Montagehandleiding Radiaal motorventilatorwaaiers
•
Als de ventilator toegankelijk is, moeten beschermroosters conform EN 13857
worden ingebouwd. Deze mogen niet worden gewijzigd en moeten op adequate wijze
zijn bevestigd.
•
Er moet goed worden gelet op voorwerpen die vanaf grotere hoogten kunnen vallen.
•
Er moet vooral worden gelet op materiaalcombinaties conform EN 14986.
•
Omdat restrisico's door vallende voorwerpen, ondeskundig gedrag enz. niet volledig
kunnen worden uitgesloten, moet de constructeur, exploitant of fabrikant van de
inrichting of installatie waarin de ventilator wordt geïnstalleerd, het optreden van
gevaarlijke situaties vermijden door passende veiligheidsmaatregelen conform de
norm EN ISO 12100, IEC 80079-36, -37 en in het bijzonder de norm EN 14986.
•
De exploitant is verantwoordelijk voor het onderhoud van de ventilator.
•
De EMC-richtlijn kan alleen worden nageleefd wanneer de ventilator rechtstreeks op
de hoofdstroomvoorziening wordt aangesloten. Als de ventilator in een systeem
wordt geïnstalleerd of met andere producten wordt gecombineerd, is de fabrikant van
het systeem verantwoordelijk voor de naleving van de EMC-richtlijn.
Verantwoordelijkheid van de gebruikers
•
De eigenaar of exploitant moet ervoor zorgen dat de inrichtingen (ventilator en
elektrische installatie) volgens de beschrijving in deze handleiding worden gebruikt
en in een goede bedrijfstoestand worden gehouden.
•
De gebruiker stelt de ventilator pas in bedrijf nadat deze correct is geïnstalleerd.
•
De ventilator moet in overeenstemming met de montagehandleiding worden gebruikt.
•
Om de werking ervan te waarborgen, moeten de veiligheidsinrichtingen (in het
bijzonder de inrichtingen ter beveiliging tegen oververhitting) regelmatig worden
gecontroleerd.
•
De inbouw- en gebruiksinstructies moeten volledig zijn en te allen tijde voor de
gebruikers beschikbaar zijn.
•
De gebruikers moeten opgeleid zijn in de risico's die verbonden zijn aan het gebruik
van een inrichting in een explosieve atmosfeer en in het beoogde gebruik van de
inrichting.
•
De veiligheids- en waarschuwingsinstructies op de ventilator mogen niet worden
verwijderd en de gebruiker moet ervoor zorgen dat deze leesbaar blijven.
•
De personen die verantwoordelijk zijn voor de installatie, de inbedrijfstelling, het
gebruik en het onderhoud van het apparaat moeten ter zake kundig zijn en voldoende
ervaring voor beschikken om hun werkzaamheden naar behoren uit te voeren.
•
Bovendien moeten zij vertrouwd zijn met de internationale normen en richtlijnen (op
nationaal en regionaal niveau en, indien van toepassing, bedrijfsinterne voorschriften)
inzake veiligheid en risicopreventie.
•
Technische verandering van het product is niet toegestaan.
L-BAL-F006-NL 2023/44 Index 005
Art.-nr. 00280361-NL
6/39
Veiligheid