De optionele meetstaaf
gebruiken
Gebruik de meetstaaf
(Figuur
af te stellen. Raadpleeg de Gebruikershandleiding
van het maaidek voor de afstelprocedure.
Figuur 84
1. Hoogtelat
2. Stelschroef voor
maaihoogte
3. Moer
Maai-eenheden wetten
WAARSCHUWING
Contact met de maai-eenheden of andere
bewegende onderdelen kan lichamelijk letsel
veroorzaken.
• Houd uw vingers, handen en kleding uit
de buurt van de maai-eenheden en andere
bewegende onderdelen.
• Probeer de maaidekken nooit met uw
handen of voeten te draaien terwijl de
motor draait.
Opmerking:
Bij het wetten draaien alle maaidekken
samen.
1.
Parkeer de machine op een horizontaal
oppervlak, laat de maai-eenheden zakken, stel
de parkeerrem in werking, zet de motor af en
zet de activerings-/blokkeringsschakelaar in de
stand B
LOKKEREN
2.
Til het vloerpaneel op om toegang te krijgen tot
de bedieningselementen.
84) om de maai-eenheid
4. Gaten voor instelling van
de Groomer HOG
5. Ongebruikte opening
.
3.
Voer voor het wetten de eerste afstellingen
uit van het contact tussen messenkooi en
ondermes; raadpleeg de Gebruikershandleiding
van de maai-eenheid.
4.
Start de motor en laat deze op een laag
stationair toerental lopen.
GEVAAR
Wanneer u het toerental van de motor
tijdens het wetten verandert, kunnen de
maai-eenheden tot stilstand komen.
• Verander nooit het motortoerental
tijdens het wetten
• Wet uitsluitend als de motor stationair
loopt.
5.
Zet de toerentalregeling van de messenkooien
op stand 1
g004552
1. Wethendel
6.
Zet de wethendel in de achteruitstand (R)
(Figuur
85).
GEVAAR
Bewegende maai-eenheden aanraken
kan lichamelijke letsels veroorzaken.
Om lichamelijk letsel te voorkomen, dient
u buiten het bereik van de maai-eenheden
te zijn voordat u verdere werkzaamheden
uitvoert.
7.
Zet de maai-/hefhendel in de M
zet de activerings-/blokkeringsschakelaar op
59
(Figuur
85).
Figuur 85
2. Knop voor de
toerentalregeling van
de messenkooien
AAISTAND
g020248
en