Pixel — Een enkel punt op een beeldscherm. Pixels worden in rijen en kolommen
gerangschikt zodat een beeld ontstaat. Grafische resoluties, zoals bijvoorbeeld
800 x 600, worden uitgedrukt als het aantal pixels van links naar rechts bi het aantal
pixels van boven naar beneden.
Plug-and-Play — Het vermogen van een computer om automatisch apparaten te
configureren. Plug-and-playfunctionaliteit maakt automatische installatie,
configuratie en compatibiliteit met bestaande hardware mogelijk als de BIOS, het
besturingssysteem en alle apparaten voldoen aan de vereisten voor plug-and-play.
POST — Power On Self Test — Diagnostische programma dat automatisch door de
BIOS wordt geladen en basiscontroles uitvoert voor de belangrijkste onderdelen van de
computer, zoals het geheugen, vaste schijven en de grafische kaart. Als er tijdens de
POST geen problemen worden gedetecteerd, zal de computer verder gaan met
opstarten.
Processor — Een computerchip die programmaopdrachten interpreteert en uitvoert.
De processor wordt soms ook wel de CPU genoemd (Central Processing Unit).
PS/2 — Personal System/2 — Een type aansluiting om een toetsenbord, muis of
toetsenblok op aan te sluiten die met PS/2-technologie compatibel is.
PXE — Pre-boot Execution Environment — Een WfM (Wired for Management)-
standaard die het mogelijk maakt om computers die onderdeel uitmaken van een
netwerk maar niet voorzien zijn van een besturingssysteem op afstand te configureren
en op te starten.
R
RAID — Redundant Array of Independent Disks — Een methode die
gegevensredundantie biedt. Veel voorkomende implementaties van RAID zijn onder
meer RAID 0, RAID 1, RAID 5, RAID 10 en RAID 50.
RAM — Random Access Memory — Het primaire opslaggebied voor
programmaopdrachten en -gegevens. Informatie die in het RAM-geheugen wordt
opgeslagen zal verloren gaan wanneer u de computer uitzet.
Resolutie — De scherpte en helderheid van een beeld dat door een printer wordt
geproduceerd of op een monitor wordt weergegeven. Hoe hoger de resolutie, hoe
scherper het beeld.
RFI — Radio Frequency Interference — Storing die wordt gegenereerd op typische
radiofrequenties in het bereik tussen 10 kHz en 100.000 MHz. Radiofrequenties
bevinden zich op het laagste niveau van het elektromagnetisch frequentiespectrum en
veroorzaken veel waarschijnlijker storing dan hogere frequenties zoals infrarood en
licht.
200
Verklarende woordenlijst