Instellingen voor de scherpstelling kiezen
Programmakeuzeknop
Tijdens het maken van opnamen kunt u
verschillende instellingen voor de scherpstelling
gebruiken.
De camera wordt continu scherpgesteld op
het onderwerp, zelfs wanneer de
Continu
ontspanknop niet is ingedrukt, zodat u
opnamen kunt maken zonder iets te
missen. Dit is de standaardinstelling.
De camera wordt alleen scherpgesteld
wanneer de ontspanknop half is ingedrukt,
Per Beeld
zodat de energie van de batterij wordt
gespaard.
1
Selecteer [AF Mode]
in het menu
[
(Opname)].
Zie Menu's en instellingen
selecteren (p. 62).
2
Selecteer [Continu] of [Per Beeld]
met de pijl
of
knop MENU.
6. Opnamen maken - geavanceerde functies
2
1, 2
en druk op de
97