Hoofdstuk 8
•
•
122
Een probleem oplossen
◦
Koppel het antwoordapparaat los en probeer vervolgens een
faxbericht te ontvangen. Als u kunt faxen zonder het
antwoordapparaat, ligt het probleem mogelijk bij het
antwoordapparaat.
◦
Verbind het antwoordapparaat opnieuw en spreek het bericht opnieuw
in. Neem een bericht op van ongeveer tien seconden. Spreek bij het
opnemen van het bericht in een rustig tempo en met een niet te hard
volume. Laat ten minste vijf seconden stilte na het einde van het
gesproken bericht. Laat geen achtergrondgeluid toe tijdens het
opnemen van deze stilte. Probeer opnieuw een fax te ontvangen.
Opmerking Sommige digitale antwoordapparaten nemen de
opgenomen stilte aan het eind van uw uitgaande bericht niet op.
Speel uw uitgaande bericht af om dit te controleren.
Als de printer de telefoonlijn deelt met andere telefoonapparatuur, zoals een
antwoordapparaat, een computermodem of een schakelkast met meerdere
poorten, is het faxsignaal mogelijk minder sterk. Het faxsignaal kan ook
minder sterk zijn als u een splitter gebruikt of extra snoeren aansluit om het
bereik van de telefoon te vergroten. Een zwakker faxsignaal kan problemen
met de ontvangst van faxen veroorzaken.
Als u wilt weten of andere apparatuur een probleem veroorzaakt, koppelt u
alles van de telefoonlijn los behalve de printer en probeert u opnieuw een
fax te ontvangen. Indien u zonder de andere apparatuur goed faxen kunt
ontvangen, worden de problemen veroorzaakt door een of meer andere
apparaten. Voeg de apparaten een voor een toe en ontvang na elk
toegevoegd onderdeel een fax, totdat u kunt vaststellen welk apparaat het
probleem veroorzaakt.
Als aan uw faxnummer een speciaal belsignaal is toegewezen (via de
service voor specifieke belsignalen van uw telefoonmaatschappij), moet u
ervoor zorgen dat de instelling voor Specifiek belsignaal op de printer
overeenkomt. Zie Beantwoording belpatroon voor specifieke beltonen
wijzigen voor meer informatie.