De toon (witbalans) aanpassen
Programmakeuzeknop
Wanneer de witbalans in overeenstemming met
de lichtbron is ingesteld, worden kleuren
nauwkeuriger gereproduceerd door de camera.
De volgende combinaties van instellingen en
lichtbronnen zijn beschikbaar:
Instellingen worden automatisch door de camera
Automatisch
ingesteld.
Daglicht
Voor buitenopnamen met veel zonlicht
Voor buitenopnamen met bewolkte of donkere
Bewolkt
luchten of avondluchten
Voor opnamen onder lamplicht en tl-licht type 3-
Lamplicht
golflengte
Voor opnamen onder warmwit, helder wit of
TL licht
warmwit tl-licht (3-golflengte)
Voor opnamen onder daglicht-tl en daglicht-tl
TL licht H
type 3-golflengte
Flitser
Voor opnamen met gebruik van flitser
Voor het instellen van een aangepaste waarde
met behulp van een wit doek of een wit vel
Custom
papier om de optimale witbalans te bepalen voor
de omstandigheden.
1
Druk op de knop FUNC.
2
Selecteer
*
(Automatisch) met de
pijl
of
en selecteer
de gewenste instelling
met de pijl
of .
* De huidige instelling wordt weergegeven.
Zie pagina 80 voor meer informatie over de
aangepaste instelling.
U kunt direct na het selecteren van instellingen een
opname maken door op de ontspanknop te drukken.
Als het beeld is opgenomen, wordt dit scherm
opnieuw weergegeven.
3
Druk op de knop FUNC.
De witbalans kan niet worden ingesteld wanneer het foto-
effect is ingesteld op
6. Opnamen maken - geavanceerde functies
2
1, , , , 3 3 3 3
(Sepia) of
(Zwart-wit)(p. 82).
79