Verwijderen en reinigen:
Wanneer de ketting vuil wordt, moet hij worden
verwijderd en gereinigd alvorens gesmeerd te
worden.
1. Zet de motor af. Verwijder voorzichtig de
bevestigingsklem (1) van de hoofdschakel
met een tang. Buig of vervorm de klem niet.
Verwijder de hoofdschakel. Verwijder de
ketting van de kettingwielen.
2. Reinig de aandrijfketting in een oplosmiddel
met hoog vlampunt en laat de ketting drogen.
Controleer de ketting op slijtage en
beschadiging.
Vernieuw de ketting bij beschadigde
kettingrollen, loszittende verbindingen en
andere defecten die niet hersteld kunnen
worden.
Vervangende ketting:
DID 420D-86RB
Gebruik voor het reinigen van de aandrijfketting
nooit benzine of oplosmiddelen met een laag
ontvlammingspunt. Dit zou brand of een
ontploffing kunnen veroorzaken.
3. Inspecteer de tanden van de kettingwielen op
eventuele slijtage of beschadiging.
4. Smeer de aandrijfketting (pagina 82).
5. Laat de ketting over de tandwielen lopen en
sluit de uiteinden van de ketting aaneen met
de verbindingsschakel. Om de montage te
vereenvoudigen, dient u de uiteinden van de
ketting tegen naast elkaar liggende tanden van
het tandwiel te drukken en de
verbindingsschakel aan te brengen.
De verbindingsschakel is het belangrijkste
onderdeel voor de betrouwbaarheid van de
ketting. Verbindingsschakels kunnen opnieuw
worden gebruikt, mits deze in goede staat
verkeren, maar het verdient aanbeveling de
bevestigingsklem van de verbindingsschakel
te vernieuwen telkens wanneer de ketting
opnieuw wordt gemonteerd.
Monteer de bevestigingsklem van de
hoofdschakel met het gesloten uiteinde in de
draairichting van de ketting.
(1) Bevestigingsklem
(1)
83