PAGINA 182
•
Controleer
brandstoftanks en -leidingen op hun
plaats zijn aangescherpt en geen schade
en/of lekkages vertonen;
•
Controleer dat de eventuele accessoires
op hun plaats zijn aangescherpt en geen
schade vertonen;
•
Controleer
behuizingen
aangescherpt;
•
Controleer of de draaikoppeling op zijn
plaats is aangescherpt en geen schade
en/of lekkages van vet vertoont;
•
Controleer of de hydraulische verdelers
van de bewegingen van de wagen en de
bovenbouw
aangescherpt en geen schade en/of
lekkages vertonen;
•
Controleer of de pomp en de omsteller
voor de noodmanoeuvres op hun plaats
zijn aangescherpt en geen schade en/of
lekkages vertonen;
•
Controleer of de glijsloffen van de
uitschuifelementen op hun plaats zijn
aangescherpt en geen zichtbare schade
vertonen;
•
Controleer
verlengen
uitschuifelementen zich op hun plaats
bevinden, correct zijn aangespannen en
geen zichtbare schade vertonen;
•
Controleer of de korf op zijn plaats is
aangescherpt en geen schade vertoont;
•
Controleer of het bedieningspaneel en
diens
drager
aangescherpt en geen schade vertonen;
•
Controleer of alle sensoren van de
machine op hun plaats zijn aangescherpt
en geen schade vertonen;
•
Controleer de leesbaarheid van de
veiligheidsstickers, of ze op hun plaats
aanwezig
zijn
beschadigd zijn;
•
Controleer dat er geen sprake is van
roest of schuren op de structuur.
of
de
hydraulische
of
alle
beschermende
op
hun
plaats
op
hun
plaats
of
de
kettingen
en
intrekken
van
of
hun
plaats
en
niet
zichtbaar
een automatische beweging, controleer de
en
correcte werking ervan). Op het platform
mag er geen belasting aanwezig zijn;
•
Voer de manoeuvre voor het verlengen en
intrekken van de uitschuifelementen uit en
controleer
functioneert. Op het platform mag er geen
belasting aanwezig zijn;
•
Voer de manoeuvre voor de stijging en daling
zijn
van de antenne (JIB) uit en controleer of de
machine
platform mag er geen belasting aanwezig
zijn;
•
Voer de manoeuvre voor de rotatie van de
korf in beide richtingen uit en controleer of
de machine correct functioneert. Op het
zijn
platform mag er geen belasting aanwezig
zijn;
•
Voer de manoeuvre voor de rotatie van de
kolom in beide richtingen uit en controleer
of de machine correct functioneert. Op het
platform mag er geen belasting aanwezig
zijn;
•
Controleer de werking van de functie voor
rijden met geheven platform. Deze test
gebeurt door het platform te laten stijgen
naar een hoogte waarbij de hoofdarm een
voor
hoek heeft tussen 20° en 70° ten opzichte
de
van het horizontale vlak en controleer of het
rijden met de machine alleen mogelijk is
met beperkte snelheid;
•
Controleer of, met het platform geheven
voorbij de transporthoogte maar lager dan
de maximale verplaatsingshoogte en het
rijden over een niet-vlakke bodem, de
zijn
machine automatisch stopt wanneer de
hellingsgraad van het chassis groter is dan 1°
ten opzichte van het horizontale vlak. Laat
het bedieningselement voor rijden los; bij
het
volgende
verplaatsing of heffen moet het systeem het
chassis automatisch horizontaal plaatsen. Na
de nivellering voert de machine de gewenste
beweging uit;
•
Hef het platform naar een hoogte voorbij de
transporthoogte
functies voor de handmatige nivellering
verhinderd zijn;
ALMAC s.r.l.
of
de
machine
correct
functioneert.
bedieningssignaal
en
controleer
correct
Op
het
voor
dat
de