Instrumentbeschrijving; Opbouw Van De Sensor; Meetprincipe - Endress+Hauser Turbimax CUS51D Bedieningsvoorschrift
Verberg thumbnails
Zie ook voor Turbimax CUS51D:
- Handleiding en bedrijfsvoorschriften (48 pagina's) ,
- Handleiding en bedrijfsvoorschriften (48 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Instrumentbeschrijving
16
5
Instrumentbeschrijving
5.1
Opbouw van de sensor
De sensor is bedoeld voor continue in-situ-meting van troebelheid en vaste stofgehalte.
De sensor is als 40 mm sensor geconstrueerd, die direct en compleet in het proces zonder
verdere monstername kan worden toegepast (in situ).
In de sensor zijn alle noodzakelijke modules opgenomen:
• Voedingsspanning
• Lichtbronnen
• Detectoren ontvangen de meetsignalen, digitaliseren deze en verwerken deze tot een
meetwaarde.
• De microprocessor van de sensor voert de regeling van de interne processen en de gege-
vensoverdracht uit.
Alle gegevens, ook de kalibratiegegevens, zijn in de sensor opgeslagen. De sensor kan dus
vooraf gekalibreerd op een meetpunt worden toegepast, extern worden gekalibreerd of voor
meerdere meetpunten met verschillende kalibraties worden gebruikt.
5.2
Meetprincipe
Voor de troebelheidsmeting wordt een lichtstraal door het medium gestuurd en daar door
optisch dichtere bestanddelen, bijv. door vaste stofdeeltjes, van de oorspronkelijke richting
afgebogen. Dit proces wordt ook wel verstrooiing genoemd.
3
2
1
4
Fig. 16:
Afbuigen van het licht
Het opvallende licht wordt in vele richtingen verstrooid, dus onder verschillende hoeken ten
opzichte van de voortplantingsrichting. Daarbij zijn twee hoekbereiken interessant:
• het licht in de 90°-richting is slechts weinig afhankelijk van de deeltjesgrootte.
• het licht in de 135°-richting geeft ook nog informatie bij hoge deeltjesdichtheid.
1
Lichtbron
2
Lichtstraal
3
Deeltje
4
Strooilicht
4
4
a0013159
Turbimax CUS51D
Endress+Hauser
Advertenties
Inhoudsopgave
