4.
Selecteer d.m.v. [4] en [6] de gewenste
doorlopende sluitertijd in en druk vervolgens
op [SET] (instellen).
• U kunt deze instelling ook veranderen d.m.v. de
bedieningsdraairegelaar.
5.
Selecteer d.m.v. [8] en [2] de onderste optie van het controlepaneel
(Vooropname (Stilbeeld) Tijd).
6.
Specificeer d.m.v. [4] en [6] hoeveel van de 60 beelden en gedurende
hoelang beelden in het buffergeheugen vooropgenomen moeten
worden.
Aantal vooropnamebeelden en vooropnametijd
Volledig indrukken van de sluitertoets
• U kunt deze instelling ook veranderen d.m.v. de bedieningsdraairegelaar.
7.
Druk op [SET] (instellen).
• Het geschatte aantal opneembare
doorlopende sluiterbeelden verschijnt op
het beeldscherm.
8.
Druk de sluitertoets halverwege in.
Hierdoor begint de camera met vooropname van beelden.
• De camera zal geen sluitergeluiden weergeven wanneer u de sluitertoets
halverwege indrukt terwijl Vooropname (Stilbeeld) geselecteerd is.
9.
Druk de sluitertoets nu geheel in.
Hierdoor worden de beelden opgenomen in het vooropnamebuffergeheugen en
begint de opname van nieuwe beelden in real-time. Er worden beelden
opgenomen zolang u de sluitertoets ingedrukt blijft houden.
10.
Beeldopname stopt wanneer u de sluitertoets loslaat of nadat in het
totaal 60 beelden opgenomen zijn.
11.
Sla de beelden met doorlopende sluiter (pagina 58) op.
Aantal resterende beelden en resterende opnametijd na
volledig indrukken van de sluitertoets.
51
Doorlopende sluitertijd
Aantal opneembare
doorlopende
sluiterbeelden
Resterende
fotogeheugencapaciteit
Foto leerprogramma