Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Doel; Procedure-Overzicht; Hardwarebeschrijving; Testprocedure - GEA T.VIS A-15 Bedieningshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Ingebruikname
Testmethode voor Tuchenhagen PMO kleppen type M/2.0
7.7.1

Doel

7.7.2

Procedure-overzicht

Het uitvoeren van de testprocedure 1 dient voor de controlerende inspecteur om
handmatig de zittingbeluchting van de bovenste en onderste klepschotel bij de
klep uit te voeren, om te verifiëren dat de positieregistratievoorzieningen van de
bovenste en onderste klepschotel hun terugmeldingssignalen veranderen zodra
de betreffende klepschotel zijn gesloten positie verlaat.
7.7.3

Hardwarebeschrijving

1.
2.
3.
7.7.4

Testprocedure 1

Stap 1
De klep moet zich in de gesloten positie bevinden. Dat is te herkennen aan de
groene LED aan de bovenkant van de stuurkop.
Stap 2
Voer de volgende stappen uit:
98
Het doel van testmethode 1 is om te controleren en te waarborgen, dat de
registratieapparaten, die de gesloten positie van de bovenste en onderste
zittingen van de PMO klep herkennen en bevestigd resp. (volgens PMO
artikel 15p (B) – punt 1. b. (2)) ingesteld zijn en correct functioneren.
Het doel van testmethode 2 is, om de juiste sturing van de vergrendeling van
de PMO klep type M/2.0 tijdens een actieve schakeling CIP proces te
bevestigen.
In de stuurkop T.VIS A-15 zijn 3 stuurkleppen ingebouwd:
1.a
Stuurventiel Y1 - hoofdklep aansturen
1.b
Stuurventiel Y2 - bovenste zittingbeluchting
1.c
Stuurventiel Y3 - onderste zittingbeluchting
1.d
Stuurventiel Y4 - bovenste zittingbeluchting wanneer hoofdslag is
geactiveerd.
Deze ventielen kunnen extern via signalen van de PLC worden geactiveerd.
De gesloten positie de onderste zitting wordt door een trajectmeetsysteem
geregistreerd. De juiste instelling van het systeem, om de gesloten positie van
de onderste zitting te herkennen, wordt uitvoerig in de bedieningshandleiding
van klep M/2.0 beschreven en in Gedeelte 7.3, pagina 82.
De gevoeligheid van het wegmeetsysteem bedraagt 0,1 mm.
De gesloten positie van de bovenste zitting wordt door de extern in de
lantaarn gemonteerde initiator S3 herkend. De juiste instelling van deze
initiator, om de gesloten positie van de bovenste zitting te herkennen, wordt
uitvoerig in de bedieningshandleiding van klep M/2.0 beschreven en in
Gedeelte 7.6, pagina 95.
De gevoeligheid van het wegmeetsysteem bedraagt 0,1 mm.
430BAL010699NL_9
01.02.2024

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Gerelateerde Producten voor GEA T.VIS A-15

Inhoudsopgave