Inhoudsopgave
Advertenties
A
A4. Papierformaat van 210 x 297 mm.
A5. Papierformaat van 148 x 210 mm.
afdrukstand. Een paginabeschrijving die
aangeeft of de afgedrukte tekst staand
(evenwijdig aan de korte zijde) of liggend
(evenwijdig aan de lange zijde) van het papier
wordt afgedrukt.
B
B5. (1) Envelopformaat van 176 x 250 mm. (2)
Papierformaat van 182 x 257 mm.
bedieningspaneel. De zes lampjes en de knop
op de printer waarmee printerinstellingen
worden gewijzigd en de printerstatus wordt
weergegeven.
Beeldkwaliteit 1200. Een afdrukresolutie-
instelling die de printer in staat stelt de grootte
van elke afgedrukte pixel te variëren en zo voor
een gelijkmatige toon te zorgen. Met deze
instelling wordt de afdrukkwaliteit van
grafische opvullingen, afbeeldingen en
halftonen verbeterd.
Definities
besturingssysteem. De elementaire software
waarmee de basisfuncties van de computer,
zoals opstarten, worden uitgevoerd.
Bezig. De status van de printer tijdens het
verwerken van gegevens of het afdrukken van
pagina's.
bidirectionele communicatie. De communicatie
in twee richtingen tussen de printer en een
computer. Hiervoor wordt de NPAP 1.0-
standaard (Network Printing Alliance Protocol)
gebruikt.
bitmap-lettertype. Vooraf gedefinieerd patroon
van bits dat een letterbeeld met een opgegeven
formaat, stijl en resolutie vertegenwoordigt.
bulletin board-systeem. Service van Lexmark.
U kunt per modem printerstuurprogramma's,
lettertypen en overige gegevens verkrijgen.
C
C5. Envelopformaat van 162 x 229 mm.
Centronics parallelle interface. Een standaard
voor het aansluiten van printers en andere
randapparatuur op een computer. Deze
standaard bepaalt welke interface en welke
elektrische signalen er moeten worden gebruikt
voor het besturen van de gegevensoverdracht.
X-1
Definities
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
