I
AC2 H
ND
ANDLEIDING
Handleiding versie 5.0 (04-12-2015)
Gevaar:
d
Neem maatregelen om de uitblaastempera-
tuur te begrenzen.
Houd rekening met de kritische
uitblaastemperaturen en watertrajecten. De
toepassingsgrenzen hiervoor staan in
paragraaf
1.3.7
Toepassingsbereik.
Opmerking:
n
De CV-installatie moet voorzien zijn van een over-
drukbeveiliging met een openingsdruk van maximaal
de toegestane druk van het toestel. Deze is aangege-
ven op het typeplaatje bij P
Opmerking:
n
Verzeker u ervan dat de CV-installatie voldoende
capaciteit heeft.
Ventielen voor ontluchting 1 en voor aftappen 2 van de
warmtewisselaar bevinden aan de aanzuigzijde.
Zie ook:
1.3.7 "Toepassingsbereik", pagina 10
2.6.2 De waterzijdige regeling (accessoire)
Alleen bij modellen met automatische CHIPS-regeling
Het toestel wordt voorzien van een waterzijdige regeling.
Deze regelt de watertoevoer naar de warmtewisselaar, zodat
een constante uitblaastemperatuur wordt bereikt. De regeling
kan ook worden gebruikt om de uitblaastemperatuur te
begrenzen. De maximaal toegestane uitblaastemperatuur staat
aangegeven in
1.3.7
Toepassingsbereik. Bij modellen met
automatische CHIPS-regeling is deze begrenzing automatisch
ingesteld.
Opmerking:
n
In een opstelling met automatische CHIPS-regeling
wordt het ventiel van de waterzijdige regeling stan-
daard automatisch gesloten als het toestel en/of de
verwarming uitgeschakeld wordt. Dit kan op het
bedieningspaneel aangepast worden via
menu > Configuratie > 45. Extra
I
NSTALLATIE
.
max
vorstbeveiliging.
nl-25
nl