9 - BELANGRIJKE SYSTEEMONDERDELEN EN BEDRIJFSGEGEVENS
Verdamper
30XW-VZE/30XWHVZE-koude-eenheden gebruiken en multipijp
badverdamper. Het water circuleert in het leidingstelsel en het
koudemiddel is daarbuiten in de shell. Voor beide koudemiddelcircuits
wordt één vat gebruikt. Er is een centrale pijpplaat die de beide
koudemiddelcircuits scheidt. De leidingen zijn van koper en
hebben een diameter van 3/4 inch met een vergroot oppervlak
binnen en buiten. Er is slechts één watercircuit met twee
passeringen.
De verdampershell heeft een thermische isolatie van mm
polyurethaanschuim en een waterafvoer en ontluchter.
Hij is getest en gestempeld in overeenstemming met de
toepasselijke druknormen. De maximum standaard relatieve
bedrijfsdruk is 2100 kPa voor de koudemiddelzijde en 1000 kPa
voor de waterzijde. Deze drukken kunnen verschillen afhankelijk
van welke norm is toegepast. De wateraansluiting van de
warmtewisselaar is een Victaulic-aansluiting.
De producten die eventueel worden gebruikt voor de warmte-
isolatie van de vaten bij het aansluiten van de waterleidingen
moeten chemisch neutraal zijn ten opzichte van de materialen en
coatings waarop zij worden aangebracht. Dit is ook het geval voor
de originele producten van Carrier.
Condensor en olieafscheider
De 30XW-VZE/30XWHVZE-koelmachine gebruikt een
warmtewisselaar die een combinatie is van een condensor en
olieafscheider. Deze is gemonteerd onder de verdamper. Persgas
verlaat de compressor en stroomt door een externe geluiddemper
naar de olieafscheider, het bovenste gedeelte van de
warmtewisselaar. Het gaat de bovenkant van de afscheider in,
waar olie wordt verwijderd, en stroomt vervolgens naar het
onderste gedeelte van het vat, waar gas wordt gecondenseerd
en onderkoeld. Voor beide koudemiddelcircuits wordt één vat
gebruikt. Er is een centrale pijpplaat die de beide koudemiddelcircuits
scheidt. De pijpen hebben een inwendige diameter van 3/4" of 1"
diameter en aan de buitenkant gevind.
Er is slechts één watercircuit met twee passeringen. Voor de
warmtepomp kan de condensormantel zijn voorzien van een
thermische isolatie van polyurethaanschuim (optie 86), een
wateraftap en ontluchter.
Hij is getest en afgestempeld in overeenstemming met de
toepasselijke druknormen. De maximum standaard relatieve
bedrijfsdruk is 2100 kPa voor de koudemiddelzijde en 1000 kPa
voor de waterzijde. Deze drukken kunnen verschillen afhankelijk
van welke norm is toegepast. De wateraansluiting van de
warmtewisselaar is een Victaulic-aansluiting.
9.7 - SRMCR hogedrukveiligheidscircuit
9.7.1 - Algemene beschrijving
De eenheid is uitgerust met een hogedrukveiligheidscircuit
genaamd Safety Related Measurement Control and Regulation
(SRMCR) en bestaat uit
- 2 hogedrukschakelaars (HPS) met reset met gereedschap
aan de uitgang van elke PZHH compressor.
- De toerenregelaar die de compressor voedt is uitgerust met
een Safe Torque Off functie (STO).
Zie het elektrisch schema en de benaming van de onderdelen van
de machine (referenties).
Dit SRMCR-systeem is ontworpen in overeenstemming met de
norm EN 61508 voor SIL (veiligheidsintegriteitsniveau): 2.
Capaciteitsmodus: laag en hoog.
De voorziene levensduur bedraagt 20 jaar.
Periodieke test: De test moet ten minste eenmaal per jaar worden
uitgevoerd bij de gebruikelijke periodieke druktest. Zie de
beschrijving in hoofdstuk 11.9.
24
9.7.2 - Beschrijving van de werking en reset
Op de onderstaande afbeelding ziet u een beschrijving van de
werking: zie de gedetailleerde schets van de machine voor het
precieze bedradingsschema.
Drukverhoging
Werkingsrichting
Drukverhoging
Werkingsrichting
Normaal
Communicatiebus
start-stop
voor
frequentie-
instelling
GS_1 drive
HPS :
Hogedrukschakelaar SP1F(A)/SP2F(A)
GS_1 :
Vermogensaandrijving voor compressor GSA1/GSB1
Bij normale werking voedt en regelt de toerenregelaar de
compressor na ontvangst van de besturingssignalen via de digitale
aan/uit-ingang (normale aan/uit) en de communicatiebus
(frequentieregeling).
Wanneer één van de HPS-sensoren wordt geopend, wordt de
digitale ingang STO (Safe Torque Off) geopend, waardoor het
regelcommando van de thyristors die de voeding van de
compressor genereren onmiddellijk wordt onderdrukt, ongeacht
de aan/uit- en frequentiecommando's: de compressor krijgt geen
voeding meer en stopt onmiddellijk.
9.7.3 - Controle in het geval van een storing van het
veiligheidsaccessoire
Als de werkdruk van de eenheid eventueel kan overschreden zijn
(bijvoorbeeld na het openen van de overdrukventielen), moet de
eenheid onmiddellijk worden stilgelegd.
De eenheid kan pas weer worden gestart nadat de eenheid en
het veiligheidscircuit alle periodieke controles doorstaan.
Als de test wijst op storingen die een overdruk in de machine
kunnen hebben veroorzaakt, moet alle drukapparatuur volledig
worden gecontroleerd op mechanische integriteit.
9.7.4 - Opnieuw starten na detecteren van hoge druk
Na het detecteren van een overdruk moet de geschakelde HPS
handmatig worden gereset. Hiervoor wordt een stomp gereedschap
met een diameter van minder dan 6 mm gebruikt.
HPS SP_F
HPS SP_F
400 VAC
STO Input
PLd- SIL2
Compressor
06T