Inhoudsopgave
Advertenties
Perforatie van de atriale of ventriculaire wand kan stimulatie van de nervus phrenicus of van het diafragma veroorzaken, of,
in sommige gevallen, harttamponade. Stimulatie van de nervus phrenicus of het diafragma kan ook worden veroorzaakt
door plaatsing van de elektrode.
Als de fixatiehuls niet wordt gebruikt om de elektrode vast te zetten, kan dit resulteren in het losraken van de elektrode of
in schade aan de isolatie van de elektrode en/of geleiderspoel (zieZet de elektrode vast).
Het manoeuvreren van instrumenten in het vasculaire stelsel mag alleen plaatsvinden onder voortdurende fluoroscopische
begeleiding.
Let vóór en tijdens implantatie goed op bij de manipulatie van het mechanisme om de helix uit/in te schroeven.
MR-conditioneel stimulatiesysteem
De St. Jude Medical ™ MR-conditionele elektrode maakt deel uit van het St. Jude Medical MR-conditionele stimulatiesysteem.
Patiënten met een geïmplanteerd St. Jude Medical™ MR conditioneel stimulatiesysteem kunnen een MRI-scan ondergaan als er
wordt voldaan aan de voorwaarden voor gebruik, zoals beschreven in het informatiedocument over de MRI-procedure.
Mogelijke ongewenste bijverschijnselen
Mogelijke complicaties die in verband staan met het gebruik van de elektrode zijn hetzelfde als bij het gebruik van welke
elektrode dan ook en worden vermeld in de volgende tabel.
Tabel 2. Mogelijke ongewenste bijverschijnselen
Gebeurtenis
Perforatie van het myocardium
Stimulatie van de nervus phrenicus
Losraken van de elektrodetip of een breuk
in de elektrische geleider
Irritatie van de hartspier
Transveneuze inbrenging
Verhoogd drempelniveau
Infectie
Klepbeschadiging
Weefselnecrose
Beschadiging van bloedvaten
Implanteren van de elektrode
In de volgende paragrafen worden de stadia van elektrode-implantatie beschreven. De procedures die hier beschreven worden,
zijn slechts aanbevelingen. De keuze van de implantatieprocedure wordt overgelaten aan het oordeel van de arts die de
implantatie uitvoert.
Het is raadzaam de elektrode en toebehoren tot het moment van gebruik in de steriele verpakking te bewaren.
LET OP
Het implanteren van stimulatie-elektroden dient altijd plaats te vinden onder voortdurende fluoroscopische controle.
Vóór de implantatie:
Alvorens de elektrode te implanteren:
Controleer of de pulsgenerator en de elektrode compatibel zijn met elkaar en bestudeer de implantatie-instructies
Kies een veneus traject
Kies een geschikte stylet en installeer deze
Test de mechanische functie van de helix
Controleer of de helix volledig is ingeschroefd alvorens tot implantatie over te gaan.
Mogelijk effect
Scheuring van de hartwand, "hartblock", tijdelijk of permanent verlies van
stimulatie en/of gevoeligheid, stimulatie van spieren of zenuwen, pericardiale
wrijving.
Harttamponade
De elektrode moet wellicht bij de zijwand worden weggehaald
Tijdelijk of permanent verlies van stimulatie en/of waarneming
Fibrillatie
Luchtembolie
Verlies van stimulatie
Het kan noodzakelijk zijn de elektrode operatief te verwijderen.
Het kan noodzakelijk zijn de beschadigde hartklep operatief te herstellen.
Het kan noodzakelijk zijn de elektrode operatief te verwijderen.
Het kan noodzakelijk zijn de elektrode operatief te verwijderen en/of het
beschadigde bloedvat te herstellen.
4
Advertenties
Inhoudsopgave
