Opnameprogramma's met automatische belichting
Met de programma's met automatische belichting (AE) stelt de camcorder de sluitertijd en/of het
diafragma zo in dat de optimale belichting wordt verkregen. Bij gebruik van de AE-
opnameprogramma's kunt u functies zoals de witbalans en beeldeffecten wijzigen.
Bedieningsstanden:
1 Open het scherm van het gewenste opnameprogramma.
[FUNC.]
[Opnameprogs]
2 Raak [y] of [A] aan om de gewenste sluitertijd (B) of diafragmawaarde (C) in te stellen
en raak vervolgens [a] aan.
• U kunt ook uw vinger over de regelaar slepen.
Opties
( Standaardwaarde)
[A Programma AE]
optimale belichting van het onderwerp.
[B Sluiter-voork.AE]
diafragmawaarde in.
[C Diafr.-voork.AE]
Stel het diafragma in. De camcorder stelt automatisch de juiste sluitertijd in.
Beschikbare instellingen voor de sluitertijd
[1/6]
[1/12]
[1/250]
[1/500]
Beschikbare diafragma-instellingen
Omdat 7
[ND-filter] standaard is ingesteld op [O Auto], zijn de instellingen van het ND-filter
beschikbaar voor diafragmawaarde [F4.0] en hoger.
[F1.8]
[F2.0]
[F3.2]
[F3.4]
[F5.2]
[F5.6]
[B Sluiter-voork.AE] of [C Diafr.-voork.AE]
De camcorder stemt automatisch het diafragma en de sluitertijd af op een
Stel de sluitertijd in. De camcorder stelt automatisch de juiste
[1/25]
[1/1000]
[F2.2]
[F3.7]
[F6.2]
Opnameprogramma's met automatische belichting
[1/50]
[1/120]
[1/2000]
[F2.4]
[F2.6]
[F4.0]
[F4.4]
[F6.7]
[F7.3]
[F2.8]
[F4.8]
[F8.0]
55