ACCULADER
OPMERKING: Bij temperaturen onder de 18,3 °C moeten accu's die in een onverwarmde ruimte worden
geladen zo snel mogelijk na het gebruik opgeladen worden. Accu's zijn direct na het gebruik het
warmst; koude accu's hebben meer tijd nodig om volledig op te laden.
• Carryall 1 en Carryall 2 (vaste lader):
Sluit de wisselstroomstekker van de lader aan op een stopcontact, dat uitsluitend hiervoor bestemd is, met
de juiste aarding en bedrading, en dat aan alle plaatselijke reglementen en voorschriften voldoet. Steek de
gelijkstroomstekker van de lader vervolgens in het stopcontact van het voertuig. Twee tot tien seconden later
begint de lader te werken (Figuur 12, pagina 31).
• Carryall 6 (ingebouwde lader):
Sluit de wisselstroomstekker van de ingebouwde lader aan op een stopcontact met de juiste aarding en
bedrading dat uitsluitend hiervoor bestemd is en dat aan alle plaatselijke bepalingen en voorschriften
voldoet. Twee tot tien seconden later begint de lader te werken.
De PowerDrive-lader werkt samen met de boordcomputer van het PowerDrive System 48 voertuig. De computer
registreert de hoeveelheid energie die tijdens het rijden is verbruikt. Wanneer de lader aangesloten is, wordt het
bedieningscircuit van het voertuig geblokkeerd, zodat het voertuig niet gebruikt kan worden en schade aan de lader
en het voertuig uitgesloten is.
Zodra de blokkering actief is, begint de lader te werken. De computer registreert nu de hoeveelheid energie die
afgegeven wordt aan de accu's. Wanneer de optimale hoeveelheid energie overgedragen is, schakelt de lader
zichzelf uit. De vergrendeling van het bedieningscircuit blijft actief tot de stekker uit het stopcontact van het voertuig
wordt verwijderd.
Dit voertuig is alleen compatibel met een PowerDrive-lader. Andere Club Car-modellen of voertuigen die door
andere fabrikanten worden vervaardigd, zijn niet compatibel.
Als u wacht tot de lader zichzelf uitschakelt, weet u zeker dat de accu's volledig geladen zijn. In normale
omstandigheden is een te sterke of te zwakke lading onmogelijk.
Zelfs wanneer ze slechts korte tijd gebruikt zijn (10 minuten), moeten de accu's weer opgeladen worden. De lader
werkt automatisch en zal zichzelf uitschakelen wanneer de accu's volledig geladen zijn. Indien de lader niet behoorlijk
lijkt te werken of de accu's zwak lijken, neemt u contact op met uw plaatselijke Club Car-distributeur/dealer.
STEKKER EN STOPCONTACT
Carryall 1- en Carryall 2-voertuigen:
Het stopcontact, de kabel en stekker van de lader zijn aan slijtage onderhevig en moeten dagelijks gecontroleerd
worden. Voer een visuele controle uit op scheurtjes, loszittende aansluitingen en gerafelde kabels. De onderdelen
moeten worden vervangen wanneer ze zijn versleten of beschadigd. Indien er corrosie zichtbaar is op de stekker en
het stopcontact of wanneer de stekker zich moeilijk laat insteken of uittrekken, dan kunnen de contactpunten van
het stopcontact en de pennen van de stekker met een goed reinigingsmiddel voor contactpunten worden gereinigd
of licht worden ingespoten met een WD-40
en vergewis u ervan dat hij gemakkelijk in en uit gaat en goed elektrisch contact maakt. Zie volgende
OPMERKING.
OPMERKING: Als het waarschuwingsetiket is beschadigd of verwijderd van de gelijkstroomkabel, dient het
onmiddellijk te worden vervangen.
pagina 30
Handleiding voor de eigenaar van een Carryall elektrisch voertuig van 2005
®
-smeermiddel. Duw de stekker verscheidene keren in het stopcontact
Acculader