten, Zo spoedig mogelijk van elkaar scheiden en
anders rangschikken. 1Kleinere hoeveelheden
ontdooien gelijkmatiger en sneller dan grote. Wij
adviseren daarom zo klein mogelijke porties in te
vriezen. Zo kunt u snel en gemakkelijk hele menu's
samenstellen. Gevoelige gerechten, zoals taart,
slagroom, kaas en brood, niet geheel ontdooien, maar
slechts voordooien en op kamertemperatuur verder
laten ontdooien. Daardoor voorkomt u dat de buitenste
gedeelten reeds te hee? worden, terwijl de binnenste
nog bevroren zijn. De standtijd na het ontdooien van
voedsel is zeer belangrijk, omdat de dooiprocedure
gedurende deze tijd wordt voortgezet. In de dooitabel
vindt u de standtijd voor verschillende gerechten. Dikke,
compacte gerechten hebben een langere standtijd
nodig dan vlakke of gerechten met een poreuze
structuur. Als het voedsel niet voldoende ontdooid is,
kunt u het verder ontdooien in de magnetron of de
standtijd dienovereenkomstig verlengen. Gerechten
na de standtijd bij voorkeur onmiddellijk verder
verwerken en niet opnieuw invriezen.
HET KOKEN VAN VERSE GROENTEN
@ Let bij het kopen van groenten op, dat de stukken
zoveel mogelijk van gelijke grootte zijn. Dit is
vooral van belang, wanneer u de groenten heel
wilt koken (bijv. ongeschilde aardappelen}.
Groenten voor de bereiding wassen, panklaar
maken en pas dan de vereiste hoeveelheid voor
het recept afwegen en snijden.
Kruidt zoals normaal, maar voeg in het algemeen
pas na het koken zout toe,
Per 500 gr. groenten ca. 5 EL water toevoegen.
Groenten die rijk aan vezels zijn, hebben wat
meer water nodig. De nodige gegevens hierover
vindt u in de tabel (biz.75).
Groenten worden in het algemeen in een schaal met
deksel gekookd. Vloeistofrijke groenten, zoals bijv. vien
of geschilde aardappelen, kunnen zonder toevoeging
van water in magnetronfolie worden gekookd.
Groenten na de he!ft van de kooktijd roeren of
omdracien.
72
@ Na het koken dient u de groenten ca. 2 min. te
laten staan,zodat de temperatuur zich gelijkmatig
verspreid (standltijd).
@ De vermelde kooktijden zijn richtlijnen en zijn
afhankelijk van gewicht, vitgangstemperatuur en
hoedanigheid van de groenten. Hoe verser de
groenten, des te korter zijn de kooktijden.
HET KOKEN VAN VLEES, VIS EN GEVOGELT:
@ Let bij het kopen van vlees op, dat de stukken
zoveel mogelijk van gelijke grootte zijn. Op die
manier krijgt u een goed kookresulfaat.
Vlees, vis en gevogelte voor de bereiding grondig
wassen onder stromend koud water en met
keukenpapier betten. Daarna zoals normaal
verder werken.
Rundsviees dient goed behangen te zijn en weinic
pezen te bevatten.
Ondanks de gelijkmatige grootte van de
vieesstukken kan het kookresultaat verschillend zijn
Dit hangt onder andere af van het soort viees, van
het verschillende vet- en vloeistofgehalte alsmede
van de temperatuur van het viees voor het koken.
Vanaf een kooktijd van 15 min. verkrijgt men een
natuurlijke bruinering, die door de toepassing van
bruineringsmiddelen nog kan worden versterkt. Or
daarnaast een knapperig opperviak te verkrijgen,
dient u bruineringsserviesgoed te gebruiken of het
voedsel op het fornuis aan te braden en in de
magnetron te laten gaar sudderen. Op die manier
verkrijgt u tegelijkertijd een bruine substantie voor
de toebereiding van de saus.
Grotere viees-, vis- en gevogeltestukken na de
halve kooktijd draaien, zodat ze van alle kanten
gelijkmatig gaar worden.
Bedek uw braadviees na het koken met
aluminiumfolie en lact het ca. 10 min. rusten
(standtijd). Gedurende deze tijd kookt het braadvlee:
na en de vloeistof wordt gelijkmatig verdeeld, zoda
er bij het snijden minder vieessap verloren gaat.
ONTDOOIEN
EN KOKEN
VAN VOEDSEL
Diepvriesgerechten kunnen in de magnetron in één
keer worden ontdooid en tegelijkertijid worden
gekookd. In de tabel vindt u hiervan enkele
voorbeelden. Let u bovendien op de algemene
aanwijzingen bij "verwarmen" en "ontdooien" van
voedsel. Voor toebereiding van in de handel
gebruikelijke panklare diepvriesprodukten dient u zict
aan de gegevens van de fabrikant op de verpakking
te houden.