3-2
Kanaalberichten
3-2-1
Note On/Off (Noot aan/uit)
Boodschappen die door het spelen op het keyboard worden gegenereerd:
Noot aan: wordt gegenereerd als op een toets wordt gedrukt.
Noot uit: wordt gegenereerd als een toets wordt losgelaten.
Elk bericht bevat een specifiek nootnummer dat overeenkomt met de ingedrukte toets en een
waarde voor de aanslagsnelheid die afhankelijk is van hoe hard de toets wordt aangeslagen.
Nootbereik voor ontvangst = C-2 (0) - G8 (127); C3 = 60
Aanslagbereik = 1–127 (alleen de nootaansnelheid wordt ontvangen)
3-2-2
Pitch Bend (Pitchbend)
Pitchbendberichten zijn continue besturingsberichten waarmee de toonhoogte van
aangewezen noten kan worden verhoogd of verlaagd met een opgegeven hoeveelheid tijdens
een bepaalde duur.
Dit bericht is een numerieke weergave van de positie van het pitchbendwiel.
3-2-3
Program Change (Programmawijziging)
Berichten die bepalen welke performance voor elke partij moet worden geselecteerd.
In combinatie met bankselectie kunt u niet alleen nummers van basisperformances kiezen,
maar ook nummers van variatieperformancebanken.
Wanneer u Program Change opgeeft als een nummer van 0–127, moet u het
overeenkomstige programmawijzigingsnummer uit de performancelijst met één
verminderen. (De programmanummers voor dit instrument beginnen bij 1.)
Als u bijvoorbeeld programmanummer 128 wilt opgeven, moet u dus
programmawijziging 127 opgeven.
3-2-4
Control Change (Besturingswijziging)
Met besturingswijzigingsberichten kunt u een performancebank selecteren, het volume,
de panregeling, modulatie, portamentotijd, helderheid en verschillende andere
besturingsparameters selecteren met behulp van specifieke besturingswijzigingsnummers.
Elk besturingswijzigingsnummer komt overeen met een specifieke parameter.
Bank Select MSB
(besturingsnummer 0) en
Bank Select LSB
(besturingsnummer 32)
Modulation
(besturingsnummer 1)
Berichten waarmee nummers van variatieperformancebanken worden
geselecteerd door de MSB en LSB van een extern apparaat te combineren
en te verzenden. De functies van MSB- en LSB-berichten verschillen
afhankelijk van de toongeneratormodus:
Met MSB-nummers selecteert u een performancetype.
Met LSB-nummers selecteert u performancebanken.
Een nieuwe bankselectie wordt pas van kracht nadat het volgende
programmawijzigingsbericht is ontvangen.
Als u de performances wilt wijzigen (inclusief de performancebanken),
verzendt u bankselectie MSB, LSB en vervolgens de programmawijziging
als set in deze volgorde.
Berichten die parameters regelen met het modulatiewiel.
127: maximale vibrato.
0: geen wijzigingen.
84
MIDI