Turbimax CUS51D
Endress+Hauser
5.3
Meetmethoden
Vierstraals-wissellicht-methode
Deze meetmethode gebruikt twee lichtbronnen en vier lichtontvangers. Als monochromati-
sche lichtbronnen worden lichtdioden met een hoge levensduur gebruikt. Deze lichtdioden
worden afwisselend gepulsd en genereren dan per LED-puls telkens vier strooilichtsignalen
aan de ontvangers.
Storende invloeden zoals extern licht, veroudering van de LED' s , venstervervuiling en
absorptie in het medium worden op deze manier gecompenseerd. Afhankelijk van de geko-
zen toepassing worden verschillende strooilichtsignalen verrekend, waarbij het type, aantal
en de verrekening van de signalen in de sensor zijn geprogrammeerd.
S
1
S
2
Fig. 20:
Vierstraals-wissellicht-methode
S
S
Lichtbron
1
2
E
Lichtontvanger voor 90°-strooilicht
90
E
Lichtontvanger voor 135°-strooilicht
135
90°-strooilichtmethode
De meting wordt uitgevoerd met een golflengte van 860 nm zoals in de ISO 7027 /
EN 27027 beschreven.
De verzonden lichtstraal wordt door het vaste deeltje in het medium verstrooid. De zo ont-
stane strooistraling wordt via strooilichtontvangers, die onder een hoek van 90° ten opzichte
van de lichtbron zijn opgesteld, gemeten. De troebelheid van het medium wordt uit de hoe-
veelheid strooilicht berekend.
a
P
Fig. 21:
Principe 90°-strooilichtmethode
E
1-135
E
2-135
S = lichtbron
E
E = ontvanger
P = deeltje
S
a0013168
Instrumentbeschrijving
E
1-90
E
2-90
a0012987
19