4‐4
Gebruik
Vloeistofkoppen en luchtkappen
Uitschakelen
Korte productieonderbreking
Lange productieonderbreking
P/N 7179426A
LET OP: Om schade aan de naald of de vloeistofkopzitting te voorkomen,
moet het pistool worden getriggerd tijdens het verwijderen of installeren van
de vloeistofkop.
Door vloeistofkoppen en luchtkappen op verschillende manieren te
combineren kan de verstuiving en het spuitpatroon worden verbeterd bij
uiteenlopende coatingmaterialen en viscositeiten. Wanneer de eerder
beschreven afstellingen voor vloeistofdoorstroomwaarde en luchtdruk niet
het gewenste resultaat opleveren, probeer dan een andere combinatie van
vloeistofkop en luchtkap.
Er is een volledige serie vloeistofkoppen en luchtkappen leverbaar voor
gebruik met luchtverstuiving of HVLP. Raadpleeg de selectieschema's voor
vloeistofkoppen en luchtkappen in deze handleiding voor de
onderdeelnummers.
Zie hoofdstuk 3 Installatie voor instructies over de installatie van een
luchtkap en vloeistofkop.
PAS OP: Zet de elektrostatische voedingsmodule uit en aard het
spuitpistool om een eventueel nog resterende lading af te voeren. Het
negeren van deze waarschuwing kan persoonlijk letsel tot gevolg hebben.
PAS OP: Zet het vloeistoftoevoersysteem uit en laat de vloeistofdruk in het
systeem af voordat u vloeistofkoppelingen losmaakt of onderhouds- of
reparatiewerkzaamheden gaat uitvoeren. Het negeren van deze
waarschuwing kan persoonlijk letsel tot gevolg hebben.
Bij kortdurende productieonderbrekingen is er geen uitschakelprocedure
vereist. Zet de triggerlucht uit en veeg de luchtkap en de vloeistofkop
schoon met een schone doek bevochtigd met een geschikt reinigingsmiddel.
1. Zet de elektrostatische voedingsmodule uit.
2. Zet de verstuivingslucht en de patroonlucht uit.
3. Spoel het vloeistoftoevoersysteem, de vloeistofslang en het spuitpistool
door met een geschikt reinigingsmiddel.
OPMERKING: Zie onder Systeem spoelen in hoofdstuk 5 Onderhoud
voor de aanbevolen procedures voor spoelen en reinigen.
4. Laat de vloeistofdruk af uit het systeem.
5. Trigger het pistool om zo eventueel resterende druk af te laten.
6. Verwijder de luchtkap en de vloeistofkop en reinig deze zoals beschreven
in hoofdstuk 5 Onderhoud.
E 2009 Nordson Corporation