11.3.31 Parameter helderheid – object voor interne helderheidsdrempel gebruiken
Opmerking
Deze parameter is alleen zichtbaar, als de parameter 'gebruikte helderheid' op
'intern' of 'intern of extern' staat.
Opties:
–
Nee: er is geen afzonderlijk object helderheidsdrempel intern.
–
Ja: een 2-byte-communicatieobject helderheidsdrempel intern (ingang) wordt vrijgegeven.
Hiermee kan men de schakeldrempel waarbij de melder wordt geactiveerd wijzigen. De
waarde wordt in lux naar dit object verzonden.
Opmerking
Het waardebereik ligt tussen 0,5 en 1100 lux.
11.3.32 Parameter helderheid – object voor externe helderheidsdrempel gebruiken
Opmerking
Deze parameter is alleen zichtbaar, als de parameter 'gebruikte helderheid' op
'extern' of 'intern of extern' staat.
Opties:
–
Nee: er is geen afzonderlijk object helderheidsdrempel extern.
–
Ja: een 2-byte-communicatieobject helderheidsdrempel extern (ingang) wordt vrijgegeven.
Hiermee kan men de schakeldrempel waarbij de melder wordt geactiveerd wijzigen. De
waarde wordt in lux naar dit object verzonden.
Opmerking
Het waardebereik ligt tussen 0,5 – 1100 lux.
KNX Technisch Handboek 2273-1-8911 / 2CKA002273B8911
Applicatie-/parameterbeschrijvingen
Nee
Ja
Nee
Ja
Applicatie 'melder'
│35