Machines met het optionele grasscherm
1. Borgmoer
2. Naaf en remtrommel
4.
Bevestig de wielnaaf aan de as met de borgmoer
(Figuur 74
of
Figuur
aan.
Opmerking:
De remschoenen en steunplaat
moeten concentrisch uitgelijnd worden met
de remtrommel. Als de schoenen, de plaat
en de trommel fout uitgelijnd zijn, moet u
de Onderhoudshandleiding van uw machine
raadplegen.
5.
Herhaal stap
1
tot en met
van de machine.
Het wiel monteren
1.
Monteer het wiel aan de naaf met de 4
wielmoeren
(Figuur
met de hand vast.
1. Wielmoer
2. Wiel
2.
Herhaal stap
1
aan de andere kant van de
machine.
Figuur 75
3. As van wielmotor
75) en draai met de hand
4
aan de andere kant
76) en draai de wielmoeren
Figuur 76
3. Naaf
3.
Verwijder de assteunen en breng de machine
omlaag.
4.
Draai de wielmoeren kruislings aan met 95 tot
122 N∙m.
5.
Draai de borgmoer vast met een torsie van 339
tot 372 N·m.
6.
Controleer de parkeerrem en stel deze indien
nodig af; raadpleeg
(bladz.
24).
g332520
g332518
53
De parkeerrem controleren