11.
Wacht 10 sec. om de programmering wegens het verstrijken van de maximale tijdsduur te verlaten
De punten 06 en 10 kunnen tijdens dezelfde programmeerfase herhaald worden om meer parameters in te stellen
01.
Houd de toets Set gedurende ca. xxx sec. ingedrukt
02.
Zodra
de led L1
begint te knipperen, laat u de toets
03.
Druk op de toetsen
van de te wijzigen parameter
04.
Houd de toets Set tot stap 06 ingedrukt
05.
Wacht ongeveer 3 sec.; daarna zal de led gaan branden die het actuele niveau van de te wijzigen
parameter vertegenwoordigt
06.
Druk op de toetsen
ter vertegenwoordigt, te verplaatsen
07.
Laat de toets Set los
08.
Wacht 10 sec. om de programmering wegens het verstrijken van de maximale tijdsduur te verlaten
De punten 03 en 07 kunnen tijdens dezelfde programmeerfase herhaald worden om meer parameters in te stellen
7.7 - Opslag van zender
Iedere in de installatie te gebruiken zender moet in de radio-ontvanger van de besturingseenheid opgeslagen worden; voor het opslaan van de
zenders zijn twee modi beschikbaar: Modus 1 en Modus 2 (paragrafen 7.7.1 en 7.7.3).
7.7.1 - Opslag van zender in Modus 1
In deze modus ligt de werking van de toetsen van de zender vast, en bij
iedere toets hoort in de besturingseenheid een instructie (zoals vermeld
in tabel 15); voor iedere zender waarvan alle toetsen opgeslagen worden,
wordt één enkele fase uitgevoerd, en tijdens die fase maakt het niet uit
welke toets ingedrukt wordt.
Opmerking - Zenders met één kanaal hebben alleen toets 1; zenders met
twee kanalen hebben alleen toets 1 en 2.
7.7.2 - Procedure opslag in Modus 1
01.
Houd de radioknop
02.
Als de led oplicht, laat u de knop los
03.
Druk binnen 10 seconden op de 1e toets van de zender die u wilt opslaan en houd deze minstens 2
seconden ingedrukt
Als het opslaan gelukt is, knippert de led R op de besturingseenheid 3 keer
Herhaal deze procedure voor iedere zender die u in het geheugen wilt opslaan
De opslagfase eindigt als er binnen 10 seconden niets opgeslagen wordt
7.7.3 - Opslag van zender in Modus 2
In deze modus kan iedere toets van de zender gekoppeld worden aan
een van 4 mogelijke instructies van de besturingseenheid (zoals vermeld
in tabel 18); voor iedere fase wordt slechts één toets opgeslagen, en het
is deze toets die tijdens de opslagfase wordt ingedrukt.
Opmerking - Zenders met één kanaal hebben alleen toets T1; zenders
met twee kanalen hebben alleen toets T1 en T2.
Tabel 15 - Procedure van de standaardprogrammering
/
en laat deze terug los om de knipperende led te verplaatsen naar de led
s
t
/
en laat ze terug los om de brandende led die de waarde van de parame-
s
t
Tabel 17 - Procedure opslag Modus 1
op de besturingseenheid gedurende minstens 3 sec. ingedrukt
Set
los
Tabel 16 - Beschikbare instructies in Modus 1
Toets
1
2
3
4
Tabel 18 - Beschikbare instructies in Modus 2
Toets
1
2
3
4
(
)
SET
(
)
SET
Instructie
SbS
Gedeeltelijke opening
Openen
Sluiten
Instructie
SbS
Gedeeltelijke opening
Openen
Sluiten
10 sec.
SET
SET
L1
SET
3 sec.
SET
10 sec.
3 sec.
3 sec.
Nederlands – 19