1. Afstelling van messenkooi met 8 messen
2. Afstelling van messenkooi met 11 messen
4.
Om het toerental in te stellen, draait u aan de
knop
(Figuur
33) tot de wijzer de gewenste
instelling aangeeft.
Figuur 33
1. Knop voor de toerentalregeling van de messenkooien
Opmerking:
Het toerental van de
messenkooien kan worden verhoogd of verlaagd
om veranderingen in de gazonomstandigheden
te compenseren. Als u grasvangers gebruikt,
moet u het messenkooitoerental verhogen voor
betere grasvangprestaties.
Figuur 32
Model 03821
3. Lees de Gebruikershandleiding voor informatie over de
afstelling van de messenkooi.
Tegengewicht van de
hefarm afstellen
U kunt de tegendruk op de hefarmen van de achterste
maai-eenheden afstellen om de machine aan te
passen aan verschillende gazonomstandigheden en
ervoor te zorgen dat de maaihoogte constant blijft in
zware omstandigheden of op terrein waar een viltlaag
is ontstaan.
U kunt elke tegendrukveer instellen op 4 verschillende
standen. Elke stand verhoogt of verlaagt de tegendruk
op het maaidek met 2,3 kg ten opzichte van de vorige
stand. De veren kunnen op de achterkant van de
eerste actuator van de veer worden geplaatst om alle
tegendruk op te heffen (vierde stand).
1.
Parkeer de machine op een horizontaal
oppervlak, laat de maai-eenheden zakken, stel
de parkeerrem in werking, zet de motor af en
verwijder het sleuteltje uit de contactschakelaar.
g020259
2.
Steek een buis of gelijksoortig voorwerp op het
uiteinde van de lange veer om de spanning
op de veer tijdens de afstelling weg te nemen
(Figuur
34).
VOORZICHTIG
De veren staan onder spanning en
kunnen persoonlijk letsel veroorzaken.
Wees voorzichtig bij het afstellen.
29
decal133-4901